Desinformatie De EU boordeelt de praktijkcode en publiceert platformverslagen over desinformatie over het coronavirus

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op donderdag 10 september 2020.

De Commissie presenteert vandaag de beoordeling van de uitvoering en doeltreffendheid van de Praktijkcode betreffende desinformatie. Uit de beoordeling blijkt dat de code een zeer waardevol instrument is gebleken, het eerste instrument in zijn soort wereldwijd, dat een kader biedt voor een gestructureerde dialoog tussen relevante belanghebbenden om te zorgen voor meer transparantie van het beleid dat platforms voeren tegen desinformatie in de EU. Tegelijkertijd worden in de beoordeling bepaalde tekortkomingen aan het licht gebracht die voornamelijk het gevolg zijn van het zelfregulerende karakter van de code.

Věra Jourová i, vicevoorzitter voor Waarden en Transparantie: “De praktijkcode heeft aangetoond dat onlineplatforms en de reclamesector veel kunnen doen om desinformatie tegen te gaan wanneer zij onder openbaar toezicht staan. Die platforms moeten echter duidelijker verantwoording afleggen en zich verantwoordelijker gedragen; zij moeten transparanter worden. De tijd van louter zelfregulering is voorbij. Europa is het best geplaatst om het voortouw te nemen en instrumenten voor te stellen voor een veerkrachtiger en eerlijker democratie in een steeds digitalere wereld.”

Thierry Breton i, commissaris voor de Interne Markt: “Het organiseren en beveiligen van onze digitale informatieruimte is een prioriteit geworden. De code is een duidelijk voorbeeld van hoe overheidsinstellingen efficiënter kunnen samenwerken met technologiebedrijven om echte voordelen voor onze samenleving te creëren. Het is een uniek instrument waarmee Europa zijn belangen en zijn waarden assertief kan verdedigen. De technologiesector en de reclamesector dragen samen de volle verantwoordelijkheid voor de bestrijding van desinformatie.”

De Commissie, bijgestaan door de Europese Groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA), heeft met onlineplatforms en reclameverenigingen samengewerkt om te controleren of de toezeggingen in de praktijkcode betreffende desinformatie daadwerkelijk worden nagekomen. De beoordeling van de code bestrijkt de eerste 12 maanden van de werking ervan en liet positieve resultaten zien. De beoordeling heeft ertoe geleid dat de platforms duidelijker verantwoording moeten afleggen en dat de door de ondertekenaars genomen maatregelen om desinformatie binnen de EU tegen te gaan, beter door het publiek kunnen worden gecontroleerd. De kwaliteit van de door de ondertekenaars van de code verstrekte informatie schiet echter nog steeds tekort, waardoor de code minder doeltreffend is.

De beoordeling heeft de volgende tekortkomingen aan het licht gebracht:

  • de relevante kernprestatie-indicatoren (KPI's) ter beoordeling van de doeltreffendheid van het beleid van platforms om het fenomeen tegen te gaan, ontbreken;
  • duidelijke procedures, gemeenschappelijke definities en precies geformuleerde verbintenissen ontbreken;
  • de toegankelijkheid tot gegevens om een onafhankelijke evaluatie van opkomende trends en bedreigingen als gevolg van online desinformatie mogelijk te maken, ontbreekt;
  • van gestructureerde samenwerking tussen platforms en de onderzoeksgemeenschap is geen sprake;
  • meer relevante belanghebbenden, met name uit de reclamesector, moeten bij de praktijkcode worden betrokken.

Verslagen over maatregelen ter bestrijding van desinformatie in verband met het coronavirus

Sinds de uitbraak van de coronaviruspandemie en de “infodemie” heeft de Commissie in de gezamenlijke mededeling van 10 juni 2020 een evenwichtige en brede Europese aanpak gekozen om de desinformatie over corona te bestrijden, en heeft zij in nauw contact gestaan met de platforms die zich aan de praktijkcode houden om ervoor te zorgen dat de waarborgen doeltreffend worden toegepast.

De platforms hebben aangetoond dat zij hun prestaties verder kunnen verbeteren dat wat eerder met de code werd bereikt. De genomen maatregelen hebben geleid tot concrete en meetbare resultaten, d.w.z. meer aandacht voor gezaghebbende informatiebronnen en de beschikbaarheid van nieuwe instrumenten voor gebruikers om online-inhoud kritisch te beoordelen en mogelijk misbruik te melden. De crisis heeft ook geleid tot een intensivering van de samenwerking met factcheckers en onderzoekers en, in bepaalde gevallen, tot het lager rangschikken of verwijderen van inhoud die bij een factcheck als onjuist of misleidend en mogelijk schadelijk voor de volksgezondheid is aangemerkt.

Daarom publiceert de Commissie vandaag, naast de beoordeling van de praktijkcode, ook de eerste situatieverslagen over de maatregelen die de ondertekenaars van de code tot 31 juli hebben genomen om onjuiste en misleidende informatie over het coronavirus te bestrijden. Dit omvat initiatieven om:

  • gezaghebbende inhoud te bevorderen en zichtbaar te maken, op het niveau van zowel de lidstaten als de EU. Zo kwamen bij Google Search bijvoorbeeld artikelen die door EU-factcheckorganisaties waren gepubliceerd hoger in de resultatenlijst te staan, wat in de eerste helft van 2020 meer dan 155 miljoen bezoekjes opleverde, en LinkedIn stuurde de “European Daily Rundown”, een nieuwssamenvatting van ervaren journalisten, naar bijna 10 miljoen geïnteresseerde EU-leden;
  • gebruikersbewustzijn te verbeteren: Facebook en Instagram linkten meer dan 2 miljard mensen naar bronnen van gezondheidsautoriteiten, waaronder de WHO;
  • manipulatief gedrag te detecteren en te hinderen: Twitter heeft meer dan 3,4 miljoen verdachte accounts aangepakt met het oog op de discussie over het coronavirus;
  • reclame te beperken bij desinformatie over het coronavirus, om te voorkomen dat adverteerders van de desinformatie profiteren. Alle platforms hebben advertenties over het coronavirus van volksgezondheidsautoriteiten en gezondheidszorgorganisaties gefaciliteerd.

Overeenkomstig haar taakomschrijving in de gezamenlijke mededeling zal de Commissie maandelijks specifieke indicatoren van de platforms verzamelen om toe te zien op de doeltreffendheid en impact van hun beleid om de verspreiding van desinformatie in verband met de coronapandemie tegen te gaan.

Voortbouwend op de in de gezamenlijke mededeling genoemde acties en om de tekortkomingen die in de vandaag verschijnende beoordeling van de code aan het licht zijn gebracht, aan te pakken, zal de Commissie haar brede aanpak verwezenlijken door tegen het einde van het jaar twee aanvullende initiatieven te presenteren: een Europees actieplan voor democratie en een wetgevingspakket inzake digitale diensten. Dit zal de inspanningen van de EU om desinformatie te bestrijden en om zich aan te passen aan veranderende dreigingen en manipulaties verder versterken, de vrije en onafhankelijke media ondersteunen, de digitale informatieruimte beter reguleren en de grondregels voor alle internetdiensten actualiseren. Over het eerstgenoemde loopt tot 15 september een openbare raadpleging, terwijl die over het laatstgenoemde eerder deze week eindigde.

Achtergrond

De vandaag gepubliceerde beoordeling heeft betrekking op een specifiek actiepunt van het actieplan tegen desinformatie van 2018, waarbij de Commissie is opgedragen aan het einde van de periode van 12 maanden waarin de code is toegepast een uitgebreide beoordeling ervan uit te voeren. Onlineplatforms die de code hebben ondertekend (Google, Facebook, Twitter, Microsoft, Mozilla en, sinds juni 2020, TikTok) hebben toegezegd beleid te zullen voeren dat erop gericht is:

  • (1) 
    de mogelijkheden voor het plaatsen van advertenties en economische stimulansen voor actoren die desinformatie online verspreiden, te verminderen;
  • (2) 
    de transparantie van politieke reclame te vergroten door politieke advertenties te labelen en doorzoekbare gegevensbanken van dergelijke advertenties beschikbaar te stellen;
  • (3) 
    actie te ondernemen tegen en informatie bekend te maken over het gebruik door kwaadwillige actoren van manipulatieve technieken op platformdiensten die erop gericht zijn om de verspreiding van online-informatie kunstmatig te stimuleren en het zo mogelijk te maken dat een bepaald nepverhaal “viraal gaat”;
  • (4) 
    met nieuwe functies betrouwbare informatie een prominente plaats te geven, zodat gebruikers over meer instrumenten beschikken om inhoud waartoe zij toegang hebben, kritisch te beoordelen, en
  • (5) 
    samen te werken met factcheckers en de onderzoeksgemeenschap, onder meer in initiatieven op het gebied van mediageletterdheid.

De code vroeg van ondertekenaars, waaronder ook de beroepsorganisaties die de reclamesector vertegenwoordigen, te rapporteren over de uitvoering van hun verbintenissen door middel van jaarlijkse zelfbeoordelingsverslagen, en met de Commissie samen te werken bij de beoordeling van de code. In de vandaag gepubliceerde beoordeling wordt rekening gehouden met deze jaarlijkse zelfbeoordelingsverslagen, met een studie die is uitgevoerd door een onafhankelijk adviesbureau, Valdani, Vicari & Associati, met een beoordelingsverslag door de Europese Groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten (ERGA), en het verslag van de Commissie over de verkiezingen van 2019.

Meer informatie

Praktijkcode tegen desinformatie

Actieplan tegen desinformatie van 2018

Gezamenlijke mededeling - Desinformatie in verband met COVID-19 aanpakken: Feiten onderscheiden van fictie

De strijd tegen desinformatie tijdens de coronapandemie

Factsheet

Website EU vs disinfo - https://euvsdisinfo.eu/think-before-you-share/

Europees Waarnemingscentrum voor digitale media