Verordening verdeling inspanningen emissiereductie: EU-ambassadeurs keuren voorlopig akkoord goed

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op woensdag 31 januari 2018.

Vandaag gaven de EU-ambassadeurs hun steun aan het voorlopig akkoord dat in december 2017 tussen het Estse voorzitterschap en het Europees Parlement i werd bereikt over de verordening inzake de verdeling van de inspanningen. In de ontwerpverordening worden voor de lidstaten bindende emissiereductiestreefcijfers voor de periode 2021-2030 bepaald in sectoren die niet onder het EU-emissiehandelssysteem (EU-ETS) vallen.

Dit akkoord brengt de EU veel dichter bij de vervulling van haar toezegging in het kader van de Overeenkomst van Parijs om de broeikasgasuitstoot tegen 2030 met 40% te verminderen ten opzichte van het niveau van 1990. Met de verordening wordt beoogd ervoor te zorgen dat het emissiereductiestreefcijfer voor niet-ETS-sectoren van 30% tegen 2030 ten opzichte van het niveau van 2005 wordt bereikt in de sectoren waarvoor de inspanningsverdeling geldt, waaronder gebouwen, landbouw (niet-CO2-emissies), afvalbeheer en vervoer (met uitzondering van luchtvaart en internationale scheepvaart).

"De EU zal een leidende en doorslaggevende rol bij de uitvoering van de Overeenkomst van Parijs blijven vervullen. Wij zijn erkentelijk voor het belangrijke werk dat door het Estse voorzitterschap is verzet met betrekking tot de verordening inzake de verdeling van de inspanningen. Er is een politieke consensus in Europa over de opwarming van de aarde en de maatregelen die moeten worden genomen. Bulgarije maakt deel uit van deze consensus. Als voorzitterschap zullen we ons inzetten voor onze gedeelde belangen om zoveel mogelijk vooruitgang te boeken met het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen en aldus de luchtkwaliteit te verbeteren. De bescherming van het milieu en de gezondheid van de Europese burgers is een van de prioriteiten van het Bulgaarse voorzitterschap," aldus Neno Dimov, Bulgaars minister van Milieu- en Waterbeheer

Tijdlijn en volgende stappen

In juli 2016 dient de Europese Commissie i 2 voorstellen in voor de sectoren die niet onder het ETS vallen - verdeling van de inspanningen en LULUCF - op basis van de richtsnoeren die de Europese Raad i in zijn conclusies van oktober 2014 heeft geformuleerd.

Aangezien beide voorstellen met elkaar verwant zijn, bespreken de ministers de niet-ETS-sectoren samen. Voordat een onderhandelingsstandpunt wordt overeengekomen, bespreekt de Raad Milieu i deze dossiers in 3 zittingen: een oriënterend debat op 17 oktober 2016, een briefing over de stand van zaken op 19 december 2016, en een voortgangsverslag in juni 2017.

De Raad bereikt zijn algemene oriëntatie op 13 oktober 2017 en start kort daarna de onderhandelingen met het Europees Parlement. Het Europees Parlement stemt tijdens de plenaire vergadering van 14 juni over zijn standpunt. Op 21 december 2017 bereikt het Estse voorzitterschap een voorlopig akkoord met het Europees Parlement.

Nu de voorlopig overeengekomen tekst door de EU-ambassadeurs is bekrachtigd, zal deze aan het Parlement worden toegezonden. Behoudens definitieve goedkeuring door het Parlement en de daaropvolgende formele aanneming door de Raad wordt de wetgevingshandeling bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en treedt deze in werking twintig dagen volgende op die van haar bekendmaking.

Download als PDF

1.

Relevante EU dossiers