Het stikstofdossier doet de Vlaamse en Nederlandse politiek daveren

maandag 27 maart 2023, analyse van mw Laura Jacobs

Het stikstofdossier beheerst al geruime tijd de Nederlandse en Vlaamse politiek. Het is een heikel dossier, waar allerlei cruciale beleidsthema’s (milieu, economie, landbouw) in elkaar voortvloeien en dat diepgewortelde breuklijnen in de maatschappij weerspiegelt. Het dossier is inzet geworden van felle politieke competitie in een gefragmenteerd en gepolariseerd politiek landschap. Tegelijk is het uitgegroeid tot een symbooldossier dat het stijgende politiek ongenoegen en diepgeworteld wantrouwen in democratie, populisme en de kloof tussen stad en platteland blootlegt. In deze bijdrage vergelijk ik de actoren, aanpak en politieke gevolgen van het stikstofdossier tussen Vlaanderen en Nederland.

In Vlaanderen mondde onenigheid over de aanpak van het stikstofdossier uit in één van de grootste regeringscrises ooit. Deze werd pas recentelijk ontmijnd toen op 11 maart de Vlaamse regering na langdurig onderhandelen een akkoord sloot. Dit compromis tilt echter enkele essentiële knelpunten waar politieke onenigheid was over de verkiezingen van 2024.

Ook in Nederland veroorzaakt het dossier politieke hoogspanning. De BoerBurgerBeweging (BBB) van Caroline van der Plas wordt na de Provinciale Statenverkiezing de grootste partij in de Eerste Kamer. Boegbeeld van der Plas werpt zich expliciet op als spreekbuis voor landelijk Nederland, surfend op het ongenoegen over de aanpak van het stikstofprobleem door het kabinet-Rutte IV (D66, VVD, CDA en ChristenUnie).

Laten we het eerst de verschillen nader bekijken.

Ten eerste was in Nederland het stikstofdossier reeds jarenlang een controversieel thema wat leidde tot de oprichting van BBB in 2019 na de boerenprotesten, terwijl het in Vlaanderen pas sinds enkele maanden grotere proporties begon aan te nemen. De boerenprotesten waren in Nederland over het algemeen intensiever, langduriger en talrijker dan in Vlaanderen.

Ten tweede zijn er verschillen wat de politieke hoofdrolspelers betreft. Vlaanderen kent vooralsnog geen partij die zich exclusief richt op de breuklijn tussen stad en platteland, zoals BBB. De Vlaamse landbouwsector wordt vooral vertegenwoordigd door CD&V en Vlaams Belang (VB). De christendemocratische CD&V is lokaal verankerd in ruraal Vlaanderen en komt van oudsher via haar historische banden met de Boerenbond en de invloed van de kerk op het platteland op voor de agrarische sector. Het radicaal-rechtse VB profileert zich echter steeds nadrukkelijker als bondgenoot van de boeren en het platteland. In die zin heeft de partij goed gekeken naar haar Nederlandse ideologische bondgenoten.

Ten derde zijn de politieke gevolgen van het stikstofdossier voorlopig ingrijpender in Nederland dan in Vlaanderen. De belangrijkste daarvan is de overwinning van BBB in de Provinciale Statenverkiezing en diens consolidatie in het partijlandschap. Met (wellicht) 17 zetels in de Eerste Kamer heeft BBB een sleutelrol in handen om te wegen op het beleid, zeker als de opmars zich verderzet tijdens toekomstige Tweede Kamerverkiezingen. Het stikstofdossier schudt zo de politieke krachtsverhoudingen sterk door elkaar. De overwinning kan gelden als signaal om het kabinet-Rutte IV aan te sporen de belangen van het platteland en agrarische sector niet te negeren. In Vlaanderen is (voorlopig) een regeringscrisis afgewend, al is de schade voor het Vlaamse niveau niet te onderschatten: de politieke chaos doorprikt de mythe dat het Vlaamse niveau performanter is dan het federale niveau. Het stikstofakkoord maakt dat het dossier voorlopig ‘on hold’ staat, maar het staat buiten kijf het dossier als zwaard van Damocles boven het Martelarenplein zal blijven hangen.

Er zijn immers ook duidelijke parallellen. Het stikstofdossier leidde in Vlaanderen–net als in Nederland—al tot politieke strijd, grimmig boerenprotest en een ongeëvenaarde regeringscrisis. Deze crisis werd uiteindelijk bezworen met een compromis op 11 maart. In dit akkoord werd beslist om twee hete hangijzers op de lange baan te schuiven via het vorderen van extra onderzoeken. In 2024 vindt de ‘moeder aller verkiezingen’ plaats (lokale, Vlaamse, federale en Europese verkiezingen) wat de krachtverhoudingen op scherp zal zetten. Net als in Nederland kan deze electorale context en felle politieke concurrentiestrijd een gevaarlijke cocktail zijn. CD&V, die volgens peilingen slecht scoort zit en wiens traditionele achterban zich zoals met CDA vooral in landelijke gebieden situeert, heeft er alle baat bij om het been stijf te blijven houden in het stikstofdossier. Daarbij voelt ze de hete adem in de nek van de radicaal-rechtse oppositiepartij VB die zich nadrukkelijk opwerpt als pleitbezorger van de boerensector. De vergelijking met Nederland is snel gemaakt: BBB lijkt er immers in geslaagd om het welig tierende politiek ongenoegen te kanaliseren en –via het aanleunen bij radicaal-rechts en populistisch gedachtegoed—concurrenten PVV, JA21 en FvD te bekampen. De onenigheid over stikstofdossier geeft daarbij blijk van een gevoel van politieke vervreemding waarbij een deel van de bevolking zich in de steek gelaten voelt door de (veelal stedelijke) elite.

Hoewel de politieke gevolgen van het stikstofdossier voorlopig meer verregaand zijn geweest in Nederland, ontloopt wellicht ook Vlaanderen de dans niet. De nakende verkiezingen en verkiezingskoorts van 2024, electoraal verval van de traditionele partijen, en coalitievorming in combinatie met ook in Vlaanderen stijgende politiek ongenoegen, polarisering, steun voor populisme en kloof tussen elite en het volk, zijn ingrediënten die het een symbooldossier maken. Het blijft echter koffiedik kijken of het zogenaamde agrarisch populisme zich even sterk doorzet in Vlaanderen als in Nederland met de triomf van BBB. Overigens moet in Nederland nog blijken hoe duurzaam die beweging is. Voorlopig lijkt VB in Vlaanderen de beste kaarten te hebben om het sluimerend ongenoegen te capteren. Vlaamse beleidsmakers doen er dus goed aan de ontwikkelingen bij de noorderburen van naderbij te volgen: als het regent in Den Haag, dan druppelt het in Brussel.

 

Laura Jacobs is FRS-F.N.R.S. postdoctoraal onderzoeker aan de Université Libre de Bruxelles. Voordien werkte ze jarenlang aan de Universiteit van Amsterdam. Ze doet onderzoek naar stemgedrag en politieke communicatie.