Declaration by the High Representative Federica Mogherini on behalf of the EU on the Autonomous Republic of Crimea and the city of Sevastopol
5 jaar na de illegale inlijving van de Autonome Republiek Krim en de stad Sebastopol door de Russische Federatie blijft de Europese Unie i standvastig hechten aan de soevereiniteit en territoriale integriteit van Oekraïne.
De Europese Unie herhaalt dat zij deze schending van het internationaal recht niet erkent en blijft veroordelen. Deze schending blijft een rechtstreeks gevaar voor de internationale veiligheid, met ernstige gevolgen voor de internationale rechtsorde die de territoriale integriteit, eenheid en soevereiniteit van alle staten beschermt.
De Europese Unie houdt vast aan de onverkorte uitvoering van haar beleid van niet‑erkenning, onder meer door middel van beperkende maatregelen. De Europese Unie roept de VN‑lidstaten andermaal op om zich te beraden op soortgelijke niet-erkenningsmaatregelen in overeenstemming met Resolutie 68/262 van de Algemene Vergadering van de VN.
De Russische schendingen van het internationaal recht hebben geleid tot een gevaarlijke toename van de spanningen in de Straat van Kertsj en de Zee van Azov. Het onverantwoorde gebruik van geweld door Rusland tegen Oekraïne op 25 november 2018 is een zoveelste uiting van de kwalijke gevolgen van de illegale inlijving van de Krim voor de regionale stabiliteit.
De EU herhaalt haar oproep aan Rusland om de illegaal vastgehouden Oekraïense bemanningsleden, vaartuigen en uitrusting onvoorwaardelijk en onmiddellijk los te laten. In afwachting van hun vrijlating moet Rusland hun rechten op vertegenwoordiging in rechte en toegang tot consulaire autoriteiten eerbiedigen, en de gewonde bemanningsleden gepaste medische hulp bieden.
De Europese Unie veroordeelt de bouw van de brug van Kertsj zonder toestemming van Oekraïne, die nog maar eens een schending van de Oekraïense soevereiniteit en territoriale integriteit betekent. De EU verwacht van Rusland dat het ongehinderde en vrije doorvaart van alle schepen door de Straat van Kertsj naar en vanuit de Zee van Azov garandeert, in overeenstemming met het internationaal recht. De illegale beperkingen op die doorvaart hebben negatieve economische gevolgen voor de Oekraïense havens in de Zee van Azov en de hele regio.
De Europese Unie erkent de organisatie van verkiezingen door de Russische Federatie op het schiereiland de Krim niet, en zal dat nooit doen. De toenemende militarisering van het schiereiland blijft de veiligheidstoestand in de Zwarte Zeeregio ondermijnen. Het Russische staatsburgerschap en de dienstplicht in het leger van de Russische Federatie zijn aan de inwoners van de Krim opgedrongen, wat in strijd is met het internationaal humanitair recht.
Sinds de illegale inlijving door de Russische Federatie is de mensenrechtensituatie op de Krim aanzienlijk verslechterd. Inwoners van het schiereiland worden stelselmatig geconfronteerd met beperkingen van de fundamentele vrijheden zoals de vrijheid van meningsuiting, godsdienst of levensovertuiging en vereniging, en de vrijheid van vreedzame vergadering. Conform Resolutie 73/263 van de Algemene Vergadering van de VN van 22 december 2018, is het cruciaal dat de regionale en internationale mechanismen voor het monitoren van de mensenrechten en de niet-gouvernementele mensenrechtenorganisaties onbelemmerde toegang krijgen tot de Krim en Sebastopol.
De rechten van de Krim‑Tataren zijn ernstig geschonden door de sluiting van Krim-Tataarse media, het verbod op de activiteiten van hun autonome bestuursorgaan de Mejlis, en de vervolging van de leiders ervan en van leden van hun gemeenschap. De EU verlangt van Rusland dat het deze besluiten ongedaan maakt en de verdrukking van de Krim‑Tataarse gemeenschap stopzet. De Krim‑Tataren, de Oekraïners en alle etnische en religieuze gemeenschappen op het schiereiland moeten hun cultuur, tradities, onderwijs en identiteit in stand kunnen houden en tot ontwikkeling kunnen brengen. Rusland moet ook maatregelen nemen ter verbetering van de milieusituatie, die sinds de illegale inlijving danig is verslechterd.
De EU roept opnieuw op tot de onmiddellijke vrijlating van Oleh Sentsov, Edem Bekirov, Oleksandr Koltsjenko, Mykola Semena, Volodymyr Baloech, Emir‑Usein Kuku en al wie op het schiereiland de Krim is opgesloten en veroordeeld in strijd met het internationaal recht. Journalisten, mensenrechtenverdedigers en advocaten moeten onafhankelijk en zonder ongepaste inmenging en intimidatie kunnen werken.
De EU vraagt dat de internationale mensenrechtennormen op het schiereiland onverkort worden nageleefd. Alle aanhangige gevallen van mensenrechtenschendingen door overheden of niet‑statelijke actoren, zoals gedwongen verdwijningen, foltering en executies, geweld, politiek gemotiveerde vervolgingen, discriminatie en intimidatie moeten grondig worden onderzocht. De volledige, vrije en ongehinderde toegang voor internationale mensenrechtenactoren tot het integrale grondgebied van Oekraïne, met inbegrip van de Krim en Sebastopol, blijft van cruciaal belang. De EU herinnert aan Resolutie 73/263 van de AVVN van 22 december 2018 en zij vraagt de volledige uitvoering ervan. Dit houdt ook in dat de Russische Federatie haar verplichtingen uit hoofde van het toepasselijke internationaal humanitair recht nakomt.