Voornaamste resultaten
Economische reactie op de COVID-19-pandemie
De ministers wisselden van gedachten over de vorderingen die zijn geboekt met de responsmaatregelen van de EU ter bestrijding van de COVID‑19-crisis.
Zij toonden zich tevreden over de aanneming, via de schriftelijke procedure, van de verordening voor tijdelijke steun om het risico op werkloosheid in noodsituaties te beperken (SURE). Met SURE kan tot € 100 miljard aan leningen onder gunstige voorwaarden aan de lidstaten worden verstrekt om de nationale regelingen voor werktijdverkorting en soortgelijke maatregelen, ook voor zelfstandigen, te helpen financieren en een aantal maatregelen op gezondheidsgebied, meer bepaald op de werkplek, te ondersteunen als reactie op de crisis.
Door banen te redden en de inkomens van onze burgers te beschermen, zullen de regeringen van de EU de negatieve sociale gevolgen van de gezondheidscrisis tot een minimum kunnen beperken. Dit zal bovendien de vraag stimuleren, en zo onze economieën helpen om zo snel mogelijk weer herop te leven.
Zdravko Marić, vicepremier en minister van Financiën van Kroatië
SURE is een van de 3 vangnetten voor banen en werknemers, bedrijven en lidstaten waarover de Eurogroep op 9 april 2020 overeenstemming bereikte. Samen zijn de vangnetten goed voor € 540 miljard. De EU-leiders bekrachtigden het akkoord op 23 april en vroegen dat het pakket uiterlijk op 1 juni 2020 operationeel zou zijn.
Het vangnet voor de lidstaten, namelijk de crisissteun van het ESM bij een pandemie, is op 15 mei 2020 operationeel geworden nadat op 8 mei een politiek akkoord in de Eurogroep werd bereikt over de kenmerken en standaardvoorwaarden van het instrument.
De ministers maakten ook de balans op van de lopende besprekingen om het vangnet voor bedrijven operationeel te maken via het pan‑Europese garantiefonds van de Europese Investeringsbank. Het voorzitterschap vroeg om zo snel mogelijk de laatste hand aan dit instrument te leggen.
De Commissie en de Europese Centrale Bank presenteerden hun beoordeling van de economische en financiële situatie.
Uitbraak coronavirus (COVID-19) en EU-respons (achtergrondinformatie)
Witwaspraktijken en terrorismefinanciering
Nadat de Europese Commissie haar aanpak voor het opvoeren van de strijd van de EU tegen witwaspraktijken en terrrorismefinanciering (AML (Anti-Money-Laundering)) had toegelicht, wisselden de ministers hierover van gedachten.
De ministers bespraken hoe het bestaande AML-kader verder kan worden verbeterd. De onderwerpen waren met name:
de beste manier om een geharmoniseerde reeks regels tot stand te brengen en de vraag welke gebieden en sectoren baat zouden hebben bij een verordening
de vraag hoe beter gebruik kan worden gemaakt van gegevens en van de analyse en uitwisseling daarvan
de mogelijkheid van een nieuwe specifieke EU-autoriteit voor AML en de bevoegdheden die deze autoriteit zou krijgen
de herziene methode die de Commissie heeft voorgesteld om derde landen aan te merken als landen met een hoog risico
Op 7 mei presenteerde de Commissie:
een actieplan voor een alomvattend EU‑beleid voor de preventie van witwassen en terrorismefinanciering
een herziene methode voor het opstellen van een lijst van derde landen met een hoog risico die strategische tekortkomingen vertonen in hun systemen voor de bestrijding van witwaspraktijken
Het actieplan van de Commissie bouwt voort op de conclusies van de Raad van december 2019, waarin de strategische prioriteiten voor hervormingen op dit gebied worden genoemd.
De herziene methodologie voor het opstellen van een lijst heeft tot doel het financiële stelsel van de EU beter te beschermen tegen de risico's van witwaspraktijken. Het EU‑kader voor de bestrijding van witwaspraktijken en terrorismefinanciering bevat de verplichting om een lijst te maken van rechtsgebieden van derde landen waarvan de regelgeving inzake witwassen en terrorismefinanciering strategische tekortkomingen vertoont.
Bestrijding van witwassen van geld en terrorismefinanciering (achtergrondinformatie)
Europees Semester 2020
De ministers verwelkomden de conclusies van de Raad over de landverslagen van het Europees Semester 2020 en de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen voor 2019.
Deze conclusies maken deel uit van de jaarlijkse beoordeling van de procedures voor macro-economische onevenwichtigheden. Dit jaar weerspiegelen ze echter de uitzonderlijke situatie die is ontstaan door de ernstige verslechtering van de economische situatie als gevolg van de COVID-19-pandemie. In de conclusies wordt de nadruk gelegd op structurele problemen en pijnpunten die relevant blijven in het veranderende en onzekere economische klimaat van vandaag, en die van belang zouden kunnen zijn voor een herstelstrategie.
Conclusies van de Raad over de landverslagen van het Europees Semester 2020 en de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen voor 2019, aangenomen op 19 mei 2020 Dit document is momenteel alleen beschikbaar in de volgende talen:
Europees Semester (achtergrondinformatie)
Economische dialoog met de Westelijke Balkan en Turkije
In de marge van de videoconferentie van de ministers van Economische Zaken en Financiën hebben de EU, de Westelijke Balkan en Turkije hun jaarlijkse dialoog over het economisch beleid gehouden. Dit jaar stonden de economische gevolgen van de COVID‑19-pandemie voor de regio centraal. De deelnemers namen aan het einde van de videoconferentie een gezamenlijke verklaring aan.
Informatie over de zitting
Zitting nr. VC-ECOFIN-190520
19 mei 2020
11:00