Staat van de Unie 2018: Een krachtiger rol op het wereldtoneel voor de EU – Europese Commissie stelt doeltreffender besluitvorming voor op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid
.
Op 12 september 2018 zei voorzitter Jean-Claude Juncker i het volgende naar aanleiding van zijn toespraak over de Staat van de Unie: "Wat ons buitenlands beleid betreft, moeten wij meer met één stem kunnen spreken. Daarom stelt de Commissie vandaag voor om tot een stemming met gekwalificeerde meerderheid te komen op bepaalde gebieden van onze externe betrekkingen. Niet op alle maar op specifieke gebieden, waaronder mensenrechten en civiele missies. Dat kan op grond van de huidige Verdragen en volgens mij is de tijd gekomen om de "verloren schat" van het Verdrag van Lissabon te gebruiken: de passerelle-clausule, volgens welke wij kunnen overstappen op stemming met gekwalificeerde meerderheid."
Vandaag heeft de Europese Commissie manieren voorgesteld om de Europese Unie i een sterkere en efficiëntere rol te laten spelen op het wereldtoneel. Voorzitter Juncker stelde met name voor om binnen de bestaande EU-regels en op bepaalde gebieden van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) van de EU eenparigheid van stemmen in te ruilen voor gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Daardoor zou de EU een krachtiger rol op het wereldtoneel kunnen spelen, zodat zij mondiale gebeurtenissen beter vorm kan geven en internationale verantwoordelijkheden beter kan dragen.
Volgens de Commissie zijn er drie specifieke gebieden waarop dit haalbaar is, waardoor de EU beter wereldwijd haar waarden kan verkondigen, haar belangen kan verdedigen en snel kan besluiten: 1) collectief reageren op schendingen van de mensenrechten, 2) doeltreffende sancties opleggen en 3) civiele veiligheids- en defensiemissies opzetten en beheren.
Het potentieel van de Verdragen benutten
Door opeenvolgende wijzigingen van het Verdrag zijn de lidstaten geleidelijk meer gaan besluiten met gekwalificeerde meerderheid van stemmen. De bepalingen die meer flexibiliteit mogelijk maken op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, zoals de leden 2 en 3 van artikel 31 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU), blijven echter grotendeels onbenut. In deze complexe, geconnecteerde wereld met steeds meer conflicten is de tijd gekomen om die instrumenten te gebruiken, zodat de EU haar burgers kan beschermen, de gemeenschappelijke belangen kan verdedigen en de stabiliteit in de buurlanden en daarbuiten kan verzekeren.
Hoewel het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid van de EU de voorbije jaren aanzienlijk is versterkt, worden doeltreffende besluitvorming en snel en krachtig optreden van de EU soms nog steeds belemmerd doordat besluiten unaniem moeten worden genomen. De Europese Commissie heeft daarom concrete gebieden vastgesteld waarop het vermogen van de EU om op te treden fors kan worden verbeterd.
In de mededeling van vandaag geeft de Europese Commissie aan in welke gevallen de Raad het potentieel van de Verdragen kan benutten om vaker met gekwalificeerde meerderheid te stemmen, zonder afbreuk te doen aan de cultuur van consensusvorming binnen de EU. Een doeltreffender besluitvorming op het vlak van buitenlands beleid is nog belangrijker met het oog op een mogelijke uitbreiding van de Europese Unie.
Concreet verzoekt de Europese Commissie de leiders om tijdens de top van Sibiu op 9 mei 2019 het toepassingsgebied van de stemming met gekwalificeerde meerderheid uit te breiden op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid door gebruik te maken van artikel 31, lid 3, VEU, de zogenaamde "passerelle-clausule", volgens welke de Europese Raad (met eenparigheid van stemmen) de Raad kan machtigen om voor bepaalde onderdelen van het GBVB te besluiten met gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Het betreft:
-
-standpunten inzake mensenrechten op internationale fora;
-
-besluiten over de oplegging van sanctieregelingen;
-
-besluiten inzake civiele missies in het kader van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid.
Stemming met gekwalificeerde meerderheid versterkt de Unie en bevordert de consensusvorming
Op andere gebieden waar stemming met gekwalificeerde meerderheid de regel is, met name het handelsbeleid van de EU, blijkt dat niet alleen de rol van de EU als wereldspeler wordt versterkt, maar dat besluiten ook doeltreffender worden genomen. Het vooruitzicht van een stemming met gekwalificeerde meerderheid is een krachtige katalysator om de lidstaten aan te zetten tot consensus en eenheid. Door die consensus is er ook meer draagvlak voor de genomen besluiten.
Het Verdrag voorziet bovendien in een aantal waarborgen op maat ter bescherming van de fundamentele belangen en prerogatieven van de lidstaten op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid: stemming met gekwalificeerde meerderheid is niet van toepassing op besluiten die gevolgen hebben op militair of defensiegebied (artikel 31, lid 4, VEU). Bovendien voorziet artikel 31, lid 2, VEU in een "noodrem" waarmee een lidstaat zich op grond van "vitale, nader genoemde, redenen van nationaal beleid" kan verzetten tegen een besluit dat met gekwalificeerde meerderheid van stemmen wordt genomen.
Achtergrond
Besluiten worden nog altijd systematisch met eenparigheid van stemmen goedgekeurd als het gaat om belastingen, sociale zekerheid of sociale bescherming, de toetreding van nieuwe landen tot de EU, operationele politiële samenwerking en het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid, ook al voorzien de Verdragen in flexibeler vormen van besluitvorming.
Het Verdrag betreffende de Europese Unie voorziet in de mogelijkheid om in plaats van de momenteel alomtegenwoordige eenparigheid van stemmen voor besluiten over het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid over te schakelen op stemming met gekwalificeerde meerderheid. Op grond van artikel 31, lid 2, VEU kan de Raad nu al in bepaalde welomschreven gevallen een besluit nemen met gekwalificeerde meerderheid. Dankzij de "passerelle-clausule" van artikel 31, lid 3, VEU kan de Europese Raad de stemming met gekwalificeerde meerderheid uitbreiden tot het GBVB als de lidstaten daarmee unaniem akkoord gaan. Beide bepalingen van het Verdrag sluiten aan bij het idee dat voor een efficiënt, passend en geloofwaardig GBVB wellicht geleidelijk afstand kan worden gedaan van eenparigheid van stemmen, ten minste op bepaalde gebieden.
In de Verklaring van Rome van 2017, die is vastgesteld ter gelegenheid van de 60e verjaardag van het Verdrag van Rome, wordt erkend dat er meer dan ooit nood is aan een sterke EU. In zijn toespraak over de Staat van de Unie 2017 stelde voorzitter Juncker voor om te "bekijken welke besluiten met gekwalificeerde meerderheid in plaats van met eenparigheid kunnen worden genomen", zodat de EU krachtiger en efficiënter kan optreden op het wereldtoneel.
Met dat doel voor ogen werd in de Meseberg-verklaring over de hernieuwing van de Europese beloften inzake veiligheid en welvaart, in juni 2018 opgesteld door de Duitse bondskanselier Angela Merkel i en de Franse president Emmanuel Macron i, ook opgeroepen om "nieuwe manieren te vinden waarop de snelheid en de effectiviteit van de besluitvorming van EU op het vlak van ons gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid kunnen worden verhoogd" en "de mogelijkheden te verkennen om op het vlak van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid gebruik te maken van gekwalificeerde meerderheid van stemmen in het kader van een ruimer debat over de meerderheid van stemmen met betrekking tot het EU-beleid".
Meer informatie:
Toespraak van voorzitter Juncker over de Staat van de Unie 2018
BIJLAGE: artikel 31, VEU
-
1.In het kader van dit hoofdstuk [HOOFDSTUK 2 - SPECIFIEKE BEPALINGEN BETREFFENDE HET GEMEENSCHAPPELIJK BUITENLANDS EN VEILIGHEIDSBELEID] worden besluiten door de Europese Raad en de Raad met eenparigheid van stemmen genomen, tenzij in dit hoofdstuk anders is bepaald. Wetgevingshandelingen kunnen niet worden vastgesteld.
Ingeval een lid van de Raad zich van stemming onthoudt, kan dit lid zijn onthouding toelichten door op grond van onderhavige alinea een formele verklaring af te leggen. In dat geval is het lid niet verplicht het besluit toe te passen, doch aanvaardt het wel dat het besluit de Unie bindt. In een geest van wederzijdse solidariteit onthoudt de betrokken lidstaat zich van ieder optreden dat het optreden van de Unie krachtens genoemd besluit zou kunnen doorkruisen of belemmeren, en eerbiedigen de andere lidstaten dit standpunt. Indien de leden van de Raad die hun onthouding op deze wijze toelichten, ten minste een derde van de lidstaten vertegenwoordigen en de totale bevolking van de door hen vertegenwoordigde lidstaten ten minste een derde van de totale bevolking van de Unie uitmaakt, wordt het besluit niet vastgesteld.
-
2.In afwijking van lid 1 besluit de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen:
-
-wanneer hij een besluit vaststelt dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt op grond van een besluit van de Europese Raad met betrekking tot de strategische belangen en doelstellingen van de Unie in de zin van artikel 22, lid 1;
-
-wanneer hij een besluit vaststelt dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt, op voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid, dat wordt voorgelegd naar aanleiding van een specifiek verzoek dat de Europese Raad op eigen initiatief of op initiatief van de hoge vertegenwoordiger tot hem heeft gericht;
-
-bij de aanneming van een besluit waarmee uitvoering wordt gegeven aan een besluit dat een optreden of een standpunt van de Unie bepaalt;
-
-bij de benoeming van een speciale vertegenwoordiger overeenkomstig artikel 33.
Indien een lid van de Raad verklaart om vitale, nader genoemde, redenen van nationaal beleid voornemens te zijn zich te verzetten tegen de aanneming van een besluit dat met gekwalificeerde meerderheid van stemmen moet worden aangenomen, wordt niet tot stemming overgegaan. De hoge vertegenwoordiger tracht in nauw overleg met de betrokken lidstaat een aanvaardbare oplossing te bereiken. Indien dit niet tot resultaat leidt, kan de Raad bij gekwalificeerde meerderheid van stemmen verlangen dat de aangelegenheid wordt voorgelegd aan de Europese Raad, die met eenparigheid van stemmen een besluit vaststelt.
-
3.De Europese Raad kan met eenparigheid van stemmen bij besluit bepalen dat de Raad in andere dan de in lid 2 genoemde gevallen met gekwalificeerde meerderheid van stemmen besluit.
-
4.De leden 2 en 3 zijn niet van toepassing op besluiten die gevolgen hebben op militair of defensiegebied.
-
5.Voor procedurekwesties neemt de Raad zijn besluiten met volstrekte meerderheid van stemmen van zijn leden.
IP/18/5683
Contactpersoon voor de pers:
Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail |