De fossiele industrie moet eraan gehouden worden correcte en volledige informatie te verstrekken over de oorzaken van Global Warming
Dit artikel verscheen oorspronkelijk op NederlandRechtsstaat.nl.
In Den Haag kwamen een maand geleden tijdens het door het World Justice Project georganiseerde World Justice Forum 2022 “honderden leiders en experts werkzaam bij overheden, bij ngo’s en in de zakenwereld” bijeen om te bespreken voor welke uitdagingen de rule of law wereldwijd staat, en hoe deze bestendigd kan worden.
Ook werd er de Rule of Law Award 2022 uitgereikt, en wel aan het Braziliaanse Rede Wayuri (het Wayuri Netwerk). Rede Wayuri is een netwerk van journalisten actief onder 23 inheemse volkeren—die weer zijn verdeeld over 750 gemeenschappen—die leven rondom de Rio Negro in het Braziliaans Amazonegebied. Die regio wordt door het World Justice Project aangeduid als news desert, waar het qua betrouwbare informatie en betrouwbaar nieuws over lokale aangelegenheden lange tijd bar slecht gesteld was. Dat maakte de inheemse bevolking extra vatbaar voor manipulatie en uitbuiting.
In vijf inheemse talen en in het Portugees voorziet Rede Wayuri die inheemse gemeenschappen sinds 2017 via allerlei media (WhatsApp, radio, nieuwsbrieven, podcasts, en zelfs speakers gemonteerd op rondreizende auto’s) in betrouwbare informatie over zaken als COVID-19, geweld tegen vrouwen, en—zeker niet in de laatste plaats—natuur-, milieu-, en klimaatproblematiek. Tezamen met dat verspreiden van betrouwbare informatie, is beslist ook het tégengaan van desinformatie over voornoemde thema’s een speerpunt voor Rede Wayuri.
Het World Justice Project wijst in zijn juryrapport desinformatie (in het algemeen) waarschijnlijk terecht aan als “momenteel mogelijk de grootste bedreiging voor de rule of law”. Rede Wayuri, een organisatie die in moeilijke omstandigheden dermate actief desinformatie bestrijdt, kan daarom een begrijpelijke en terechte winnaar van de Rule of Law Award 2022 worden genoemd. Bovendien is Rede Wayuri’s nauwe verbondenheid met het Amazonegebied symbolisch zeer treffend, in het licht van alle hedendaagse bedreigingen voor allerlei facetten van de natuur, en de implicaties dáár weer van voor de gezondheid van democratische rechtsstaten wereldwijd.
Geïnspireerd door Rede Wayuri is het dan ook interessant om hier eens iets verder in te gaan op (het tegengaan van) desinformatie die specifiek gaat over natuur-, milieu-, en—met name—klimaatproblematiek.
Inhoudsopgave van deze pagina:
De aandacht vanuit overheden voor desinformatie specifiek in de context van klimaat (en natuur en milieu) is recentelijk ietsje gegroeid: de Amerikaanse president Biden organiseerde in februari van dit jaar een expert meeting over hoe ‘climate delayism’ tegen te gaan (de eerste in zijn soort), en het IPCC benoemde eindelijk (eveneens voor het eerst) expliciet het probleem van des- en misinformatie over klimaatverandering in zijn nieuwste rapport dat eind april van dit jaar verscheen. Ook benoemde minister Dijkgraaf (OCW) het probleem in maart van dit jaar in een lezing in Leiden, waarin hij anticipeerde op het aangekondigde nationaal centrum voor wetenschapscommunicatie dat hij in Nederland wil creëren.
Maar over het algemeen lijkt desinformatie in de context van klimaat (en natuur en milieu) helemaal niet hoog op agenda’s te staan—als het er überhaupt al in staat. Vrijwel altijd wordt desinformatie besproken in de context van zaken als verkiezingsinmenging en radicalisering.
In het eind vorig jaar gepresenteerde coalitieakkoord wordt desinformatie sporadisch, en in zeer algemene termen, besproken, maar met klimaat, natuur of milieu nergens in verband gebracht. Ook wordt desinformatie in het geheel niet genoemd in het hoofdstuk over klimaat, natuur en milieu getiteld ‘Duurzaam land’ (en overigens ook niet in het hoofdstuk ‘Gezondheid’, hetgeen gezien alle samenzweringstheorieën omtrent COVID-19 en de daaruit voortvloeiende problemen met vaccinaties en uitgestelde zorg tamelijk onbegrijpelijk is).
In de Handreiking omgaan met desinformatie, die de Rijksoverheid eerder dit jaar uitvaardigde, wordt helemaal niets geschreven over klimaat (of natuur en milieu). Hetzelfde geldt voor de nog iets eerder dit jaar verschenen Europese verklaring over digitale rechten en beginselen voor het digitale decennium, waarvan het laatste hoofdstuk nota bene ‘Duurzaamheid’ heet en gaat over dat “digitale producten en diensten zodanig worden ontworpen (…) dat de negatieve sociale en milieugevolgen ervan tot een minimum worden beperkt”; al lijkt dat eerder te gaan over zaken als (het energieverbruik van) cryptomining. Desinformatie had hier niettemin goed genoemd kunnen worden, want hoewel de fossiele industrie lange tijd meer dan goed uit de voeten heeft gekund met offline communicatiemiddelen, zijn hedendaagse climate change denialism en desinformatie over natuur en milieu vanzelfsprekend ook voor een aanzienlijk deel naar cyberspace verhuisd, waar onjuiste informatie aanmerkelijk sneller rondgaat dan juiste informatie.
Hoewel desinformatie die specifiek gaat over klimaat, milieu, en/of natuur in overheidsbeleid (en overigens ook in academisch-juridische literatuur) dus duidelijk onderbelicht is, kunnen de gevolgen ervan voor de rule of law zonder overdrijven gigantisch genoemd worden.
Al decennialang wordt geprobeerd om de uitstoot van broeikasgassen te beperken, om zo al te catastrofale klimaatverandering te voorkomen, en dus (zie volgende paragraaf) ook het voortbestaan van de rule of law een heel stuk waarschijnlijker te maken. Deze pogingen schieten, zo is bekend, al decennialang serieus tekort. Dat is voor een aanmerkelijk deel te wijten aan de gecoördineerde desinformatiecampagnes van fossiele industrieën die met name vanaf eind jaren-1980 op grote schaal werden uitgerold (zie de database van DeSmogBlog voor een uitvoerig gedocumenteerd overzicht, en verder boeken als Merchants of Doubt, Het verlies van de Aarde, en The Triumph of Doubt).
Overigens: ook op andere milieurechtelijke terreinen zijn er genoeg voorbeelden van desinformatie. Zowel de Vlaamse stikstofminister Zuhal Demir als De Volkskrant klaagden zeer recentelijk nog over desinformatiecampagnes gericht tegen het nemen van stikstofmaatregelen in Nederland. En eigenlijk is de gehele moderne milieubeweging als zodanig (environmentalism) van meet af aan verstrengeld geweest met desinformatie: als startpunt van environmentalism wordt immers dikwijls Rachel Carsons beroemde boek Silent Spring (Dode lente) uit 1962 aangewezen. Daarin beschrijft Carson de desinformatiecampagnes, over pesticiden, die de chemische industrie optuigde om haar winsten te beschermen ten koste van zowel de volksgezondheid als van de gezondheid van ecosystemen.
Als precieze aanduiding voor desinformatie omtrent global warming wordt doorgaans de term ‘climate change denial(ism)’ gebruikt. Dat is vaak een vorm van desinformatie omdat er vaak sprake is van opzettelijke misleiding (er zijn meerdere vormen te onderscheiden en het kan bijvoorbeeld ook te maken hebben met, zo schrijft Edward Rubin (Vanderbilt University), een ‘fobie voor regulering’ in plaats van wetenschapsontkenning).
Veel denialists ontkennen antropogene (ofwel: door mensen veroorzaakte) klimaatverandering tegen beter weten in, om bepaalde financiële of politieke belangen zeker te stellen. De fossiele industrie heeft zich hierbij expliciet laten inspireren door de desinformatiecampagnes van ‘Big Tobacco’ die volksgezondheidsrisico’s van rookwaren lange tijd succesvol in twijfel hebben getrokken teneinde de eigen winsten te beschermen. De interessante juridische (gewetens)vraag is natuurlijk of de belangen van de fossiele industrie om middels opzettelijke misleiding—zou dat in deze context onder het fundamentele recht op vrije expressie moeten vallen?—het eigen winstmodel te beschermen, zwaarder wegen dan het belang dat de mensheid heeft bij een leefbaar klimaat en milieu.
Oliebedrijf ExxonMobil, om een cruciaal voorbeeld te noemen, begon tientallen jaren geleden al met het op grote schaal misleiden omtrent global warming—en doet dat nog steeds. En dat terwijl ExxonMobils eigen wetenschappers binnenskamers al lang en breed hadden geconcludeerd dat “de toename van CO2 in de atmosfeer, door toedoen van het verbranden van fossiele brandstoffen, waarschijnlijk voor klimaatverandering [zou] zorgen die rampzalige gevolgen zou hebben in het tweede deel van de 21ste eeuw”. Misleiding over klimaatverandering is natuurlijk aanlokkelijk voor een bedrijf als ExxonMobil omdat wet- en regelgeving die iets wezenlijks tegen de uitstoot van broeikasgassen kan doen, de winstgevendheid van een dergelijk bedrijf—omzet in 2021: 286 miljard dollar—ernstig kan frustreren. Hoe meer burgers met succes misleid worden, of ten minste aan het twijfelen gebracht, hoe kleiner de kans dat die burgers politici verkiezen die een halszaak maken van het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen. Lissa Griffin en Katrina Kuh (Pace University) citeren sociaalwetenschappelijk onderzoek dat stelt dat “‘de aanwezigheid van ‘tegendraadse’ stemmen, zeker wanneer die disproportioneel vaak vertegenwoordigd worden, kan voorkomen dat het grote publiek zich de wetenschappelijke consensus eigen maakt’, hetgeen relevant is omdat ‘is aangetoond dat erkenning van de wetenschappelijke consensus over klimaatverandering een ‘gateway’ overtuiging is die bepaalt of mensen klimaatbeleid ondersteunen of niet’”. Simpel gezegd: denialists die er goed in slagen de publieke opinievorming in afdoende mate naar hun hand te zetten, kunnen doeltreffend klimaatbeleid echt wezenlijk traineren (zie ook de satirische film Don’t Look Up die vorig jaar uitkwam). Griffin en Kuh schrijven dat “opzettelijke desinformatiecampagnes over klimaat een onverwachte en machtige kracht zijn gebleken wat betreft het verstoren van klimaatbeleid in de Verenigde Staten”. Dat is voor de gehele wereld relevant, omdat, zoals Edward Rubin het omschreef zelfs nog voordat president Trump zijn land terugtrok uit het Akkoord van Parijs, de Verenigde Staten “de belangrijkste belemmering zijn voor een wereldwijde inspanning om de rampzalige gevolgen van klimaatverandering te bestrijden”. Ook het hierboven al even genoemde, meest recente IPCC-rapport spreekt van een “aanzienlijke ondermijning” van de klimaatwetenschap door toedoen van denialism.
Ernstige natuur-, milieu- en klimaatproblemen kunnen dus floreren en voortwoekeren dankzij (onder andere) desinformatie. Welnu, dergelijke problemen kunnen zeer schadelijk zijn—en als ze erg genoeg worden zelfs existentieel bedreigend—voor democratische rechtsstaten c.q. de rule of law. Onlangs nog, ongeveer een maand voordat Rede Wayuri de Rule of Law Award 2022 in ontvangst nam, waarschuwde de VN voor een serieuze kans op de ineenstorting van beschaafde samenlevingen wereldwijd, wegens het bereiken en overschrijden van verschillende planetaire grenzen.
Voor juristen is dit een belangrijke gewaarwording. Allerlei rechtsgeleerden hebben ervoor gewaarschuwd dat klimaatverandering zal leiden (of al heeft geleid) tot, onder andere: schade aan eigendom, bedreigingen voor de volksgezondheid en het algemeen welzijn, problemen met de voedsel- en watervoorziening, vluchtelingenstromen zowel binnen landsgrenzen als over landsgrenzen heen, problemen met verdelende rechtvaardigheid, en gewelddadig conflict. Dat alles zal het goed functioneren van democratische rechtsstaten wereldwijd zeer bemoeilijken, en dus de waarborging van allerhande fundamentele rechten van mensen wereldwijd serieus in gevaar brengen.
Laura Burgers (UvA) gaf in 2020 aan dat er uit rechterlijke uitspraken in toenemende mate het besef spreekt dat een leefbaar milieu een constitutionele waarde is en als zodanig een grondvoorwaarde voor het überhaupt kunnen bestaan en functioneren van de democratische rechtsstaat; zij citeerde bijvoorbeeld rechter Ann Aiken, die in de landmark zaak Juliana v. United States zei dat “I have no doubt that the right to a climate system capable of sustaining human life is fundamental to a free and ordered society”. Vorig jaar, in Neubauer, oordeelde het Bundersverfassungsgericht dat een Duitse klimaatwet—de Bundes-Klimaschutzgesetz (KSG)—ongrondwettelijk was omdat deze niet genoeg beschermde tegen serieuze inperking van fundamentele vrijheden van toekomstige generaties die waarschijnlijk zou optreden als logisch gevolg van te ongebreidelde global warming (lees zeker ook Ingrid Leijtens bijdrage hierover).
En als we even naar onze eigen democratische rechtsstaat kijken: het is zonneklaar dat al te catastrofale ontwikkelingen in het mondiale klimaatsysteem de rule of law in Nederland bepaald geen goed zouden doen. Ter illustratie: de voorspellingen over Nederland in het jaar 2121 die Jan Rotmans (Erasmus Universiteit) eind vorig jaar publiceerde, gingen vergezeld van sprekende visualisaties van een Nederland dat zo ongeveer tot aan Tilburg-Plage onder water was komen te liggen.
De academisch-juridische literatuur zegt zoals eerder aangestipt niet enorm veel over het reguleren van of procederen tegen climate change denialism en desinformatie over milieu en klimaat, maar er zijn niettemin enkele interessante dingen geschreven geopperd. Ik zal er een paar vermelden.
In twee lezenswaardige artikelen (1 en 2) beargumenteert William C. Tucker dat climate change denialism in bepaalde gevallen kan worden beschouwd als misdaad tegen de menselijkheid onder het Statuut van Rome.
Trygve Lavik (University of Bergen) behandelt (onder andere) bestaande wetten die holocaustontkenning criminaliseren en vraagt zich af wat we zouden moeten vinden van het op grote schaal ontkennen—en daarmee deels verwezenlijken—van massasterfte in de toekomst.
Griffin en Kuh bekijken in hoeverre advocaten van de fossiele industrie, gezien hun ethische verantwoordelijkheid, eigenlijk wel cliënten mogen bijstaan die opzettelijk het bredere publiek misleiden teneinde regulering te voorkomen.
Verscheidene auteurs schrijven over het bestraffen van denialism als fraude (ook Big Tobacco is immers op die gronden berecht). Exxon won in 2019 nog een fraudezaak die door de openbaar aanklager van de staat New York was aangespannen; een soortgelijke zaak, ook tegen Exxon, in de staat Minnesota is nog bezig. James Parker-Flynn stelde in een heel interessant artikel voor om een nieuwe fraude-figuur in het leven te roepen: fraudulent misrepresentation of climate science. Immers, denialists werkzaam in de fossiele industrie doen een false statement of material fact, zij doen dat intentionally of recklessly, en zij doen dat met een specifiek doel, namelijk the intent to delay government action to mitigate climate change.
In een briljante manoeuvre haalt Parker-Flynn de beroemde woorden van de Amerikaanse hooggerechtshofsrechter Oliver Wendell Holmes uit Schenck (1919) aan—“The most stringent protection of free speech would not protect a man falsely shouting ‘fire!’ in a crowded theatre and causing a panic”—en zet hij die in de hedendaagse context van het Antropoceen op hun kop: “The First Amendment should not protect a man falsely shouting "there is no fire" in a burning building. A new cause of action for the fraudulent misrepresentation of climate change will at least allow figurative firefighters to enter the theater and assure the patrons inside that the building is indeed ablaze. Whether those inside subsequently decide to put the fire out may prove to be one of the most important decisions in human history.”
In de Nederlandse context zouden concurrerende (groene-)energieproducten eens kunnen nadenken—als ik zo vrij mag zijn—over bedrogsbepalingen zoals art. 328 bis Sr waar ik in een andere context door mijn collega Matthijs Nelemans op werd gewezen: “Hij die, om het handels- of bedrijfsdebiet van zichzelf of van een ander te vestigen, te behouden of uit te breiden, enige bedrieglijke handeling pleegt tot misleiding van het publiek of van een bepaald persoon, wordt, indien daaruit enig nadeel voor concurrenten van hem of van die ander kan ontstaan, als schuldig aan oneerlijke mededinging, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de vijfde categorie.”
Naast climate change denialism specifiek kan er overigens breder gekeken worden naar de informatievoorziening vanuit fossiele industrieën ten aanzien van klimaat, natuur en milieu. Studenten van de VU in Amsterdam hebben met succes geclaimd dat Shell misleidende reclame maakte met claims over CO2-neutraal tanken en rijden. Clemens Kaupa (VU) schreef dit artikel over misleidende fossiele reclame. Het is sowieso een interessante vraag of de overheid reclame voor fossiele industrieën überhaupt zou moeten blijven toestaan (misleidend of niet); tabaksreclame is immers ook al verboden (al is onze huidige samenleving een stuk afhankelijker van fossiele brandstoffen dan van rookwaren en zouden zgn. ‘grote gecombineerde waarschuwingen’ op het tankstation en het vliegveld wellicht een meer proportioneel begin zijn). Onder andere Reclame Fossielvrij en Greenpeace maken zich hard voor een totaal advertentieverbod, en de Gemeente Amsterdam heeft al bepaalde maatregelen tegen fossiele reclame genomen.
De fossiele industrie moet eraan gehouden worden correcte en volledige informatie te verstrekken over de oorzaken van global warming.
Om een lang verhaal kort te maken: in het licht van het bovenstaande zou men volgens mij moeten zeggen dat een van de aandachtspunten van een effectief klimaatbeleid (en dito natuur- en milieubeleid) het proactief tegengaan van desinformatie zou moeten zijn. Particuliere actoren, daarnaast, zouden goed moeten kijken naar public interest litigation op dit gebied. De winnaar van de Rule of Law Award 2022, Rede Wayuri uit Brazilië, verdient veel respect en bewondering, maar het zou onverstandig en onverantwoordelijk zijn als we wat betreft het tegengaan van desinformatie op het gebied van klimaat, natuur en milieu enkel en alleen zouden vertrouwen op de prijzenswaardige inspanningen van een twintigtal journalisten.
Enkele uren na het schrijven van deze blogpost werd bekend dat de NPO, n.a.v. een rapport van NPO-ombudsman Margo Smit, een financiële sanctie heeft opgelegd aan omroep Ongehoord Nederland (ON!) wegens het verspreiden van desinformatie over onder andere stikstof. In een ON!-programma werd onweersproken gesteld dat de landbouw van alle sectoren het minste stikstof uitstoot, terwijl het juist omgekeerd is. “Nu deel je als journalist willens en wetens aantoonbaar onjuiste informatie, of je hebt je werk niet gedaan”, aldus Smit, die hiermee, in de geest van Rede Wayuri, het goede voorbeeld geeft!
Joris van Laarhoven, MA LLM is docent aan de rechtenfaculteit van de Tilburg University.