Drie omslagpunten in één weekend: Duitse Ruslandpolitiek na de Poetinschok
Deze week was er plotseling nieuws van Angela Merkel i. Niet alleen was ze in een Berlijnse supermarkt aan de Morsestraße beroofd van haar portefeuille, ondanks persoonsbeveiliging, ook sprak ze zich uit over de Russische inval in Oekraïne. Tot nog toe had ze bijzonder weinig van zich laten horen en het zag er niet naar uit dat ze dat op termijn wel zou doen. Ze noemde de Russische aanvalsoorlog een diep ingrijpende cesuur en een flagrante schending van het internationaal recht. Het is veelzeggend dat de grande dame van de Duitse politiek de pers te woord staat.
Als er één land geschokt is over de Russische aanval op Oekraïne dan is het Duitsland. Helmut Kohl stelde nog tevreden vast dat Duitsland sinds de val van de Muur omringd was door vrienden. Aan dat gevoel is een einde gekomen. Geschokt is het land ook over de wijze waarop Poetin heeft geprofiteerd van de Duitse gas-importen. Vanaf 2005 heeft Duitsland volop ingezet op de Russische energiemarkt. Dat is de hele periode dat Merkel kanselier was. Het besluit tot aanleg van Nordstream 2, de pijpleiding die nu ongebruikt af is, werd genomen in 2015. Al met al heeft Poetin een oorlogskas van 600 miljard euro opgebouwd.
Daartegenover staat de Bundeswehr, die na een lange periode van verwaarlozing heel wat in te halen heeft. De dienstplicht is in 2011 afgeschaft. Sinds de annexatie van de Krim in 2014 staat het Duitse leger weer volop in de publieke belangstelling hetgeen vooral leidde tot alarmerende berichten over de slechte staat van het leger. De voormalige Duitse minister van defensie Annegret Kramp-Karrenbauer schreef op Twitter zo boos op ons zelf te zijn voor onze historische fout. Na Georgië, de Krim en de Donbas hebben we niets voorbereid dat Poetin had kunnen afschrikken. We hebben vergeten de les van Helmut Schmidt en Helmut Kohl ter harte te nemen dat onderhandelingen weliswaar voorop staan, maar dat je daarbij militair gezien sterk genoeg moet zijn om ervoor te zorgen dat niet onderhandelen voor de tegenpartij geen optie is. Overigens is de Duitse inhaalslag wel al een tijdje gaande: in 2014 gaven de Duitsers minder uit aan het leger dan de Britten en de Fransen: ‘slechts’ 32,4 miljard euro. Nu geeft Duitsland het meeste uit van de drie: in 2022 50,3 miljard euro. Dat is een aanzienlijke stijging van het budget. Duitsland is bovendien sterk vertegenwoordigd in de NAVO-missie in de Baltische staten.
Het duurde even voordat de nieuwe Duitse regering, die nog geen 100 dagen regeert, zich herpakte. Bondgenoten klaagden over slappe knieën. In het afgelopen weekend was het raak. Drie omslagpunten achter elkaar en aankondiging van een volgende.
Omslagpunt 1: de breed gedeelde consensus dat Duitsland geen wapens levert aan crisisgebieden is achterhaald. Dit weekend werd besloten om toch defensieve wapens aan Oekraïne te leveren, naast de 5000 helmen die al in twee vrachtwagens onderweg waren naar Oost-Europa: 1000 antitankwapens en 500 Stinger-luchtafweerraketten. Bovendien krijgen Estland en Nederland toestemming om in Duitsland geproduceerde wapens direct aan Oekraïne te leveren.
Omslagpunt 2: dit weekend werd bekend dat een aantal Russische Banken uit het internationale betalingsverkeer worden geweerd en Russische vliegtuigen uit het Duitse luchtruim. Dit is het definitieve einde van Merkels Oost-politiek, die grotendeels door de huidige Bondspresident Frank-Walter Steinmeier is vormgegeven onder de noemer van ‘Wandel durch Verflechtung’: verandering door het zodanig samengroeien van beide economieën dat uiteenvallen geen optie is. Het Duitse zelfbeeld als bruggenbouwer ligt aan diggelen. Van echte vervlechting is het niet gekomen, en ook niet van een gehoopte tempering van het Russische gemoed.
Zondagochtend volgde omslagpunt 3: in zijn beste rede tot nu toe kondigde bondskanselier Olaf Scholz i een fonds van 100 miljard euro aan voor het Duitse leger zodat de toezegging op de NAVO-top in Wales in 2014 om vanaf 2024 twee procent van het Bruto Binnenlands Product aan defensie uit te geven al dit jaar wordt gerealiseerd. En zondagavond kwam ook de aankondiging van een laatste mogelijk omslagpunt, hoewel dat nog geen gelopen race is. Milieuminister Robert Habeck gaat onderzoeken of de laatste drie kerncentrales die per 1 januari aanstaande gesloten worden niet toch langer open moeten blijven. Hij zei erbij dat het voor het jaar 2022-2023 Duitsland niet zal helpen. De grote veranderingen zijn wel aan elkaar gerelateerd. Dat de Duitse energiemix in de komende jaren onder hoge druk komt te staan staat buiten kijf. Zo werden in één weekend drie heilige huisjes bij het grof vuil gezet, en van volgende moet nog worden afgewacht of deze overeind gehouden kan worden.
Vraag is wat nu de consequenties zijn van de beleidswijzigingen op de langere termijn. Het is niet zo dat nu plotseling alles anders is. Als het over de Duitse politiek gaat spreken politicologen vaak over incremental changes, kleine stapjes, die passen bij de Duitse federale cultuur. Schritt für Schritt, om met Merkel te spreken. En die politieke cultuur zal niet zomaar veranderen. Maar we zien ook dat juist vanuit die gedachte van de kleine stapjes er momenten zijn aan te wijzen waar plotseling grotere veranderingen in de Duitse politiek plaatsvinden: de Duitse deelname aan de Kosovo-oorlog in 1998, de Energiewende in 2011, de vluchtelingenpolitiek in 2015/16. De koerswijziging van dit weekend is ook zo’n moment waar nog veel over gesproken zal worden. Dat juist een progressief kabinet deze ommekeer aankondigt is opmerkelijk, maar niet onverwacht. Het geeft ook het belang van de koerswijziging weer. Het heeft ook grote consequenties voor het EU-beleid. Dit weekend kondigde Ursula von der Leyen i diverse nieuwe maatregelen aan namens de lidstaten. Dat kan alleen als de lidstaten op één lijn zitten. Dat is nu het geval.
Hanco Jürgens is wetenschappelijk medewerker van het Duitsland Instituut Amsterdam.