Uitvoeringsverordening 2016/1150 - Uitvoeringsbepalingen voor Verordening 1308/2013, wat de nationale steunprogramma's in de wijnsector betreft
15.7.2016 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 190/23 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/1150 VAN DE COMMISSIE
van 15 april 2016
tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad, wat de nationale steunprogramma's in de wijnsector betreft
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 54,
Gezien Verordening (EU) Nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad (2), en met name artikel 62, lid 2, onder a) tot en met d), en artikel 63, lid 5, onder a),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (3) is ingetrokken en vervangen door Verordening (EU) nr. 1308/2013. Deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bevat voorschriften over nationale steunprogramma's in de wijnsector en machtigt de Commissie tot het vaststellen van gedelegeerde en uitvoeringshandelingen in dat verband. Met het oog op een soepele werking van de steunprogramma's voor wijn in het nieuwe rechtskader moeten bepaalde regels middels dergelijke handelingen worden vastgesteld. Die handelingen moeten in de plaats komen van de desbetreffende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 555/2008 van de Commissie (4), die zijn geschrapt bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 van de Commissie (5). |
(2) |
Er moet een procedure voor het indienen van nationale steunprogramma's worden vastgesteld. Voorts moet een procedure worden vastgesteld voor het aanbrengen van wijzigingen in de steunprogramma's, zodat de Commissie in kennis kan worden gesteld van aangepaste programma's waarin rekening wordt gehouden met nieuwe omstandigheden die niet van tevoren konden worden voorzien. Voor al die wijzigingen moeten bepaalde grenzen en voorwaarden worden vastgesteld om te garanderen dat de steunprogramma's hun algemene doelstellingen behouden en aan de wetgeving van de Unie voldoen. |
(3) |
Omwille van de consistentie en het vlotte beheer van de verschillende steunmaatregelen moeten voorschriften inzake de minimuminhoud en het format van de steunprogramma's worden vastgesteld. Krachtens artikel 41, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 kunnen de lidstaten zelf bepalen op welk geografisch niveau het steunprogramma het meest adequaat wordt vastgesteld. Aangezien de lidstaten verantwoordelijk zijn voor het indienen en het wijzigen van de steunprogramma's, moeten zij erop toezien dat de nationale programma's de voorgeschreven minimuminhoud bevatten en binnen de gestelde termijnen kunnen worden ingediend. |
(4) |
Om ervoor te zorgen dat in het kader van alle steunprogramma's over de hele Unie de maatregelen op uniforme wijze worden toegepast en de steunaanvragen op uniforme wijze worden onderzocht, moeten criteria voor de aanvraagprocedure in de lidstaat worden vastgesteld. |
(5) |
Met het oog op synergieën moeten de lidstaten de gelegenheid krijgen om gezamenlijke afzetbevorderings- en voorlichtingscampagnes op te zetten. |
(6) |
Wat de toepassing van de maatregel groen oogsten en de berekening van de vergoeding voor de begunstigden betreft, moeten de lidstaten voorschriften vaststellen die garanderen dat deze vorm van steun geen permanent alternatief wordt voor het normaal op de markt brengen van de producten. Met name moet de lidstaat zelf kunnen bepalen tegen welke datum de producenten de acties moeten afronden, zodanig dat zij, gelet op de tijdsdruk en de nabijheid van de oogstperiode, voldoende tijd zullen hebben om de nodige controles vóór de betaling te verrichten en om onrijpe druiventrossen volledig te vernietigen of te verwijderen, waardoor de opbrengst van de betrokken oppervlakte tot nul wordt teruggebracht. |
(7) |
Met het oog op het monitoren van de toepassing van deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 moeten de ter zake relevante gegevens inzake de ramingen voor de steunprogramma's en de uitvoering van deze programma's jaarlijks ter beschikking van de Commissie worden gesteld. In dit verband moet worden bepaald welke gegevens in de verslagen en evaluaties over de steunprogramma's moeten worden opgenomen om de efficiëntie en de doeltreffendheid ervan te kunnen beoordelen. |
(8) |
Om de Commissie in staat te stellen tot het monitoren van eventuele staatssteunbedragen en voorschotten die aan begunstigden zijn verleend voor acties in het kader van bepaalde maatregelen van de steunprogramma's, moet worden gespecificeerd welke gegevens de lidstaten in dit verband aan de Commissie moeten melden. Omwille van de kostenefficiëntie moet echter een drempelwaarde worden vastgesteld bij onderschrijding waarvan lidstaten begunstigden kunnen vrijstellen van de verplichting jaarlijks gegevens te verstrekken over het gebruik en het saldo van de ontvangen voorschotbetalingen. |
(9) |
Voor de goede werking van de steunmaatregelen moet worden bepaald dat de lidstaten al hun meldingen aan de Commissie moeten doen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 792/2009 van de Commissie (6). Om te garanderen dat de middelen van de begroting van de Unie op een billijke en verifieerbare wijze worden besteed, moeten aan de niet-naleving van de meldingsvoorschriften financiële gevolgen worden verbonden. Naast de bij de onderhavige verordening vastgestelde specifieke bepalingen moeten ook de algemene bepalingen inzake de begrotingsdiscipline gelden, en met name die betreffende onvolledige of onjuiste aangiften door de lidstaten. |
(10) |
Om uniforme voorwaarden voor de uitvoering van alle maatregelen in alle lidstaten te waarborgen, moeten bepalingen worden vastgesteld inzake de selectieprocedure, onder meer betreffende de toepassing van subsidiabiliteits- en prioriteitscriteria, alsmede inzake de methode voor het uitsluiten van niet-subsidiabele aanvragen en aanvragen die een bepaalde drempel niet halen, met name voor het geval begrotingsbeperkingen gelden. De lidstaten moeten vrij kunnen bepalen hoe elk prioriteitscriterium wordt gewogen en of een drempel moet worden vastgesteld zelfs indien er voldoende begrotingsmiddelen beschikbaar zijn. |
(11) |
Omwille van de rechtszekerheid moet deze verordening de lidstaten een kader ter hand stellen voor een vereenvoudigde vergoeding van kosten. Dat kader moet voorschriften bevatten inzake de berekening van standaardschalen van eenheidskosten en bijdragen in natura, en inzake de periodieke toetsing en eventuele aanpassing van de standaardschalen. Deze regels moeten ervoor zorgen dat de standaardschalen van eenheidskosten objectief worden berekend en worden bijgewerkt. |
(12) |
Om de belangen van de begunstigden te beschermen, met name wanneer deze een vergoeding voor het aanhouden van een zekerheid betalen, moet, met het oog op een gezond financieel beheer, een redelijke termijn worden vastgesteld waarin de betalingsaanvragen worden geverifieerd en het daadwerkelijke steunbedrag wordt bepaald — hetgeen een voorwaarde is voor het vrijgeven van de zekerheid in gevallen waarin een voorschot is betaald. |
(13) |
Met het oog op een doeltreffende toepassing van het verbod op dubbele financiering, moet een efficiënt controlesysteem voorhanden zijn om te garanderen dat een handeling of een actie waarvoor een begunstigde financiering uit hoofde van het steunprogramma ontvangt, niet ook wordt gefinancierd uit hoofde van een ander Fonds. |
(14) |
Met het oog op de billijke behandeling van de producenten, moeten bepalingen worden vastgesteld voor het oplossen van gevallen waarin zich kennelijke fouten hebben voorgedaan. |
(15) |
Er moeten voorschriften worden vastgesteld betreffende de controles die nodig zijn om een correcte toepassing van de steunprogramma's te garanderen, en betreffende adequate sancties tegen geconstateerde onregelmatigheden. Deze voorschriften moeten betrekking hebben op specifieke controles en sancties op Unieniveau en op aanvullende nationale controles en sancties. De controles en de sancties moeten ontradend, doeltreffend en evenredig zijn. |
(16) |
De lidstaten moeten erop toezien dat de instanties die bevoegd zijn voor de controles in verband met de steunmaatregelen in de wijnsector, hun werk op doeltreffende wijze verrichten. Met het oog daarop moeten zij in gevallen waarin verschillende instanties bevoegd zijn, de desbetreffende werkzaamheden coördineren en moeten zij een instantie aanwijzen die verantwoordelijk is voor de contacten tussen die instanties en met de Commissie. |
(17) |
Met het oog op de doeltreffendheid van de vereiste controles moeten de lidstaten ervoor zorgen dat het personeel van de bevoegde instanties over adequate onderzoeksbevoegdheden beschikt om de naleving van de voorschriften te garanderen, en moeten zij erop toezien dat de personen die worden gecontroleerd, de uitvoering van die controles niet belemmeren. |
(18) |
Er moeten bepalingen worden vastgesteld om ervoor te zorgen dat onverschuldigd betaalde bedragen met rente worden teruggevorderd en dat onregelmatigheden aan de Commissie worden gemeld. |
(19) |
Wat de maatregel voorlichting en afzetbevordering betreft, is uit de ervaring gebleken dat het aantal geselecteerde acties dat door de bevoegde autoriteiten moet worden gecontroleerd, fors toeneemt en dat dit tot een aanzienlijke administratieve belasting leidt. Met het oog op de vereenvoudiging van deze controles moeten de lidstaten de mogelijkheid krijgen om ter staving van betalingsaanvragen voor grote projecten auditcertificaten over te leggen die dienstdoen als basis voor het uitvoeren van de administratieve controles en de controles ter plaatse. Voorts moet worden verduidelijkt dat in het buitenland geen controles ter plaatse moeten worden uitgevoerd en dat deze kunnen worden beperkt tot het toetsen van steekproeven van de ingediende of in de auditcertificaten opgesomde documenten aan de boekhoudregisters en, waar mogelijk, andere bewijsstukken. |
(20) |
Wat acties voor de herstructurering en de omschakeling van wijngaarden betreft, moet worden bepaald dat voor en na de uitvoering van elke afzonderlijke actie systematisch controles moeten plaatsvinden, en moet worden vastgesteld wanneer en onder welke voorwaarden die controles via teledetectie of op basis van een steekproef mogen worden verricht. |
(21) |
Wat acties voor groen oogsten betreft, moet worden bepaald dat de betrokken oppervlakten na uitvoering van de acties systematisch ter plaatse worden geverifieerd, teneinde te waarborgen dat de onrijpe druiventrossen volledig zijn vernietigd of verwijderd, waardoor de opbrengst van de betrokken oppervlakte tot nul wordt teruggebracht. In dit verband moet tevens worden geverifieerd dat de fytosanitaire voorschriften en de milieuvoorschriften in acht zijn genomen. Met het oog op de doeltreffende uitvoering mag de vergoeding pas worden betaald nadat is gecontroleerd dat het groen oogsten werkelijk heeft plaatsgevonden, en mogen geen voorschotten worden toegekend. |
(22) |
Om te komen tot een meer uniforme basis voor de betaling van de steun in het kader van de maatregelen op het gebied van herstructurering en groen oogsten, moeten voorschriften worden vastgesteld inzake het opmeten van de oppervlakten, met name om te bepalen wat onder de met wijnstokken beplante oppervlakte wordt verstaan wanneer de steun wordt betaald op basis van oppervlaktegebaseerde standaardschalen van eenheidskosten. |
(23) |
Wat de maatregel distillatie van bijproducten betreft, moeten de lidstaten alle maatregelen nemen die nodig zijn om de naleving van de voorwaarden en beperkingen voor de betaling van de steun te verifiëren. |
(24) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
HOOFDSTUK I
PROCEDURE VOOR DE INDIENING EN DE WIJZIGING VAN DE STEUNPROGRAMMA'S
Artikel 1
Programmeringsperiode en kennisgeving van de ter zake relevante nationale wetgeving
-
1.Het ontwerpsteunprogramma als bedoeld in artikel 41, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1308/2013, heeft betrekking op de vijf begrotingsjaren 2014 tot en met 2018.
-
2.De lidstaten stellen de Commissie in kennis van hun wetgeving met betrekking tot de in lid 1 bedoelde steunprogramma's, zodra die wetgeving is goedgekeurd of gewijzigd.
Artikel 2
Wijziging van de steunprogramma's
-
1.Per begrotingsjaar mogen ten hoogste tweemaal wijzigingen in de toepasselijke steunprogramma's als bedoeld in artikel 41, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013, worden ingediend, uiterlijk op 1 maart en 30 juni.
Deze termijnen gelden echter niet in het geval van noodmaatregelen wegens natuurrampen in de zin van artikel 2, punt 9, van Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie (7) of wegens ongunstige weersomstandigheden die met een natuurramp kunnen worden gelijkgesteld in de zin van artikel 2, punt 16, van die verordening, of wegens andere uitzonderlijke omstandigheden.
-
2.De in lid 1 bedoelde wijzigingen worden aangegeven in het steunprogramma dat aan de hand van het model in bijlage I bij de Commissie wordt ingediend onder vermelding van:
a) |
de redenen voor de voorgestelde wijzigingen; |
b) |
een bijgewerkte versie van het financiële overzicht — aan de hand van het model in bijlage II — wanneer de wijzigingen van het steunprogramma een herziening van de financiële toewijzing met zich brengen. |
Artikel 3
Inhoud van de steunprogramma's
Het steunprogramma omvat:
a) |
voor elke specifieke steunmaatregel als vastgesteld in de artikelen 45 tot en met 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013:
|
b) |
de resultaten van het gepleegde overleg; |
c) |
de globale strategie; |
d) |
een beoordeling van de verwachte technische, economische, maatschappelijke en milieueffecten; |
e) |
een tijdschema voor de uitvoering van de maatregelen; |
f) |
een algemeen financieel overzicht conform bijlage II bij de onderhavige verordening; |
g) |
de criteria en andere kwantitatieve indicatoren voor monitoring en evaluatie; |
h) |
de maatregelen die zijn getroffen om de correcte en doeltreffende uitvoering van het programma te garanderen; |
i) |
de naam en het adres van de bevoegde autoriteiten en instanties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het programma; |
j) |
de internetsite waar de nationale wetgeving inzake het steunprogramma openbaar beschikbaar is. |
HOOFDSTUK II
BEPALINGEN INZAKE SPECIFIEKE STEUNMAATREGELEN
AFDELING 1
Afzetbevordering
Onderafdeling 1
Voorlichting in de lidstaten
Artikel 4
Aanvraagprocedure
-
1.Met betrekking tot de in artikel 45, lid 1, onder a), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun stellen de lidstaten voorschriften voor de aanvraagprocedure en de procedure voor eventuele verlenging van de steunverlening, als bedoeld in artikel 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149, vast, onder meer inzake:
a) |
de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de aanvragen en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake subsidiabele acties, subsidiabiliteitscriteria, prioriteitscriteria en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 1, onderafdeling 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium; |
e) |
het sluiten van contracten, mogelijk aan de hand van standaardformulieren; |
f) |
regelingen voor het betalen van voorschotten en het stellen van zekerheden; |
g) |
de evaluatie van ondersteunde acties op basis van adequate indicatoren. |
-
2.In het geval van een verlenging van de steunverlening, als bedoeld in artikel 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149, worden de resultaten van de ondersteunde actie voorafgaand aan de verlenging geëvalueerd en in aanmerking genomen in het verlengingsbesluit.
-
3.Begunstigden die van plan zijn om als begeleidend document bij hun betalingsaanvraag een certificaat over het financiële overzicht over te leggen overeenkomstig artikel 41, stellen de bevoegde autoriteit van dat voornemen in kennis wanneer zij hun aanvraag indienen.
Onderafdeling 2
Afzetbevordering in derde landen
Artikel 5
Aanvraagprocedure
-
1.Met betrekking tot de in artikel 45, lid 1, onder b), van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun stellen de lidstaten voorschriften voor de aanvraagprocedure en de procedure voor eventuele verlenging van de steunverlening, als bedoeld in artikel 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149, vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 3 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de aanvragen en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake subsidiabele acties, subsidiabiliteitscriteria, prioriteitscriteria en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 1, onderafdeling 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
de betrokken producten en de afzet daarvan in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 1308/2013, de nationale bepalingen en de betrokken specificaties; |
e) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium; |
f) |
het sluiten van contracten, mogelijk aan de hand van standaardformulieren, |
g) |
regelingen voor het betalen van voorschotten en het stellen van zekerheden; |
h) |
de evaluatie van ondersteunde acties op basis van adequate indicatoren. |
-
2.In het geval van een verlenging van de steunverlening, als bedoeld in artikel 4 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149, worden de resultaten van de ondersteunde actie voorafgaand aan de verlenging geëvalueerd en in aanmerking genomen in het verlengingsbesluit.
-
3.Begunstigden die van plan zijn om als begeleidend document bij hun betalingsaanvraag een certificaat over het financiële overzicht over te leggen overeenkomstig artikel 41, stellen de bevoegde autoriteit van dat voornemen in kennis wanneer zij hun aanvraag indienen.
Onderafdeling 3
Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 6
Gezamenlijke afzetbevorderingsacties
Twee of meer lidstaten kunnen een gezamenlijke voorlichtings- of afzetbevorderingsactie kiezen. Zij verbinden zich ertoe hun deel in de financiering te dragen en maken afspraken over administratieve samenwerkingsprocedures om de monitoring, de uitvoering en de controle met betrekking tot de gezamenlijke actie te vergemakkelijken.
AFDELING 2
Herstructurering en omschakeling van wijngaarden
Artikel 7
Aanvraagprocedure
-
1.De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 46 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 12 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de inhoud van de aanvraag; |
c) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de geschiktheid van elke voorgestelde handeling en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
d) |
de procedures om te waarborgen dat de aanvraag subsidiabel is en in overeenstemming is met de voorschriften en het controlesysteem dat is opgezet voor het vergunningenstelsel voor het aanplanten van wijnstokken als bedoeld in de artikelen 66 en 68 van Verordening (EU) nr. 1308/2013; |
e) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake subsidiabiliteitscriteria, niet-subsidiabele kosten, prioriteitscriteria en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
f) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium, waar prioriteitscriteria van toepassing zijn; |
g) |
regelingen voor het betalen van voorschotten en het stellen van zekerheden. |
-
2.De lidstaten kunnen vaststellen hoe groot de oppervlakte op zijn minst moet zijn om voor herstructurerings- en omschakelingssteun in aanmerking te komen, hoe groot de eenmaal geherstructureerde en omgeschakelde oppervlakte op zijn minst moet zijn en in welke naar behoren verantwoorde en op objectieve criteria gebaseerde gevallen van deze vereiste mag worden afgeweken.
AFDELING 3
Groen oogsten
Artikel 8
Uitvoering van de steunmaatregel
Voor de toepassing van artikel 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 moeten de lidstaten:
a) |
bepalingen vaststellen voor de toepassing van de steunmaatregel, onder meer inzake:
|
b) |
de uiterste datum voor de indiening van de aanvragen voor steun voor groen oogsten vaststellen, die moet vallen in de periode tussen 15 april en 10 juni van elk jaar; |
c) |
uiterlijk op 10 juni van elk jaar een analyse van de verwachte marktsituatie opstellen die de uitvoering van het groen oogsten om het marktevenwicht te herstellen en een crisis te voorkomen, rechtvaardigt, alsmede de in artikel 43, lid 1, onder c) van de onderhavige verordening bedoelde termijn vaststellen voor de uitvoering van de actie groen oogsten; |
d) |
elk jaar vaststellen wanneer de acties groen oogsten overeenkomstig artikel 47, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 ten laatste moeten worden uitgevoerd, met dien verstande dat die termijn valt na het opstellen van de analyse van de verwachte marktsituatie als bedoeld onder c). |
Artikel 9
Berekening van de vergoeding
-
1.Elk jaar berekenen de lidstaten de rechtstreekse kosten van groen oogsten volgens de verschillende methoden (handmatig, mechanisch of chemisch) die zij als subsidiabel beschouwen met het oog op de toepassing van de voorwaarden die zij op grond van artikel 18 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 hebben vastgesteld.
Als meer dan één methode van groen oogsten op dezelfde oppervlakte wordt toegepast, wordt de vergoeding gebaseerd op de goedkoopste methode.
-
2.De lidstaten bepalen het door het groen oogsten veroorzaakte inkomensverlies op basis van objectieve en niet-discriminerende criteria en houden daarbij rekening met eventuele kostenbesparingen.
Artikel 10
Aanvraagprocedure
-
1.De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 17 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de vergoeding waarop de betrokken producent recht heeft; |
c) |
de inhoud van de aanvraag; |
d) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de geschiktheid van elke voorgestelde handeling en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
e) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake de voorwaarden voor de goede werking, de subsidiabiliteitscriteria, niet-subsidiabele handelingen en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 3, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
f) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium, waar prioriteitscriteria van toepassing zijn. |
-
2.De lidstaten kunnen bepalen dat, wanneer een aanvraag zonder gegronde reden wordt ingetrokken, de betrokken producent zelf de kosten van de behandeling van zijn aanvraag moet dragen.
AFDELING 4
Onderlinge fondsen
Artikel 11
Uitvoering van de steunmaatregel
Voor de toepassing van artikel 48 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 moeten de lidstaten bepalingen voor de toepassing van de steunmaatregel vaststellen.
Artikel 12
Aanvraagprocedure
De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 48 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 24 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de aanvragen en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de voorwaarden voor steunverlening en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 4, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium, waar prioriteitscriteria van toepassing zijn; |
e) |
het sluiten van contracten, mogelijk aan de hand van standaardformulieren. |
AFDELING 5
Oogstverzekering
Artikel 13
Aanvraagprocedure
De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 49 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 27 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de aanvragen en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de op grond van artikel 29 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 vastgestelde voorwaarden voor de goede werking en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 5, van die verordening; |
d) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium, waar prioriteitscriteria van toepassing zijn; |
e) |
het sluiten van contracten, mogelijk aan de hand van standaardformulieren; |
f) |
betalingen aan begunstigden, onder meer via verzekeringsmaatschappijen overeenkomstig artikel 28 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149. |
AFDELING 6
Investeringen
Artikel 14
Aanvraagprocedure
De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 50 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 32 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de geschiktheid van elke voorgestelde handeling en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake subsidiabele handelingen en subsidiabele kosten, subsidiabiliteitscriteria, prioriteitscriteria en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 6, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium; |
e) |
regelingen voor het betalen van voorschotten en het stellen van zekerheden. |
AFDELING 7
Innovatie in de wijnsector
Artikel 15
Aanvraagprocedure
De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 37 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de indiening en selectie van aanvragen, ten minste wat betreft de termijnen voor de indiening van de aanvragen, voor het onderzoek van de geschiktheid van elke voorgestelde handeling en voor de mededeling van de resultaten van de selectieprocedure aan de marktdeelnemers; |
c) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake subsidiabele handelingen en subsidiabele kosten, subsidiabiliteitscriteria, prioriteitscriteria en andere objectieve criteria als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 7, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
de selectie van de aanvragen, ten minste wat betreft de weging voor elk prioriteitscriterium; |
e) |
regelingen voor het betalen van voorschotten en het stellen van zekerheden. |
AFDELING 8
Distillatie van bijproducten
Artikel 16
Uitvoering van de steunmaatregel
Voor de toepassing van artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 moeten de lidstaten bepalingen voor de toepassing van de steunmaatregel vaststellen.
Artikel 17
Aanvraagprocedure
De lidstaten stellen met betrekking tot de in artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun voorschriften voor de aanvraagprocedure vast, onder meer inzake:
a) |
de natuurlijke of de rechtspersonen die aanvragen kunnen indienen overeenkomstig artikel 41 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
b) |
de verificatie van de naleving van de bepalingen inzake het doel van de steun als bedoeld in hoofdstuk II, afdeling 8, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
c) |
de betaling van de steun overeenkomstig artikel 42 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 en artikel 18 van de onderhavige verordening. |
Artikel 18
Steunbedrag
-
1.Het maximumbedrag van de in artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun dat aan de distilleerders mag worden betaald, wordt als volgt per % alcoholvolume en per hectoliter vastgesteld:
a) |
voor ruwe alcohol verkregen van draf: 1,1 EUR/ %vol/hl; |
b) |
voor ruwe alcohol verkregen van wijn en moer: 0,5 EUR/ %vol/hl. |
-
2.De lidstaten stellen op basis van objectieve en niet-discriminerende criteria en met inachtneming van de in lid 1 van het onderhavige artikel vastgestelde grenzen het steunbedrag en het bedrag van de vergoeding voor de inzamelingskosten als bedoeld in artikel 52, lid 3, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 vast. Zij vermelden deze twee bedragen onder de juiste punten van het model in de bijlagen I, III en IV bij de onderhavige verordening.
De lidstaten kunnen deze bedragen op basis van objectieve en niet-discriminerende criteria differentiëren naar productietype.
HOOFDSTUK III
VERSLAGLEGGING, EVALUATIE EN ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 19
Verslaglegging en evaluatie
-
1.De lidstaten dienen uiterlijk op 1 maart van elk jaar bij de Commissie een verslag in over de wijze waarop de maatregelen in het kader van hun steunprogramma als bedoeld in deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013, tijdens het voorgaande begrotingsjaar zijn uitgevoerd.
Dit verslag bevat een lijst en een beschrijving van de maatregelen waarvoor in het kader van die afdeling steun van de Unie is toegekend.
Voor de indiening van dit verslag wordt gebruikgemaakt van het model in bijlage III bij de onderhavige verordening.
-
2.Tegelijkertijd met het in lid 1 bedoelde verslag dienen de lidstaten aan de hand van het model in bijlage IV bij de Commissie de financiële en technische gegevens in die betrekking hebben op de uitvoering van de in hun steunprogramma opgenomen maatregelen.
Voor elk begrotingsjaar en voor elke maatregel worden de volgende gegevens ingediend:
a) |
voor de begrotingsjaren van de periode van vijf jaar waarvoor al uitgaven zijn gedaan: feitelijke technische gegevens en een staat van de uitgaven die in geen geval de in bijlage VI bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 vastgestelde begrotingslimieten voor de lidstaten mogen overschrijden; |
b) |
voor de volgende begrotingsjaren tot het einde van de geplande periode van uitvoering van het steunprogramma: ramingen van technische gegevens en van uitgaven, waarbij de uitgaven ten hoogste de begrotingslimiet voor de lidstaat zoals vastgesteld in bijlage VI bij Verordening (EU) nr. 1308/2013, mogen bereiken en moeten stroken met de meest recente versie van het financiële overzicht dat aan de hand van het model in bijlage II bij de onderhavige verordening is ingediend op grond van artikel 2 van de onderhavige verordening. |
-
3.De lidstaten stellen, met inachtneming van de beschikbare middelen, een tabel op met de gegevens over de uitvoering van de steun voor de in artikel 45 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde voorlichtings- en afzetbevorderingsmaatregelen. Uiterlijk op 1 maart van elk jaar dienen zij deze tabel bij de Commissie in aan de hand van het model in bijlage V bij de onderhavige verordening.
-
4.Uiterlijk op 1 maart 2017 en op 1 maart 2019 dienen de lidstaten bij de Commissie een evaluatie in van de kosteneffectiviteit en de baten van hun steunprogramma, alsmede suggesties om hun programma efficiënter te maken.
Deze aan de hand van het model in bijlage III in te dienen evaluatie gaat vergezeld van de overeenkomstig het model in bijlage IV verstrekte financiële en technische informatie, en betreft alle vorige jaren van de betrokken periode van vijf jaar. Daarnaast worden de volgende elementen in de conclusies opgenomen:
-
a)C1: een evaluatie van de kosteneffectiviteit en de baten van het steunprogramma;
-
b)C2: manieren om het steunprogramma efficiënter te maken.
-
5.Elk jaar dienen de lidstaten uiterlijk op 1 maart een jaarverslag bij de Commissie in met betrekking tot de controles die het vorige begrotingsjaar voor elke maatregel van hun steunprogramma zijn verricht om te voldoen aan de vereisten van hoofdstuk IV. Voor de indiening van dit jaarverslag wordt gebruikgemaakt van het model in bijlage VI.
-
6.Verwijzingen naar betalingen in een bepaald begrotingsjaar gelden als verwijzingen naar betalingen die de lidstaten daadwerkelijk hebben verricht van 16 oktober van het vorige kalenderjaar tot en met 15 oktober van het betrokken kalenderjaar.
-
7.De lidstaten registreren de nadere bijzonderheden van hun al dan niet gewijzigde steunprogramma en van alle maatregelen die in het kader van dat programma zijn uitgevoerd.
Artikel 20
Melding met betrekking tot staatssteun
-
1.Lidstaten die overeenkomstig artikel 212 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 staatssteun verlenen voor de in de artikelen 45, 49 en 50 van die verordening bedoelde maatregelen, melden dit aan de Commissie door de volgende gegevens te verstrekken aan de hand van het model in bijlage VII bij de onderhavige verordening:
a) |
of steun wordt verleend overeenkomstig Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie (8) of Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie (9), of |
b) |
het zaaknummer waaronder de maatregel van de aanmeldingsverplichting is vrijgesteld overeenkomstig een op grond van Verordening (EU) 2015/1588 van de Raad (10) vastgestelde vrijstellingsverordening, of |
c) |
het zaaknummer waaronder de maatregel door de Commissie verenigbaar met de interne markt is verklaard na een kennisgeving overeenkomstig artikel 108, lid 3, van het Verdrag. |
-
2.De verstrekte gegevens moeten gelden voor de hele looptijd van het nationale steunprogramma onverminderd latere wijzigingen die aan dat programma worden aangebracht.
Eventuele wijzigingen worden uiterlijk op 1 maart door de lidstaten gemeld aan de hand van het model in bijlage VII.
-
3.De lidstaten geven onder de juiste punten van de modellen in de bijlagen I, III, IV en V aan of staatssteun zal worden verleend en om welke bedragen het dan gaat.
Artikel 21
Melding met betrekking tot voorschotten
-
1.Wanneer overeenkomstig artikel 49 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 voorschotten worden verleend, vermelden de lidstaten in de in artikel 7, lid 3, onder a), van Verordening (EU) nr. 1306/2013 bedoelde lopende jaarrekeningen van de betaalorganen gegevens betreffende het gebruik van de voorschotten binnen de in dat artikel vastgestelde termijn. Hiertoe bepalen de lidstaten op welke uiterste datum de begunstigden voor elk actie de volgende gegevens moeten verstrekken aan de betaalorganen:
a) |
per maatregel een kostenstaat, met een motivering van het gebruik van de voorschotten in de periode tot en met 15 oktober, en |
b) |
per maatregel een bevestiging van het saldo van de voorschotten dat op 15 oktober nog niet is benut. |
De lidstaten kunnen besluiten om de begunstigden van acties met een subsidiabele Uniebijdrage van minder dan 5 000 000 EUR vrij te stellen van deze verplichting.
-
2.Met het oog op de toepassing van artikel 27, lid 2, van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie (11) worden de laatste kostenstaat en de bevestiging van het saldo als bedoeld in lid 1, overgelegd als bewijs dat de betrokkene definitief recht heeft op het voorschot.
Met betrekking tot voorschotten voor acties die in het kader van de artikelen 46, 50 en 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zijn geselecteerd, worden de laatste kostenstaat en de bevestiging van het saldo als bedoeld in de leden 1 en 2 van het onderhavige artikel, uiterlijk aan het einde van het tweede begrotingsjaar na de betaling van de voorschotten overgelegd.
Artikel 22
Algemene bepalingen betreffende meldingen
-
1.De in deze verordening bedoelde meldingen aan de Commissie worden gedaan overeenkomstig Verordening (EG) nr. 792/2009.
-
2.Onverminderd bijzondere bepalingen van de onderhavige verordening nemen de lidstaten alle maatregelen die nodig zijn om de bij de onderhavige verordening vastgestelde meldingstermijnen te kunnen naleven.
-
3.De lidstaten bewaren de overeenkomstig dit artikel gemelde informatie gedurende ten minste tien wijnoogstjaren na het wijnoogstjaar waarin de informatie is verstrekt.
-
4.De in het onderhavige artikel vastgestelde verplichtingen doen geen afbreuk aan de verplichtingen van de lidstaten die inzake statistische enquêtes naar de wijnbouwoppervlakten zijn vastgesteld in Verordening (EU) nr. 1337/2011 van het Europees Parlement en de Raad (12).
Artikel 23
Selectieprocedure
-
1.De lidstaten verifiëren dat de aanvragen binnen de termijn zijn ingediend, onderzoeken alle aanvragen en beoordelen of deze in overeenstemming zijn met de inhoudelijke voorschriften en met de subsidiabiliteitscriteria en de subsidiabele kosten die voor elke in hun steunprogramma opgenomen maatregel zijn vastgesteld. Aanvragen die niet in overeenstemming zijn met deze voorschriften of met de subsidiabiliteitscriteria en de subsidiabele kosten, worden als niet-subsidiabel beschouwd en derhalve uitgesloten.
-
2.Wanneer voor een maatregel prioriteitscriteria gelden, onderzoeken de lidstaten na de in lid 1 bedoelde beoordeling alle aanvragen die in het kader van die maatregel als subsidiabel worden beschouwd en geven zij elke maatregel een score.
De score wordt berekend op basis van de prioriteitscriteria waaraan de aanvraag voldoet, en de specifieke weging die voor elke maatregel aan elk prioriteitscriterium is toegewezen.
De lidstaten stellen op basis van de scores een rangorde van de subsidiabele aanvragen op.
-
3.Wanneer de totale waarde van de subsidiabele aanvragen voor een steunmaatregel groter is dan de begroting die in een bepaald begrotingsjaar aan die maatregel is toegewezen, selecteren de lidstaten de aanvragen die zijn opgenomen in de overeenkomstig lid 2 opgestelde rangorde, in afnemende volgorde van de behaalde score totdat de beschikbare begrotingsmiddelen zijn opgebruikt.
Bij wijze van alternatief kunnen de lidstaten een minimumscore als drempel vaststellen en alle aanvragen selecteren die die minimumscore halen. Wanneer in dat geval de totale waarde van de subsidiabele aanvragen die de drempel halen, groter is dan de beschikbare begroting voor een steunmaatregel, kunnen de lidstaten voor die aanvragen pro rata betalingen toepassen.
-
4.De lidstaten kunnen een drempel vaststellen en besluiten subsidiabele aanvragen die die drempel niet halen, uit te sluiten zelfs indien de waarde van de subsidiabele aanvragen niet groter is dan de beschikbare begroting.
-
5.Voor elke relevante maatregel kunnen de lidstaten subsidiabele aanvragen die het vorige jaar overeenkomstig de leden 3 en 4 zijn uitgesloten, weer in de selectieprocedure opnemen indien de aanvrager daarmee instemt.
-
6.De indieners van aanvragen die op grond van dit artikel zijn uitgesloten, worden op de hoogte gebracht van de redenen voor de uitsluiting.
Artikel 24
Vereenvoudigde kostenvergoeding
-
1.Lidstaten die besluiten gebruik te maken van de standaardschalen van eenheidskosten als bedoeld in artikel 5, tweede alinea, en artikel 44, lid 1, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149, moeten:
a) |
deze schalen vaststellen voordat aanvragen worden ingediend; |
b) |
deze schalen vaststellen aan de hand van een eerlijke, billijke en verifieerbare berekeningsmethode op basis van:
|
Met het oog daarop zorgen de lidstaten ervoor dat de berekeningen worden uitgevoerd of de geschiktheid en de nauwkeurigheid van de rekeningen worden bevestigd door een instantie met de daartoe vereiste expertise die functioneel onafhankelijk is van de voor de programma-uitvoering verantwoordelijk autoriteiten.
-
2.De lidstaten kunnen besluiten gedifferentieerde schalen te gebruiken om rekening te houden met specifieke regionale of lokale factoren.
-
3.De lidstaten toetsen de in lid 1 bedoelde berekeningen om de twee jaar en passen zo nodig de oorspronkelijk vastgestelde standaardschalen van eenheidskosten aan.
-
4.Wat de vaststelling en toetsing van de standaardschalen van eenheidskosten betreft, bewaren de lidstaten alle documentatie aan de hand waarvan kan worden geverifieerd dat de methode die is gebruikt om deze overeenkomstig lid 1, eerste alinea, onder b), vast te stellen, redelijk is.
Artikel 25
Termijnen voor betaling aan de begunstigden
De lidstaten stellen voor elke steunmaatregel vast wanneer de betalingsaanvraag uiterlijk moet worden ingediend.
De lidstaten betalen de begunstigde uiterlijk twaalf maanden na de datum waarop deze een geldige en volledige aanvraag voor een tussentijdse betaling of een eindbetaling heeft ingediend.
Artikel 26
Voorschotten
-
1.Begunstigden van steun in het kader van de artikelen 45, 46, 50, 51 en 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 kunnen de bevoegde betaalorganen om betaling van een voorschot verzoeken indien deze mogelijkheid overeenkomstig artikel 49 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 is opgenomen in het nationale steunprogramma.
-
2.Het bedrag van de voorschotten mag niet groter zijn dan 80 % van de Uniebijdrage.
-
3.Het voorschot wordt slechts betaald op voorwaarde dat de begunstigde overeenkomstig hoofdstuk IV van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 ten gunste van de lidstaat een bankgarantie of een gelijkwaardige zekerheid heeft gesteld die op zijn minst overeenstemt met het bedrag van dat voorschot.
-
4.Met het oog op de toepassing van artikel 23 van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 moet het totale voorschot uiterlijk aan het einde van het tweede begrotingsjaar na het begrotingsjaar waarin het voorschot is betaald, zijn uitgegeven in het kader van de tenuitvoerlegging van de betrokken actie, behalve wanneer sprake is van overmacht of andere uitzonderlijke omstandigheden.
-
5.Wat de herstructurering en omschakeling van wijngaarden betreft, kunnen de lidstaten de in lid 4 bedoelde periode aanpassen wanneer:
a) |
de betrokken oppervlakten deel uitmaken van een oppervlakte die is geteisterd door een in artikel 2, punt 9, van Verordening (EU) nr. 702/2014 gedefinieerde natuurramp of door in artikel 2, punt 16, van die verordening gedefinieerde ongunstige weersomstandigheden die met een natuurramp kunnen worden gelijkgesteld, op voorwaarde dat de bevoegde autoriteiten van betrokken lidstaat deze natuurramp of deze ongunstige weersomstandigheden als zodanig hebben erkend; |
b) |
de geplande acties niet konden worden uitgevoerd omdat het plantgoed gezondheidsproblemen vertoonde die een door de betrokken lidstaat erkende instantie als zodanig heeft erkend. |
De steun wordt slechts vooraf betaald als vorige handelingen die op dezelfde oppervlakte zijn verricht en waarvoor de producent ook steun vooraf heeft gekregen, volledig zijn uitgevoerd.
-
6.De zekerheid wordt vrijgegeven wanneer het bevoegde betaalorgaan vaststelt dat het bedrag van het voorschot lager is dan de werkelijk voor de betrokken actie gedane uitgaven die in aanmerking komen voor de bijdrage van de Unie.
Artikel 27
Verificatie van het verbod op dubbele financiering
Wat de in de artikelen 45, 46, 48, 49, 50 en 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde steun betreft, vermelden de lidstaten onder het betrokken punt in het steunprogramma welke bepalingen zij hebben vastgesteld om te waarborgen dat een efficiënt controlesysteem voorhanden is om dubbele financiering als bedoeld in artikel 43 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 te voorkomen.
Artikel 28
Kennelijke fout
Meldingen, vorderingen of verzoeken die in het kader van deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 of van de onderhavige verordening aan de lidstaten worden gericht, met inbegrip van steunaanvragen, kunnen op elk ogenblik na de indiening ervan worden aangepast als daarin kennelijke fouten voorkomen die door de bevoegde autoriteit als zodanig zijn erkend.
HOOFDSTUK IV
CONTROLEBEPALINGEN
AFDELING 1
Controlebeginselen
Artikel 29
Controles
-
1.Onverminderd specifieke bepalingen van de onderhavige verordening of andere Uniewetgeving voeren de lidstaten controles en maatregelen in voor zover deze noodzakelijk zijn om te waarborgen dat de voorschriften voor de steunprogramma's in de wijnsector als vastgesteld in deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013, Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 en de onderhavige verordening, correct worden toegepast. Deze controles en maatregelen moeten met het oog op een adequate bescherming van de financiële belangen van de Unie voldoende doeltreffend, evenredig en ontradend zijn.
-
2.Met name zien de lidstaten erop toe dat:
a) |
alle subsidiabiliteitscriteria die in de nationale of de Uniewetgeving of in het nationale kader zijn vastgesteld, kunnen worden gecontroleerd; |
b) |
alleen verifieerbare en controleerbare acties worden geselecteerd; |
c) |
de bevoegde autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de controles, beschikken over voldoende, naar behoren gekwalificeerd en ervaren personeel om de controles doeltreffend uit te voeren; |
d) |
wordt voorzien in controles voor het voorkomen van onregelmatige dubbele financiering van de maatregelen in het kader van deel II, titel I, hoofdstuk II, afdeling 4, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 en andere nationale of Unieregelingen; |
e) |
verificatiemethoden en -middelen worden vastgesteld die in overeenstemming zijn met de aard van de betrokken steunmaatregel, waarbij wordt gespecificeerd bij wie de controles moeten worden verricht; |
f) |
bij steekproefsgewijze controles de controles ter plaatse door aantal, aard en frequentie representatief zijn voor hun hele grondgebied en, indien van toepassing, in overeenstemming zijn met de hoeveelheid wijnbouwproducten die is verhandeld of met het oog op verhandeling in voorraad wordt gehouden. |
Artikel 30
Administratieve controles
-
1.Alle steunaanvragen, betalingsaanvragen en andere verklaringen en wijzigingsaanvragen die door begunstigden of derden worden ingediend, worden administratief gecontroleerd op alle elementen waarvoor een dergelijke controle mogelijk en passend is.
In voorkomend geval omvatten de administratieve controles kruiscontroles met onder meer de gegevens van het geïntegreerd beheers- en controlesysteem als bedoeld in titel V, hoofdstuk 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013.
De procedures schrijven voor dat de verrichte controlewerkzaamheden, de verificatieresultaten en de ten aanzien van afwijkingen genomen maatregelen worden geregistreerd.
-
2.Aan de hand van de administratieve controles van de steunaanvragen wordt erop toegezien dat de actie in overeenstemming is met de toepasselijke voorschriften in de nationale of de Uniewetgeving of in het steunprogramma. De controles omvatten de verificatie van:
a) |
de subsidiabiliteit van de begunstigde; |
b) |
de subsidiabiliteitscriteria, verbintenissen en andere verplichtingen die van toepassing zijn op de actie waarvoor een steunaanvraag is ingediend; |
c) |
de subsidiabiliteit van de kosten van de actie en de overeenstemming met de kostencategorie of de berekeningsmethode die moet worden gebruikt wanneer de steun wordt betaald op basis van standaardschalen van eenheidskosten of bewijsstukken die door de begunstigde moeten worden ingediend, alsmede, in voorkomend geval, bijdragen in natura, personeels- en administratieve kosten als bedoeld in respectievelijk de artikelen 45, 46 en 47 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149; |
d) |
in gevallen waarin de steun wordt betaald op basis van voor de begunstigde in te dienen bewijsstukken: de redelijkheid van de ingediende kosten, die wordt geëvalueerd aan de hand van ten minste een van de volgende evaluatiesystemen:
|
e) |
in voorkomend geval, de overeenstemming met de prioriteitscriteria en de toewijzing van de weging met het oog op de selectieprocedure als bedoeld in artikel 23 van de onderhavige verordening. |
-
3.De administratieve controles van de betalingsaanvragen zijn systematisch en omvatten, voor zover dat voor de betrokken aanvraag dienstig is, de verificatie van:
a) |
de voltooide actie, vergeleken met de actie waarvoor de steunaanvraag was ingediend en ingewilligd; |
b) |
de kosten die de begunstigde heeft gemaakt en de betalingen die hij heeft verricht. |
-
4.De administratieve controles omvatten procedures om onregelmatige dubbele financiering uit andere nationale of Unieregelingen te voorkomen.
Artikel 31
Controles ter plaatse
-
1.De lidstaten organiseren voor geselecteerde acties controles ter plaatse op basis van een adequate steekproef wanneer dit hoofdstuk voorziet in steekproefgebaseerde controle.
Deze controles worden uitgevoerd voordat de eindbetaling voor een actie wordt verricht.
-
2.Controles ter plaatse mogen worden aangekondigd op voorwaarde dat het doel of de doeltreffendheid ervan daardoor niet in het gedrang komt. De periode tussen aankondiging en controle wordt beperkt tot het strikt noodzakelijke minimum en bedraagt niet meer dan 14 dagen.
-
3.Voor zover dat in de praktijk mogelijk is, worden de controles ter plaatse in het kader van deze verordening tegelijk met in andere Uniewetgeving voorgeschreven controles verricht.
Artikel 32
Controlepercentage en steekproeftrekking voor controles ter plaatse
-
1.Acties in het kader van maatregelen als bedoeld in de artikelen 46, 47, 50 en 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013, worden na de uitvoering ervan systematisch ter plaatse gecontroleerd.
Acties in het kader van maatregelen als bedoeld in de artikelen 45, 48, 49 en 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013, mogen na de uitvoering ervan op basis van een steekproef worden gecontroleerd. De steekproef bestaat uit minimaal 5 % van de aanvragen, die worden geselecteerd overeenkomstig artikel 34 van de onderhavige verordening. Deze steekproef betreft bovendien ten minste 5 % van de bedragen waarvoor steun wordt verleend.
Acties die in het kader van artikel 45 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 worden uitgevoerd door begunstigden die hebben gemeld een certificaat over het financiële overzicht te zullen indienen overeenkomstig artikel 41 van de onderhavige verordening, worden echter systematisch ten minste een keer voordat de eindbetaling wordt verricht, ter plaatse gecontroleerd.
-
2.Indien controles ter plaatse een belangrijke niet-naleving in het kader van een bepaalde steunmaatregel op nationaal niveau of in een regio of deel van een regio aan het licht brengen, verhoogt de bevoegde autoriteit op passende wijze het percentage begunstigden dat het volgende jaar ter plaatse moet worden gecontroleerd.
Wanneer de beheers- en controlesystemen naar behoren werken en het niveau van foutenpercentages aanvaardbaar blijft, kunnen lidstaten het minimumniveau van de controles ter plaatse evenwel verlagen.
Artikel 33
Inhoud van de controles ter plaatse
-
1.Artikel 51, leden 1, 2 en 3, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 van de Commissie (13) zijn van overeenkomstige toepassing op de in de artikelen 45 tot en met 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde maatregelen.
-
2.Wanneer nodig maken de lidstaten gebruik van het geïntegreerd beheers- en controlesysteem als bedoeld in titel V, hoofdstuk 2, van Verordening (EU) nr. 1306/2013.
Artikel 34
Selectie van de steekproef voor controles
-
1.De steekproeven voor controles ter plaatse op grond van dit hoofdstuk worden elk jaar door de bevoegde autoriteit geselecteerd op basis van een risicoanalyse en van de representativiteit voor de ingediende steunaanvragen. De doeltreffendheid van de risicoanalyse wordt elk jaar beoordeeld en verhoogd door:
a) |
de relevantie van elke risicofactor te bepalen; |
b) |
de resultaten van de op de risicoanalyse gebaseerde steekproef en die van de in lid 2 bedoelde aselect gekozen steekproef met elkaar te vergelijken; |
c) |
rekening te houden met de specifieke situatie in de lidstaat. |
-
2.Om de representativiteit te waarborgen, selecteren de lidstaten op aselecte wijze 20 tot 25 % van het minimum aantal begunstigden die ter plaatse moeten worden gecontroleerd.
-
3.De bevoegde autoriteit houdt bij waarom specifieke begunstigden voor een controle ter plaatse zijn geselecteerd. De inspecteur die de controle ter plaatse moet verrichten, wordt vóór het begin van de controle van deze redenen in kennis gesteld.
Artikel 35
Controleverslag
-
1.Van elke controle ter plaatse wordt een controleverslag opgesteld aan de hand waarvan alle bijzonderheden van de controle kunnen worden nagetrokken.
Voor zover de controles betrekking hebben op financiering door de Unie, wordt in dit verslag met name het volgende vermeld:
a) |
de gecontroleerde steunmaatregelen en acties; |
b) |
de aanwezige personen; |
c) |
in voorkomend geval, de gecontroleerde oppervlakten landbouwgrond, de opgemeten oppervlakten landbouwgrond en de meetresultaten per perceel landbouwgrond, alsmede de gebruikte meetmethoden; |
d) |
de hoeveelheden die zijn gecontroleerd en de resultaten van de controles; |
e) |
of de begunstigde vooraf in kennis was gesteld van de controle en, zo ja, hoelang van tevoren; |
f) |
gegevens betreffende eventuele andere verrichte controles. |
-
2.Als de gegevens in de aanvraag niet stroken met de feitelijke toestand die bij de ter plaatse of via teledetectie verrichte controle wordt aangetroffen, ontvangt de begunstigde een kopie van het controleverslag en krijgt hij de gelegenheid die te ondertekenen voordat de bevoegde autoriteit uit de bevindingen haar conclusies trekt wat betreft eventuele verlagingen of uitsluitingen.
Artikel 36
Controle-instanties
-
1.Lidstaten die verscheidene instanties aanwijzen om de naleving van de voorschriften inzake de steunmaatregelen in de wijnbouwsector te controleren, zorgen voor de coördinatie van de werkzaamheden van deze instanties.
-
2.Elke lidstaat wijst één enkele contactinstantie aan die moet zorgen voor de verbinding met de contactinstanties van de andere lidstaten en met de Commissie. Met name ontvangt deze contactinstantie verzoeken om samenwerking met het oog op de toepassing van dit hoofdstuk en geeft zij dergelijke verzoeken door, en vertegenwoordigt zij de lidstaat waaronder zij ressorteert, ten opzichte van de andere lidstaten of de Commissie.
Artikel 37
Bevoegdheden van de controlefunctionarissen
Elke lidstaat treft de nodige maatregelen om de functionarissen van zijn bevoegde instanties bij de vervulling van hun taak te helpen. De lidstaat ziet er meer in het bijzonder op toe dat deze functionarissen, eventueel samen met die van andere, door de lidstaat daartoe gemachtigde diensten:
a) |
toegang hebben tot de wijngaarden, tot de installaties voor de wijnbereiding, de opslag en de verwerking van wijnbouwproducten en tot de middelen voor het vervoer van deze producten; |
b) |
toegang hebben tot de bedrijfsruimten of opslagplaatsen en de vervoermiddelen van eenieder die wijnbouwproducten of producten die voor gebruik in de wijnbouwsector bestemd kunnen zijn, met het oog op de verkoop in voorraad houdt, verhandelt of vervoert; |
c) |
monsters kunnen nemen van wijnbouwproducten, stoffen en producten die voor de bereiding van wijnbouwproducten bestemd kunnen zijn en van producten die met het oog op de verkoop in voorraad worden gehouden, worden verhandeld of vervoerd; |
d) |
toegang hebben tot boekhoudkundige gegevens en andere documenten die nuttig zijn in het kader van controleprocedures, en daarvan kopieën of uittreksels kunnen maken. |
Artikel 38
Bijstand op verzoek
-
1.Een bevoegde instantie van een lidstaat die op het grondgebied van die lidstaat controleactiviteiten verricht, kan inlichtingen vragen bij een bevoegde instantie van een andere lidstaat die direct of indirect belang kan hebben bij de controle. Als een dergelijk verzoek wordt ingediend, wordt de bijstand tijdig verleend.
De aangezochte instantie verstrekt de aanvragende instantie alle inlichtingen die deze nodig heeft om haar opdracht te vervullen.
-
2.Op een met redenen omkleed verzoek van de aanvragende instantie houdt de aangezochte instantie speciaal toezicht of verricht zij speciale controles om het beoogde doel te bereiken, of neemt zij de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat een dergelijk toezicht wordt gehouden of dergelijke controles worden verricht.
-
3.De aangezochte instantie gaat te werk alsof zij handelt voor eigen rekening.
-
4.Met instemming van de aangezochte instantie kan de aanvragende instantie functionarissen aanwijzen:
a) |
hetzij om in de kantoren van de bestuursrechtelijke autoriteiten die ressorteren onder de lidstaat waar de aangezochte instantie is gevestigd, inlichtingen of kopieën van documenten over de toepassing van de wijnbouwvoorschriften of over controleactiviteiten te verkrijgen, |
b) |
hetzij om aanwezig te zijn bij de activiteiten waarom krachtens lid 2 is verzocht, nadat zij de aangezochte instantie daarvan tijdig vóór het begin van deze activiteiten in kennis heeft gesteld. |
De in de eerste alinea, onder a), bedoelde kopieën mogen slechts met instemming van de aangezochte instantie worden gemaakt.
-
5.De functionarissen van de aangezochte instantie hebben te allen tijde de leiding over de controleactiviteiten.
-
6.De functionarissen van de aanvragende instantie:
a) |
leggen een schriftelijk mandaat over waarin hun identiteit en functie zijn vermeld; |
b) |
genieten, onverminderd de beperkingen die de lidstaat van de aangezochte instantie oplegt aan zijn eigen functionarissen bij de uitvoering van de betrokken controles:
|
c) |
nemen tijdens de controles een houding aan die strookt met de voorschriften en professionele gebruiken die in de betrokken lidstaat gelden, en zijn gebonden aan het beroepsgeheim. |
-
7.De in dit artikel bedoelde verzoeken worden aan de aangezochte instantie van de betrokken lidstaat doorgezonden via de contactinstantie van deze lidstaat. Dezelfde procedure geldt voor:
a) |
de antwoorden op deze verzoeken; |
b) |
de mededelingen betreffende de toepassingen van de leden 2 en 4. |
-
8.Om de samenwerking tussen de lidstaten doeltreffender en sneller te maken, mogen de lidstaten, in afwijking van lid 7, toestaan dat een bevoegde instantie:
a) |
haar verzoeken of mededelingen rechtstreeks aan een bevoegde instantie van een andere lidstaat richt; |
b) |
rechtstreeks antwoordt op de verzoeken of mededelingen die zij ontvangt van een bevoegde instantie van een andere lidstaat. |
Artikel 39
Gecontroleerde personen
Natuurlijke of rechtspersonen en groeperingen van dergelijke personen wier beroepsactiviteiten aan de in dit hoofdstuk bedoelde controles kunnen worden onderworpen, mogen deze controles niet hinderen, maar moeten ze te allen tijde vergemakkelijken.
Artikel 40
Terugvordering van onverschuldigd betaalde bedragen
-
1.Artikel 7 van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 is van overeenkomstige toepassing.
-
2.De toepassing van sancties en de terugvordering van onverschuldigd betaalde bedragen vinden plaats onverminderd de mededeling van onregelmatigheden aan de Commissie op grond van Verordening (EG) nr. 1848/2006 van de Commissie (14).
AFDELING 2
Controle van specifieke maatregelen
Artikel 41
Controles in verband met voorlichtings- en afzetbevorderingsacties
-
1.Begunstigden die in het kader van in artikel 45 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde maatregelen acties uitvoeren waarvoor een totale Uniebijdrage van 300 000 EUR of meer als subsidiabel is beschouwd nadat de administratieve controles van de oorspronkelijke steunaanvraag zijn verricht, kunnen van de lidstaten de mogelijkheid krijgen om bij aanvragen om tussentijdse of eindbetalingen die betrekking hebben op een Uniebijdrage van 150 000 EUR of meer, een certificaat over het financiële overzicht in te dienen.
De lidstaten kunnen de drempels verlagen wanneer blijkt dat de toepassing van een dergelijke controlemethode het risico voor de fondsen van de Unie niet vergroot.
Het certificaat wordt opgesteld door een erkende externe accountant en toont overeenkomstig de volgende criteria op adequate wijze aan dat de voorgestelde kosten subsidiabel en reëel zijn:
a) |
de kosten zijn werkelijk gemaakt door de begunstigde of door de organiserende instantie waaraan de begunstigde de uitvoering van de voorlichtings- of de afzetbevorderingsactie geheel of gedeeltelijk heeft toevertrouwd; |
b) |
de kosten stemmen overeen met de kosten die de bevoegde autoriteit na de administratieve controles van de oorspronkelijke steunaanvraag als subsidiabel heeft beschouwd; |
c) |
de kosten zijn noodzakelijk voor de uitvoering van de actie zoals die is goedgekeurd door de bevoegde autoriteit; |
d) |
de kosten zijn identificeerbaar en verifieerbaar, bijvoorbeeld omdat ze zijn geregistreerd in de boekhouding van de begunstigde of van de organiserende instantie, en zijn bepaald volgens de boekhoudnormen die van toepassing zijn in de lidstaat waar de begunstigde of de organiserende instantie is gevestigd; |
e) |
de kosten voldoen aan de toepasselijke fiscale en sociale wetgeving; |
f) |
de kosten zijn redelijk en gerechtvaardigd en voldoen aan het beginsel van goed financieel beheer, met name wat zuinigheid en efficiëntie betreft. |
-
2.Wanneer het in lid 1 bedoelde certificaat niet wordt verstrekt, dienen de begunstigden kopieën van alle facturen en bewijsstukken in om aan te tonen dat de kosten subsidiabel en reëel zijn.
-
3.Tijdens de administratieve controles van de betaalaanvragen toetsen de lidstaten de ingediende documenten systematisch aan de kosten die na de administratieve controles van de oorspronkelijke steunaanvraag als subsidiabel zijn beschouwd, en aan de andere criteria als bedoeld in lid 1.
Door begunstigden ingediende certificaten over het financiële overzicht mogen administratief worden gecontroleerd. Als de administratieve toetsing van het certificaat over het financiële overzicht niet adequaat genoeg aantoont dat de kosten subsidiabel en reëel zijn en dat de in lid 1 bedoelde criteria in acht zijn genomen, vragen de lidstaten alle aanvullende informatie die zij nodig achten, en voeren zij zo nodig extra controles uit.
-
4.Voorlichtings-en afzetbevorderingsacties kunnen ter plaatse worden gecontroleerd in de kantoren van de begunstigde of van de organiserende instantie waaraan de begunstigde de uitvoering van de voorlichtings- of de afzetbevorderingsactie geheel of gedeeltelijk heeft toevertrouwd.
Tijdens de controles ter plaatse wordt geverifieerd dat de uitgaven reëel en subsidiabel zijn, door de ingediende facturen en bewijsstukken te toetsen aan de boekhoudregisters en, in voorkomend geval, aan andere bewijsstukken.
Tijdens de controles ter plaatse kunnen de inspecteurs een steekproef verifiëren die betrekking heeft op ten minste 30 % van het aangevraagde steunbedrag en ten minste 5 % van alle facturen of andere bewijsstukken die zijn ingediend of vallen onder een certificaat over het financiële overzicht dat ten laatste is overgelegd op het tijdstip waarop de controle ter plaatse wordt verricht.
Artikel 42
Controles betreffende acties voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden
-
1.De lidstaten verifiëren aan de hand van het wijnbouwkadaster dat de in artikel 46 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 vastgestelde bepalingen inzake steun voor acties met het oog op de herstructurering en omschakeling van wijngaarden in acht worden genomen.
De lidstaten stellen met het oog op de toepassing van artikel 13 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 voorschriften vast inzake de procedures om zowel de uitvoering van elke handeling binnen het begrotingsjaar als de in de steunaanvraag opgegeven oppervlakte te monitoren.
-
2.Aan de hand van een controle ter plaatse wordt geverifieerd dat de rooiing, als handeling voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden, daadwerkelijk heeft plaatsgevonden. Als het hele wijngaardperceel wordt gerooid of de resolutie van de teledetectie minstens gelijk is aan 1 m2, mag de verificatie via teledetectie worden verricht.
-
3.Oppervlakten waarvoor steun voor acties met het oog op de herstructurering en omschakeling van wijngaarden wordt verleend, worden systematisch vóór en na de uitvoering van de acties geverifieerd. Deze controle betreft de percelen waarvoor een steunaanvraag is ingediend.
Voorafgaand aan de acties wordt onder meer geverifieerd dat de betrokken wijngaard werkelijk bestaat, dat de beplante oppervlakte overeenkomstig artikel 44 van de onderhavige verordening is vastgesteld en dat het niet gaat om een gewone vernieuwing van wijngaarden als omschreven in artikel 46, lid 3, tweede alinea, van Verordening (EU) nr. 1308/2013.
De in de tweede alinea bedoelde verificatie wordt verricht via een controle ter plaatse. Als de lidstaat evenwel beschikt over een grafisch of een daaraan gelijkwaardig instrument waarmee de beplante oppervlakte overeenkomstig artikel 44 van de onderhavige verordening in het geïnformatiseerde wijnbouwkadaster kan worden gemeten, en over betrouwbare, actuele gegevens over de aangeplante wijnstoksoorten, kan de verificatie aan de hand van administratieve controles worden uitgevoerd en kunnen de verplichte, aan de uitvoering van de acties voorafgaande controles ter plaatse worden beperkt tot een overeenkomstig artikel 34 van de onderhavige verordening geselecteerde 5 % van de aanvragen, teneinde de betrouwbaarheid van het administratieve controlesysteem te bevestigen.
Als bij een dergelijke controle ter plaatse significante onregelmatigheden of verschillen in een regio of een deel van een regio aan het licht komen, verhoogt de bevoegde autoriteit op passende wijze het aantal controles ter plaatse tijdens het betrokken jaar.
Artikel 43
Controles betreffende acties voor groen oogsten
-
1.Met betrekking tot de acties voor groen oogsten in het kader van artikel 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 zien de lidstaten erop toe dat:
a) |
oppervlakten waarvoor steun voor groen oogsten wordt verleend, na de uitvoering van de actie systematisch ter plaatse worden gecontroleerd; |
b) |
de percelen waarvoor een steunaanvraag is ingediend, worden gecontroleerd; |
c) |
de in artikel 8, onder d), van de onderhavige verordening bedoelde termijn voor de uitvoering van de acties voor groen oogsten wordt nageleefd; |
d) |
de maatregel groen oogsten correct wordt uitgevoerd, door te controleren of de actie naar behoren is verricht. |
-
2.Aan de hand van de in lid 1 bedoelde controles verifiëren de lidstaten:
a) |
dat de betrokken wijngaard werkelijk bestaat en de aangegeven oppervlakte goed is onderhouden; |
b) |
dat alle druiventrossen volledig zijn verwijderd of vernietigd; |
c) |
welke methode is toegepast. |
-
3.Om te garanderen dat op het perceel waarvoor steun wordt verleend, geen verhandelbare druiven achterblijven, vinden alle controles uiterlijk op 31 juli van elk jaar plaats, en moeten die controles in elk geval op elke oppervlakte zijn afgerond tegen de normale rijpingstijd (fase M op de schaal van Baggiolini, fase 83 op de BBCH-schaal).
-
4.Voor de toepassing van de in de leden 1, 2 en 3 bedoelde controles moeten de partijen die steun voor groen oogsten aanvragen, bewijsstukken bijhouden om de kosten van de betrokken actie of activiteiten aan te tonen.
Artikel 44
Met wijnstokken beplante oppervlakte
-
1.Voor de toepassing van de in de artikelen 46 en 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde maatregelen wordt een met wijnstokken beplante oppervlakte begrensd door de externe omtrek van de aanplant met de wijnstokken, met toevoeging van een bufferzone waarvan de breedte gelijk is aan de helft van de afstand tussen de rijen. De met wijnstokken beplante oppervlakte wordt vastgesteld overeenkomstig artikel 38, lid 2, van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014.
-
2.Wanneer een lidstaat besluit de subsidiabele kosten van acties voor de herstructurering en omschakeling van wijngaarden en voor groen oogsten uitsluitend te verifiëren aan de hand van standaardschalen van eenheidskosten op basis van andere meeteenheden dan de oppervlakte, of aan de hand van bewijsstukken die de begunstigden overeenkomstig artikel 44, lid 1, tweede alinea, van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 moeten indienen, kunnen de bevoegde autoriteiten besluiten de met wijnstokken beplante oppervlakte niet te meten zoals is voorgeschreven in lid 1 van het onderhavige artikel.
Artikel 45
Verificatie van de voorwaarden voor de distillatie van bijproducten
De lidstaten voeren met betrekking tot de in artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 bedoelde maatregel alle controles uit die nodig zijn om te verifiëren dat de voorwaarden en de limiet als bedoeld in artikel 42 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 in samenhang met artikel 52, lid 5, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 worden nageleefd. De lidstaten kunnen de inachtneming van deze limiet verifiëren op het niveau van elke producent of op nationaal niveau.
Lidstaten die voor verificatie op nationaal niveau kiezen, nemen de hoeveelheden die niet voor distillatie zijn bestemd en de hoeveelheden die zijn bestemd voor de ontwikkeling van andere producten dan alcohol voor industriële of energiedoeleinden, niet op in de voorzieningsbalans voor alcohol.
Artikel 46
Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op de derde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 april 2016.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
-
Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad van 22 oktober 2007 houdende een gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten en specifieke bepalingen voor een aantal landbouwproducten („integrale-GMO-verordening”) (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).
-
Verordening (EG) nr. 555/2008 van de Commissie van 27 juni 2008 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EG) nr. 479/2008 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt, wat betreft de steunprogramma's, de handel met derde landen, het productiepotentieel en de controles in de wijnsector (PB L 170 van 30.6.2008, blz. 1).
-
Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1149 van de Commissie van 15 april 2016 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat de nationale steunprogramma's in de wijnsector betreft, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 555/2008 van de Commissie (zie bladzijde 1 van dit Publicatieblad).
-
Verordening (EG) nr. 792/2009 van de Commissie van 31 augustus 2009 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor de kennisgeving door de lidstaten aan de Commissie van de informatie en de documenten ter uitvoering van de gemeenschappelijke marktordening, de regeling voor rechtstreekse betalingen, de afzetbevordering voor landbouwproducten en de regelingen voor de ultraperifere gebieden en de kleinere eilanden in de Egeïsche Zee (PB L 228 van 1.9.2009, blz. 3).
-
Verordening (EU) nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in de plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PB L 193 van 1.7.2014, blz. 1).
-
Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PB L 352 van 24.12.2013, blz. 1).
-
Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (PB L 352 van 24.12.2013, blz. 9).
-
Verordening (EU) 2015/1588 van de Raad van 13 juli 2015 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op bepaalde soorten horizontale steunmaatregelen (PB L 248 van 24.9.2015, blz. 1).
-
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 907/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de betaalorganen en andere instanties, het financieel beheer, de goedkeuring van de rekeningen, de zekerheden en het gebruik van de euro (PB L 255 van 28.8.2014, blz. 18).
-
Verordening (EU) nr. 1337/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 betreffende Europese statistieken van meerjarige teelten en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 357/79 van de Raad en Richtlijn 2001/109/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 347 van 30.12.2011, blz. 7).
-
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 809/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem, plattelandsontwikkelingsmaatregelen en de randvoorwaarden (PB L 227 van 31.7.2014, blz. 69).
-
Verordening (EG) nr. 1848/2006 van de Commissie van 14 december 2006 betreffende onregelmatigheden in het kader van de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en terugvordering van bedragen die in dat kader onverschuldigd zijn betaald, alsmede de organisatie van een informatiesysteem op dit gebied en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 595/91 van de Raad (PB L 355 van 15.12.2006, blz. 56).
BIJLAGE I
Nationaal steunprogramma
Begrotingsjaren 2014-2018 |
Lidstaat (1) : |
Datum van de melding (2) : |
Nummer van de herziening: |
Reden: wijziging gevraagd door de Commissie/door de lidstaat (3) |
-
A.Beschrijving van de voorgestelde maatregelen en gekwantificeerde doelstellingen
1. |
|
2. |
|
3. |
Groen oogsten overeenkomstig artikel 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen: Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Toepassing van standaardschalen van eenheidskosten/bijdragen in natura: ja/neen
Prioriteitscriteria en respectieve weging: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: |
4. |
Onderlinge fondsen overeenkomstig artikel 48 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen: Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Prioriteitscriteria en respectieve weging: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: Afbakening ten opzichte van andere Unie- of nationale regelingen en verificatiesysteem om dubbele financiering te voorkomen: |
5. |
Oogstverzekeringen overeenkomstig artikel 49 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen: Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Prioriteitscriteria en respectieve weging: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: Afbakening ten opzichte van andere Unie- of nationale regelingen en verificatiesysteem om dubbele financiering te voorkomen: Staatssteun: ja/neen — indien ja: maximumpercentage en voorwaarden: |
6. |
Bedrijfsinvesteringen overeenkomstig artikel 50 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen: Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Prioriteitscriteria en respectieve weging: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: Voorschotten: ja/neen — indien ja: maximumpercentage en voorwaarden: Afbakening ten opzichte van andere Unie- of nationale regelingen en verificatiesysteem om dubbele financiering te voorkomen: Staatssteun: ja/neen — indien ja: maximumpercentage en voorwaarden: |
7. |
Innovatie in de wijnsector overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen: Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Prioriteitscriteria en respectieve weging: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: Voorschotten: ja/neen — indien ja: maximumpercentage en voorwaarden: Afbakening ten opzichte van andere Unie- of nationale regelingen en verificatiesysteem om dubbele financiering te voorkomen: |
8. |
Distillatie van bijproducten overeenkomstig artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Opgenomen in het steunprogramma: ja/neen — indien ja: Beschrijving van de voorgestelde maatregelen (met vermelding van de hoogte van de steun): Voorgestelde strategie: Gekwantificeerde doelstellingen: Begunstigden: Aanvraagprocedure: Subsidiabiliteitscriteria: Subsidiabele/niet-subsidiabele kosten: Selectieprocedure: Termijnen voor betaling aan de begunstigden: Voorschotten: ja/neen — indien ja: maximumpercentage en voorwaarden: |
-
B.Resultaten van het gepleegde overleg:
-
C.Algemene strategie:
-
D.Beoordeling van de verwachte technische, economische, maatschappelijke en milieueffecten:
-
E.Tijdschema voor de uitvoering van de maatregelen:
-
F.Algemeen financieel overzicht volgens het model in bijlage II (het nummer van de herziening moet worden aangegeven):
-
G.Criteria en andere kwantitatieve indicatoren voor monitoring en evaluatie:
-
H.Maatregelen die zijn getroffen om de correcte en doeltreffende uitvoering van het programma te garanderen:
-
I.Overzicht van de bevoegde autoriteiten en instanties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het programma:
-
J.Internetsite waar de nationale wetgeving inzake het steunprogramma openbaar beschikbaar is:
-
Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
-
Uiterste datum voor de melding: 1 maart en 30 juni.
-
Schrap wat niet van toepassing is.
BIJLAGE II
Financiële toewijzing voor het nationale steunprogramma (1)
(× 1000 EUR) |
||||||||||
Lidstaat (*) : |
||||||||||
Datum van de melding (**) : |
Vorige meldingsdatum: |
|||||||||
Nummer van dit gewijzigde overzicht: Reden: wijziging gevraagd door de Commissie/door de lidstaat (***) |
||||||||||
Begrotingsjaar |
||||||||||
Maatregelen |
Verordening (EU) nr. 1308/2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
Totaal |
|||
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
(9) |
||
|
Artikel 45 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 46, lid 3, onder a), b) en d) |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 46, lid 3, onder c) |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 47 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 48 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 49 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 50 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 51 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
|
Artikel 52 |
Eerdere melding |
||||||||
Gewijzigd bedrag |
||||||||||
TOTAAL |
Eerdere melding |
|||||||||
Gewijzigd bedrag |
-
De bedragen zijn inclusief de uitgaven voor in het kader van het eerste vijfjarenprogramma (2009-2013) opgezette acties waarvoor betalingen worden verricht in het kader van het tweede vijfjarenprogramma (2014-2018).
(*) Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
(**) Uiterste datum voor de melding: 30 juni.
(***) Schrap wat niet van toepassing is.
BIJLAGE III
Verslaglegging over de uitvoering van het nationale steunprogramma
Begrotingsjaar: |
||
Datum van de melding: |
Nummer van de herziening: |
Lidstaat (1) : |
-
A.Algemene beoordeling:
-
B.Voorwaarden voor en resultaten van de uitvoering van de voorgestelde maatregelen (2)
1. |
|
2. |
|
3. |
Groen oogsten overeenkomstig artikel 47 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging: Resultaten, incl. ontwikkeling van de voorraadsituatie: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: |
4. |
Onderlinge fondsen overeenkomstig artikel 48 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging: Resultaten: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: |
5. |
Oogstverzekeringen overeenkomstig artikel 49 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging: Resultaten: Aantal verzekerde hectare in de wijnsector in vergelijking met andere landbouwgrond: Type verzekering die wordt gefinancierd: Uitgaven per type verzekering: Aantal begunstigden per type verzekering: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: Staatssteun: |
6. |
Bedrijfsinvesteringen overeenkomstig artikel 50 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging: Resultaten: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: Staatssteun: |
7. |
Innovatie overeenkomstig artikel 51 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging: Resultaten: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: |
8. |
Distillatie van bijproducten overeenkomstig artikel 52 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 Voorwaarden voor de tenuitvoerlegging (met vermelding van de hoogte van de steun): Resultaten: Verwezenlijking van de doelstellingen van het steunprogramma: |
-
C.Conclusies (en, indien nodig, wijzigingen die worden overwogen)
-
Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
-
Slechts de punten betreffende de in het steunprogramma opgenomen maatregelen moeten worden ingevuld.
-
Beoordeling van de technische, economische, maatschappelijke en milieueffecten aan de hand van in het gemelde programma omschreven criteria en kwantitatieve indicatoren voor monitoring en evaluatie.
BIJLAGE IV
Technische gegevens betreffende het nationale steunprogramma (1)
(financiële bedragen in 1000 EUR) |
||||||||||
Lidstaat (*) : |
||||||||||
Datum van de melding (**) : |
Vorige meldingsdatum: |
|||||||||
Nummer van dit gewijzigd overzicht: |
||||||||||
Begrotingsjaar |
||||||||||
Maatregelen |
Verordening (EU) nr. 1308/2013 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2014-2018 |
|||
Uitvoering/Raming |
Uitvoering/Raming |
Uitvoering/Raming |
Uitvoering/Raming |
Uitvoering/Raming |
Totaal Uitvoering + Raming |
|||||
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
(9) |
||
|
Artikel 45, lid 1, onder a) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 45, lid 1, onder b) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 46 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden, in voorkomend geval |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totale betrokken oppervlakte (ha) |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage (EUR/ha) |
||||||||||
|
Artikel 46, lid 3, onder c) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden, in voorkomend geval |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totale betrokken oppervlakte (ha) |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage (EUR/ha) |
||||||||||
|
Artikel 47 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden, in voorkomend geval |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totale betrokken oppervlakte (ha) |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage (EUR/ha) |
||||||||||
|
Artikel 48 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Aantal nieuwe fondsen |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per fonds |
||||||||||
|
Artikel 49 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal gefinancierde verzekeringspolissen |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per verzekeringspolis |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 50 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 50, lid 4, onder a) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 50, lid 4, onder b) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 50, lid 4, onder c) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 50, lid 4, d) |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
Totaal staatssteunbedrag |
||||||||||
|
Artikel 51 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Totale uitgaven van de begunstigden |
||||||||||
Aantal begunstigden |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Aantal acties |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per actie |
||||||||||
|
Artikel 52 |
Totale uitgaven van de Unie |
||||||||
Aantal begunstigden (distilleerderijen): |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage per begunstigde |
||||||||||
Moer: Maximaal steunpeil (EUR/%vol/hl) |
||||||||||
Draf: Maximaal steunpeil (EUR/%vol/ton) |
||||||||||
Hl gedistilleerde moer |
||||||||||
Ton gedistilleerde draf |
||||||||||
Miljoen hl verkregen alcohol |
||||||||||
Gemiddelde Uniebijdrage/hl verkregen alcohol |
-
Vermeld uitvoeringsgegevens voor begrotingsjaren waarvoor al uitgaven zijn gedaan, alsmede ramingsgegevens voor het lopende begrotingsjaar en de volgende begrotingsjaren.
(*) Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
(**) Uiterste datum voor de melding 1 maart.
BIJLAGE V
Melding betreffende de afzetbevorderingsmaatregel
Begrotingsjaren 2014-2018
-
1.Informatie in de lidstaten
Lidstaat: |
|||||||
Ramingen/uitvoering (*) |
|||||||
Datum van de melding (**) : |
Vorige meldingsdatum: |
||||||
Nummer van dit gewijzigd overzicht: |
|||||||
Begunstigden |
Subsidiabele maatregel (artikel 45, lid 1, onder a), van Verordening (EU) nr. 1308/2013) |
Omschrijving (***) |
Doelmarkt |
Periode |
Subsidiabele uitgaven (EUR) |
Hoogte van de bijdrage van de Unie (EUR) |
In voorkomend geval, hoogte van andere overheidssteun (EUR) |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
… |
-
2.Afzetbevordering in derde landen
Lidstaat: |
|||||||
Ramingen/uitvoering (****) |
|||||||
Datum van de melding (*****) : |
Vorige meldingsdatum: |
||||||
Nummer van dit gewijzigd overzicht: |
|||||||
Begunstigden |
Subsidiabele maatregel (artikel 45, lid 1, onder b), van Verordening (EU) nr. 1308/2013) |
Omschrijving (******) |
Doelmarkt |
Periode |
Subsidiabele uitgaven (EUR) |
Hoogte van de bijdrage van de Unie (EUR) |
In voorkomend geval, hoogte van andere overheidssteun (EUR) |
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
… |
(*) Schrap wat niet van toepassing is.
(**) Uiterste datum voor de melding: 1 maart van elk jaar.
(***) Onder meer of de afzetbevorderingsmaatregel samen met één of meer andere lidstaten wordt georganiseerd.
(****) Schrap wat niet van toepassing is.
(*****) Uiterste datum voor de melding: 1 maart van elk jaar.
(******) Onder meer of de afzetbevorderingsmaatregel samen met één of meer andere lidstaten wordt georganiseerd.
BIJLAGE VI
Jaarlijkse rapportage over uitgevoerde controles
-
1.Aantal controles
Betaalorgaan |
Eenheid (4) |
Totaalbedrag van de toegewezen steun (begroting) |
Totaalbedrag van de aangevraagde steun |
Totaalbedrag van de betaalde steun |
Aantal betaalde eenheden (4) |
Totaal aantal ingediende steunaanvragen |
Totaal aantal betaalde steunaanvragen |
Totaal aantal begunstigden |
CONTROLES Verordening (EU) nr. 1306/2013 en de onderhavige verordening |
||||||
Administratieve controles artikel 59, lid 1 |
Controles ter plaatse (CTP) (5) in het kader van artikel 59, lid 2 |
||||||||||||||
(Voorschotten) |
(Eindbetalingen) |
Totaal aantal gecontroleerde steunaanvragen |
Totaal bedrag dat gemoeid is met de gecontroleerde steunaanvragen |
Steekproef: risicogebaseerd (5) |
Steekproef: aselect (5) |
||||||||||
Aantal steunaanvragen waarop risicogebaseerde CTP zijn verricht |
Bedrag van de aangevraagde steun waarop risicogebaseerde CTP zijn verricht |
Aantal steunaanvragen waarop aselecte CTP zijn verricht |
Bedrag van de aangevraagde steun waarop aselecte CTP zijn verricht |
||||||||||||
EUR |
EUR |
EUR |
EUR |
Aantal |
Aantal |
Aantal |
Aantal |
Aantal |
EUR |
Aantal |
EUR |
Aantal |
EUR |
||
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
H |
I |
J |
K |
L |
M |
N |
||
BO_1 |
|||||||||||||||
BO_2 |
|||||||||||||||
… |
-
2.Resultaten van de controles
Betaalorgaan |
RESULTATEN VAN DE CONTROLES |
Bedrag van de steunverlaging Verordening (EU) nr. 1306/2013 Artikel 64 |
||||||||||
Administratieve controles |
Controles ter plaatse |
|||||||||||
Aantal steunaanvragen met onregelmatigheden (6) die bij een administratieve controle zijn geconstateerd |
Bedrag van de onregelmatigheden die bij een administratieve controle zijn geconstateerd (7) |
Foutenpercentage per bedrag |
Aantal steunaanvragen met onregelmatigheden |
Bedrag van de onregelmatigheden |
Foutenpercentage |
|||||||
Geconstateerd op basis van de risicogebaseerde steekproef |
Geconstateerd op basis van de aselecte steekproef |
Geconstateerd op basis van de risicogebaseerde steekproef |
Geconstateerd op basis van de aselecte steekproef |
Risico |
Aselect |
als gevolg van administratieve controles. |
als gevolg van controles ter plaatse |
Totale steunverlaging als gevolg van administratieve controles en controles ter plaatse |
||||
Aantal |
EUR |
% |
Aantal |
Aantal |
EUR |
EUR |
% |
% |
EUR |
EUR |
EUR |
|
O |
P |
Q = P/J |
R |
S |
T |
U |
V = T/L |
W = U/N |
X = P |
Y = T + U |
α = X + Y |
|
BO_1 |
||||||||||||
BO_2 |
||||||||||||
… |
-
Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
-
Uiterste datum voor de melding: 1 maart.
-
Voor elke maatregel van het steunprogramma moet één melding worden ingevuld.
-
Met „eenheid” wordt bedoeld het aantal acties, hectare, ton liter, enz. afhankelijk van de maatregel/actie/handeling.
-
Bij een controlepercentage van 100 % moet alles worden opgegeven onder „risicogebaseerde” CTP.
-
In dit verband valt onder „regelmatigheid” elke bevinding, anomalie of afwijking die aanleiding geeft tot een verandering in het bedrag dat is betaald of zou zijn betaald vóór de toepassing van sancties.
— |
Indien bij de administratieve controle een onregelmatigheid wordt geconstateerd en voor dezelfde steunaanvraag een controle ter plaatse wordt verricht waarbij geen verdere onregelmatigheid wordt aangetroffen, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een vermoeden van onregelmatigheid wordt geconstateerd en vervolgens voor verder onderzoek een CTP wordt gepland waarbij dat vermoeden wordt bevestigd, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een onregelmatigheid wordt geconstateerd en voor dezelfde steunaanvraag een controle ter plaatse wordt verricht waarbij geen verdere onregelmatigheid wordt aangetroffen, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een vermoeden van onregelmatigheid wordt geconstateerd en vervolgens voor verder onderzoek een CTP wordt gepland waarbij dat vermoeden wordt bevestigd, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een onregelmatigheid wordt geconstateerd en bij een CTP van dezelfde steunaanvraag een extra onregelmatigheid wordt aangetroffen, moeten de twee onregelmatigheden afzonderlijk worden gerekend. |
— |
Indien bij de administratieve controle een onregelmatigheid wordt geconstateerd en voor dezelfde steunaanvraag een controle ter plaatse wordt verricht waarbij geen verdere onregelmatigheid wordt aangetroffen, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een vermoeden van onregelmatigheid wordt geconstateerd en vervolgens voor verder onderzoek een CTP wordt gepland waarbij dat vermoeden wordt bevestigd, moet de onregelmatigheid bij de administratieve controle worden opgegeven. |
— |
Indien bij de administratieve controle een onregelmatigheid wordt geconstateerd en bij een CTP van dezelfde steunaanvraag een extra onregelmatigheid wordt aangetroffen, moeten de twee onregelmatigheden afzonderlijk worden gerekend. |
BIJLAGE VII
Informatie over staatssteun
inzake staatssteun die reeds is toegestaan in het kader van de artikelen 107, 108 en 109 van het Verdrag, inzake staatssteun die is vrijgesteld van de aanmeldingsverplichting, of inzake het gebruik van een de-minimisregeling (1)
Lidstaat (*) : |
|||
Betrokken regio(s) (indien van toepassing): |
|||
Datum van de melding (**) : |
|||
Code van de maatregel |
Benaming van de maatregel |
Rechtsgrond van de maatregel |
Looptijd van de steunmaatregel |
Vermeld respectievelijk:
— |
voor maatregelen die onder een de-minimisverordening vallen: „De op grond van deze maatregel verleende steun is in overeenstemming met Verordening (EU) nr. 1407/2013 (verwerking en afzet van landbouwproducten) of Verordening (EU) nr. 1408/2013 (primaire productie)” (2); |
— |
voor steun die van de meldingsverplichting is vrijgesteld: verwijzing naar het registratienummer (SA-nummer); |
— |
voor toegestane steun: verwijzing naar het besluit van de Commissie tot goedkeuring van de staatssteun, met inbegrip van het zaaknummer van de staatssteun (SA-nummer) en het kenmerk van de goedkeuringsbrief. |
-
Vermeld uitvoeringsgegevens voor begrotingsjaren waarvoor al uitgaven zijn gedaan, alsmede ramingsgegevens voor het lopende begrotingsjaar en de volgende begrotingsjaren.
(*) Hiervoor moet de bij het Publicatiebureau gangbare afkorting worden gebruikt.
(**) Uiterste datum voor de melding: 1 maart van elk jaar.
-
Melding als bedoeld in artikel 20, lid 1 (Melding met betrekking tot staatssteun).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.