Vragen en antwoorden over de renovatiegolf

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op woensdag 14 oktober 2020.
    • 1. 
      Waarom stimuleert de Commissie de renovatie van gebouwen?

De gebouwen van Europa zijn uniek en divers en geven de cultuur van ons continent weer, maar veel gebouwen zijn ook oud en niet efficiënt. Ruim 220 miljoen gebouwen, ofwel ongeveer 85 % van het totaal, zijn vóór 2001 gebouwd en het grootste deel zal in 2050 nog overeind staan. Ze zijn ook niet gereed voor de huidige en toekomstige klimaatveranderingen, zoals stijgende temperaturen en extreme weersomstandigheden. Gebouwen zijn verantwoordelijk voor ongeveer 40 % van het totale energieverbruik in de EU en voor 36 % van de broeikasgasemissies uit energie. De renovatie van gebouwen is van wezenlijk belang om dit energiegebruik en de uitstoot te verminderen, het emissiereductiestreefcijfer van de EU voor 2030 te halen en uiterlijk 2050 klimaatneutraal te worden, en om de klimaatverandering beter op te vangen.

Momenteel gaat het energieverbruik van gebouwen door renovatie met slechts 1 % per jaar omlaag. Grondige renovaties, waardoor de energieprestatie van een gebouw met ten minste 60 % toeneemt, worden per jaar in slechts 0,2 % van de gebouwenvoorraad uitgevoerd, en in slechts een op de vijf gevallen gaat de energie-efficiëntie aanmerkelijk omhoog.

Met gerenoveerde woningen die energie- en hulpbronnenefficiënt zijn, gaan onze energierekeningen omlaag en verbeteren onze gezondheid, ons comfort en ons welzijn. Renovatie biedt een kans voor de 34 miljoen Europeanen die het zich niet kunnen veroorloven om hun woning warm te houden. Centraal in dit initiatief staat de aanpak van energiearmoede, en daarom legt de Commissie vandaag ook op dat gebied aanbevelingen en richtsnoeren aan de lidstaten voor. De aanbevelingen en de richtsnoeren zijn bedoeld om het voor de lidstaten gemakkelijker te maken energiearmoede vast te stellen en te monitoren, en om beste praktijken te helpen verspreiden.

Renovatie van gebouwen heeft niet alleen ecologische voordelen, maar zorgt ook voor lokale werkgelegenheid en stimuleert de broodnodige investeringen in onze economie. Uit het recente verslag over duurzaam herstel van het IEA blijkt dat de renovatie van gebouwen per geïnvesteerde euro onze grootste banenmotor is, met 12 tot 18 lokale banen per geïnvesteerd miljoen. De Commissie raamt het potentieel op 160 000 extra groene banen in de bouwsector in de EU tegen 2030.

Daarom is de renovatie van gebouwen een van de paradepaardjes van de faciliteit voor herstel en veerkracht waarmee we onze economie beter kunnen heropbouwen.

  • 2. 
    Welke doelstellingen heeft de Commissie voor de renovatiegolf gesteld?

De renovatiegolf is gericht op meer en grondigere renovaties. Momenteel bedraagt het gewogen gemiddelde energierenovatiepercentage slechts 1 % per jaar. De Commissie streeft ernaar dit percentage tegen 2030 ten minste te verdubbelen, en tegelijkertijd de gemiddelde winst op het gebied van energie-efficiëntie te verhogen. Dit kan in de komende tien jaar leiden tot de renovatie van 35 miljoen gebouwen Hierdoor kan een positieve wisselwerking ontstaan tussen een hogere vraag naar grondigere renovatie, dalende kosten voor slimme en duurzamere producten en eenvoudigere en snellere renovatieprocessen.

De gebouwenvoorraad in de EU omvat naar schatting 220 miljoen eenheden. Aangezien renovatieprojecten bepaalde aanlooptijden hebben, wordt uitgegaan van een jaarlijks energierenovatiepercentage van 1 % voor 2021-2022, een stijging tot 1,2 % per jaar in 2023-2025, en een stabilisatie op 2 % per jaar in 2026-2029. Het percentage renovaties dat alleen betrekking heeft op een wijziging van verwarmingsinstallaties zal in 2026-2030 zowel in de woon- als in de bedrijfssector ongeveer 4 % moeten bedragen. Door de geleidelijke verhoging kan de toeleveringsketen zich aanpassen en kan de voorgestelde financiering worden gemobiliseerd en benut. Ook na 2030 zal het verhoogde renovatiepercentage moeten worden gehandhaafd en verder verhoogd om uiterlijk 2050 de hele EU klimaatneutraal te maken.

  • 3. 
    Hoe werkt de renovatiegolf?

De renovatiegolf zal gebruik maken van regelgeving, financiering en technische bijstand in de hele renovatiewaardeketen om de doelstellingen te halen. Een gedetailleerde lijst van maatregelen en de planning van de uitvoering zijn opgenomen in de bijlage bij de mededeling.

Renovatie kan op verschillende punten in de renovatiewaardeketen worden afgeremd door belemmeringen, gaande van het initiële renovatiebesluit tot de financiering en de voltooiing van het project. Bij het overwegen van een renovatie kunnen bijvoorbeeld de voordelen van energiebesparingen onzeker zijn of slecht worden uitgelegd en begrepen, met name door de eindgebruikers. Het kan moeilijk zijn om ze op waarde te schatten. Renovatie kan ook duur, moeilijk te organiseren en tijdrovend zijn. Het mobiliseren van financiering kan moeilijk zijn, met name op lokaal en regionaal niveau. Overheidsmiddelen zijn vaak beperkt en moeilijk te combineren vanwege wettelijke belemmeringen en een gebrek aan capaciteit bij de overheidsdiensten.

Om een grootschalige golf te laten rollen, moeten we de belemmeringen in de hele keten doorbreken. Er zal bijzondere aandacht uitgaan naar drie gebieden: a) het aanpakken van energiearmoede en de slechtst presterende gebouwen, b) openbare gebouwen, voor bijvoorbeeld onderwijs, gezondheidszorg en overheidsdiensten, en c) het koolstofvrij maken van verwarming en koeling. Deze gebieden zullen een prioriteit zijn voor beleid en financiering.

  • 4. 
    Hoe verhoudt de verdubbeling van het renovatiepercentage zich tot de streefcijfers van het klimaatdoelstellingsplan?

Het verdubbelen van het energierenovatiepercentage tegen 2030 vormt een belangrijke bijdrage aan het voorgestelde emissiereductiestreefcijfer van 55 % voor de EU. In het klimaatdoelstellingsplan voor 2030 wordt energie-efficiëntie genoemd als een essentieel gebied voor maatregelen en wordt renovatie als cruciaal aangemerkt om de energie-efficiëntiekloof te dichten en verdere energiebesparingen voor 2030 te verwezenlijken.

In overeenstemming met een emissiereductiestreefcijfer van 55 % verwacht de Commissie dat de maatregelen in de renovatiegolf ten opzichte van 2015 zullen leiden tot een vermindering van de broeikasgasemissies van gebouwen met 60 % (van 456 Mtoe naar 161 Mtoe), van het eindenergieverbruik daarvan met 14 % (van 374 Mtoe naar 321 Mtoe) en van het energieverbruik voor verwarming en koeling met 18 % (van 318 Mtoe naar 259 Mtoe).

  • 5. 
    Hoeveel gaat de renovatiegolf kosten en wie gaat dat betalen?

De renovatie van gebouwen is een van de sectoren met de grootste investeringsachterstand in de EU. Om de voorgestelde klimaatdoelstelling van 55 % tegen 2030 te halen, is jaarlijks ongeveer 275 miljard euro aan extra investeringen in de renovatie van gebouwen nodig.

De mededeling en het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie bevatten gedetailleerde informatie en richtsnoeren voor de autoriteiten en de belanghebbenden van de lidstaten over de verschillende financieringsmogelijkheden. Het gaat onder meer om rechtstreekse EU-begrotingssteun voor de renovatie van gebouwen van hoge kwaliteit, het aantrekken van particuliere investeringen en het stimuleren van groene financiering, het ondersteunen van onderzoek en innovatie, het aanpakken van marktbelemmeringen en het financieren van technische ondersteuningsdiensten.

De verschillende soorten marktbelemmeringen kunnen het beste worden aangepakt door middel van specifieke initiatieven op grond van verschillende financieringsinstrumenten. Bijvoorbeeld:

  • Uit de faciliteit voor herstel en veerkracht zullen renovaties van gebouwen worden gefinancierd;
  • In het kader van InvestEU zullen overheidsgaranties voor het aantrekken van particuliere investeringen worden gewaarborgd;
  • Ondersteuning van regionale en lokale overheden bij het ontwerpen en het uitvoeren van hun renovatieplannen voor gebouwen wordt geregeld middels de fondsen voor het cohesiebeleid in het kader van React-EU, of via ELENA (Europese plaatselijke bijstand op energiegebied) voor ondersteuning voor projectontwikkeling;
  • In het kader van het mechanisme voor een rechtvaardige transitie wordt voorzien in specifieke steun aan steenkoolregio's in transitie voor initiatieven met betrekking tot capaciteitsontwikkeling, bijscholing en omscholing op het gebied van energie-efficiëntie;
  • Horizon Europa zal innovatie en ontwikkeling van nieuwe technologieën ondersteunen, waaronder een specifiek partnerschap inzake een duurzame bebouwde omgeving (Built4people);
  • In het kader van het LIFE-programma zal steun worden verleend aan het wegnemen van marktbelemmeringen voor de invoering van technologieën en nieuwe benaderingen om renovatie te versnellen;
  • De Commissie werkt aan de herziening van de algemene groepsvrijstellingsverordening om EU-programma's en -instrumenten, nationale fondsen en particuliere fondsen voor renovatieprojecten eenvoudiger te combineren.

Met de renovatiegolf zal de renovatie van de slechtst presterende gebouwen actief worden ondersteund en energiearmoede worden bestrijden. De Commissie zal de nationale, regionale en lokale autoriteiten helpen alle beschikbare financiële middelen — inclusief subsidies — te gebruiken om initiële investeringen in te zetten voor de meest kwetsbare personen. Om de slimme-buurtbenadering in 100 wijken te stimuleren, zal de Commissie een initiatief voor betaalbare huisvesting lanceren.

  • 6. 
    Hoe zal het onderdeel “herstel” uit de faciliteit voor herstel en veerkracht bijdragen aan de financiering van de renovatiegolf?

Via de faciliteit voor herstel en veerkracht, waarover momenteel wordt onderhandeld en waaraan de Europese Raad 672,5 miljard euro heeft toegekend (waarvan 37 % bestemd voor klimaatgerelateerde uitgaven), kunnen investeringen in renovatie en hervormingen met betrekking tot energie-efficiëntie in de lidstaten worden ondersteund. In de jaarlijkse strategie voor duurzame groei 2021 heeft de Commissie de Europese paradepaardjes “renoveren” en “versnellen” voorgesteld, met het oog op gecoördineerde interventies door alle lidstaten op basis van projecten die in hun nationale plannen voor herstel en veerkracht zijn opgenomen.

Om de uitvoering van deze paradepaardjes te ondersteunen, zal de Commissie een evaluatiemodule over renovatie en energie-efficiëntie van gebouwen vaststellen om de lidstaten zeer praktische richtsnoeren te geven over de manier waarop hervormingen en investeringsprojecten voor renovatie in het kader van de faciliteit voor herstel en veerkracht kunnen worden voorbereid. Tot slot zal de Commissie de bestaande coördinatiewerkzaamheden in het kader van de richtlijn energieprestatie van gebouwen en de energie-efficiëntierichtlijn intensiveren, om de lidstaten te helpen goede praktijken uit te wisselen en de uitvoering in de loop van de tijd te monitoren.

  • 7. 
    Worden alleen huizen gerenoveerd, of ook openbare gebouwen?

Openbare en particuliere sociale infrastructuur, overheidsgebouwen, sociale woningen, culturele instellingen, scholen, ziekenhuizen en zorginstellingen moeten het spits afbijten en een krachtige vraag naar renovatie creëren. De Commissie is van plan openbare aanbestedingen in te zetten voor de renovatie van gebouwen, mede via criteria voor groene overheidsopdrachten met betrekking tot klimaatveerkracht en koolstofemissies tijdens de hele levenscyclus.

In het kader van de herziening van de energie-efficiëntierichtlijn zal de Commissie uiterlijk in juni 2021 onderzoeken of het nodig is het toepassingsgebied van de renovatievereisten tot alle overheidsniveaus uit te breiden en de jaarlijkse renovatieverplichting te verhogen. De Commissie zal ook een alomvattende leidraad voor duurzame overheidsinvesteringen door middel van aanbestedingen ontwikkelen.

  • 8. 
    Hoe kan de Commissie, met zo veel lokale belemmeringen voor renovatie, invloed uitoefenen met beleidsmaatregelen op Unieniveau?

Met regelgeving op grond waarvan gebouwen aan een minimale prestatienorm moeten voldoen, bijvoorbeeld inzake een minimale energieprestatie of minimale renovatiemaatregelen, kan het renovatietempo van gebouwen aanzienlijk versnellen en kunnen slecht presterende gebouwen aanzienlijk betere prestaties gaan leveren.

Wetgevende instrumenten bieden een uiterst flexibel ontwerp om de prioriteiten op nationaal niveau te weerspiegelen en tegelijkertijd fundamentele belemmeringen om gebouwen te renoveren, zoals uiteenlopende prikkels voor eigenaren en huurders of in gebouwen met verscheidene eigenaren, rechtstreeks aan te pakken.

Renovatieverplichtingen en -normen bieden de lidstaten en lokale overheden de flexibiliteit om specifieke details te ontwerpen en uit te voeren die op lokaal niveau de beste resultaten opleveren.

Ruime en inclusieve betrokkenheid van bewoners door middel van coöperatieve structuren zoals energiegemeenschappen, en éénloketsystemen met een breed aanbod van nuttige adviezen, zoals benaderingen op wijk- en gemeenschapsniveau, kunnen hele wijken transformeren en nieuwe zakelijke kansen creëren. Geslaagde wijkrenovatieprojecten kunnen in de nationale herstelplannen worden opgenomen en als voorbeeld dienen voor een nieuwe golf koolstofvrije wijken.

  • 9. 
    Welke wetgevingsvoorstellen gaat de Commissie volgend jaar vaststellen?

De Commissie zal in 2021 de energie-efficiëntierichtlijn en de richtlijn energieprestatie van gebouwen herzien. Zij zal voorstellen om een sterkere verplichting in te voeren om over energieprestatiecertificaten te beschikken, naast een gefaseerde invoering van verplichte minimumnormen voor energieprestatie voor bestaande gebouwen. Zij gaat ook voorstellen om de vereisten voor de renovatie van gebouwen tot alle overheidsniveaus uit te breiden. In de effectbeoordelingen bij deze wetgevingsherzieningen zullen verschillende opties worden onderzocht met betrekking tot het niveau, de reikwijdte en het tijdschema van deze vereisten.

Waar ze zijn ingevoerd, hebben de prestatienormen goed gewerkt. Onder de juiste voorwaarden vormen zij een referentiepunt voor eigenaren, investeerders, financiers en bedrijven, zonder de zwaksten in onze samenleving in moeilijkheden te brengen.

  • 10. 
    Wat is het nieuwe Europese Bauhaus?

Zoals aangekondigd door voorzitter Von der Leyen in haar toespraak over de Staat van de Unie van 16 september 2020, zal het nieuwe Europese Bauhaus stijl en duurzaamheid met elkaar in overeenstemming brengen. Het zal duurzaam ontwerpen en het gebruik van natuurlijke materialen bevorderen.

Dit wordt een interdisciplinair project, dat gezamenlijk wordt geleid door een adviesraad van externe deskundigen, waaronder wetenschappers, architecten, ontwerpers, kunstenaars, planners en het maatschappelijk middenveld, en waarbij experimentele ruimten worden gecreëerd waar kunst, cultuur, wetenschap en technologie nieuwe oplossingen kunnen bedenken, testen en demonstreren.

Het nieuwe Europese Bauhaus wordt een katalysator voor betaalbare en esthetisch veelbelovende groene en digitale oplossingen, technologieën en producten. De Commissie zal op grond van het volgende meerjarige kader oproepen tot het indienen van voorstellen publiceren voor alle relevante programma's. De oplevering van het eerste bouwwerk of de eerste transformatie van het Europese Bauhaus zal in de tweede helft van 2021 beginnen.

Alle Bauhaus-projecten hebben betrekking op de gebouwde omgeving als geheel, maar richten zich op verschillende aspecten daarvan, zoals klimaatproblemen, toegankelijkheid, sociale cohesie, digitale bouw en duurzame biologische hulpbronnen, en zullen zich in verschillende landen bevinden. In een tweede golf kan nog meer Bauhaus worden toegevoegd in de gehele EU en zelfs wereldwijd.

Vanaf nu tot aan de zomer van 2021 zal de Commissie een breed participatief co-creatieproces voeren; gevolgd door het opzetten van een netwerk van vijf Bauhaus-oprichters in 2022.

Meer informatie

IP/20/1835 - Renovatiegolf

Factsheet - Renovatiegolf

Factsheet - Bauhaus