Overheidsopdrachten op defensiegebied: Commissie start inbreukprocedures tegen vijf lidstaten
Vanaf het begin van haar mandaat heeft de Commissie-Juncker i zich ingespannen om een sterk Europa te bouwen dat in staat is zijn burgers te beschermen, thuis en in het buitenland - een ambitie die niet kan worden verwezenlijkt zonder de defensie-uitgaven te bundelen en de voorwaarden voor een open en concurrerende Europese defensiemarkt te verbeteren.
Tegen deze achtergrond en zoals aangekondigd in het Europees defensieactieplan ziet de Commissie erop toe dat de regels inzake overheidsopdrachten op defensiegebied doeltreffend worden toegepast, om ondernemingen te helpen grensoverschrijdend zaken te doen en lidstaten te helpen de beste prijs-kwaliteitsverhouding te krijgen.
Vandaag heeft de Commissie besloten aanmaningsbrieven te zenden aan Denemarken, Italië, Nederland, Polen en Portugal omdat zij de EU-regels inzake overheidsopdrachten op de defensie- en de veiligheidsmarkt niet of onjuist toepassen.
Elżbieta Bieńkowska i, commissaris voor Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf, zei hierover: "Een efficiënte besteding van de defensiemiddelen is in het belang van iedereen: overheidsinstanties, de industrie en bovenal onze burgers. Wanneer de richtlijn betreffende overheidsopdrachten op defensiegebied doeltreffend wordt toegepast, kan zij ertoe bijdragen dat het geld van de belastingbetaler goed wordt besteed en dat het concurrentievermogen van Europa's defensie-industrie, inclusief dat van de vele kleine en middelgrote ondernemingen die in deze sector actief zijn, wordt verbeterd. Deze inspanningen gaan hand in hand met het stimuleren van de samenwerking op defensiegebied met behulp van het Europees Defensiefonds, dat na 2020 een totale investering in defensieonderzoek en capaciteitsontwikkeling van 5,5 miljard EUR per jaar kan genereren."
De inbreukprocedures die vandaag zijn ingeleid, hebben betrekking op het volgende:
-
-de rechtstreekse toekenning door Italië, Polen en Portugal van een aantal defensiecontracten aan nationale leveranciers, wat in strijd is met de richtlijn betreffende overheidsopdrachten op defensiegebied. Overeenkomstig deze richtlijn zijn aanbestedende diensten, behalve in bepaalde welomschreven gevallen, verplicht opdrachten te plaatsen door gebruik te maken van een van de in artikel 25 van Richtlijn 2009/81/EG vastgestelde aanbestedingsprocedures, en hun voornemens kenbaar te maken door bekendmaking van een aankondiging van de opdracht in de TED-databank (Tenders Electronic Daily);
-
-in het geval van Denemarken en Nederland vreest de Commissie dat deze twee landen bij de aankoop van defensiematerieel ongerechtvaardigde compensatieverplichtingen opleggen aan niet-nationale leveranciers. Compensatieverplichtingen zijn beperkende maatregelen die het vrije verkeer van goederen en diensten belemmeren en zijn onverenigbaar met zowel het EU-Verdrag als de correcte omzetting en toepassing van de richtlijn.
De lidstaten hebben nu twee maanden de tijd om te reageren op de argumenten die de Commissie heeft aangevoerd.
Achtergrond
De EU-wetgeving inzake overheidsopdrachten draagt ertoe bij dat de belastingbetaler meer waar krijgt voor zijn geld, aangezien zij vereist dat alle overheidsopdrachten boven een bepaalde drempel met inachtneming van de beginselen van transparantie, gelijke behandeling en non-discriminatie worden aanbesteed.
De richtlijn betreffende overheidsopdrachten op defensiegebied (Richtlijn 2009/81/EG) bevat specifieke Europese regels voor de aankoop van wapens, munitie en oorlogsmaterieel (en de daarmee samenhangende werken en diensten) voor defensiedoeleinden. Zij voorziet ook in een kader voor het aanbesteden van gevoelige leveringen, werken en diensten voor veiligheidsdoeleinden. De desbetreffende regels zijn aangepast aan de specifieke kenmerken van overheidsopdrachten op defensiegebied, die vaak ingewikkeld en gevoelig zijn. De richtlijn voorziet in een juridisch kader om de transparantie en openheid op de defensiemarkten van de EU-landen te vergroten en tegelijkertijd de bescherming van de veiligheidsbelangen van de individuele landen te waarborgen.
Compensatieverplichtingen (of equivalente vormen van industrieel rendement, compensatie, industriële participatie, industriële samenwerking die aan niet-nationale leveranciers worden opgelegd) zijn beperkende maatregelen die indruisen tegen de beginselen van het Verdrag, omdat zij bepaalde marktdeelnemers, goederen en diensten uit andere lidstaten discrimineren, en het vrije verkeer van goederen en diensten belemmeren. De verplichting om een deel van een contract in het land van de ontvanger en met plaatselijke hulpmiddelen uit te voeren, mag uitsluitend in een contract worden opgenomen wanneer een dergelijke maatregel noodzakelijk is, het niet mogelijk is tot hetzelfde resultaat te komen met minder beperkende maatregelen en de maatregel geen negatief effect heeft op de mededinging op het gebied van niet-militaire producten.
In haar evaluatieverslag over de richtlijn betreffende overheidsopdrachten op defensiegebied van november 2016 heeft de Europese Commissie geconcludeerd dat de richtlijn de interne defensiemarkt heeft helpen openstellen, maar dat er nog veel meer vooruitgang nodig is. Zoals aangekondigd in het Europees defensieactieplan van november 2016 streeft de Commissie ernaar de voorwaarden voor een open en concurrerende Europese defensiemarkt te verbeteren om ondernemingen te helpen grensoverschrijdend zaken te doen en lidstaten te helpen de beste prijs-kwaliteitsverhouding te krijgen bij defensieaankopen. Daarom houdt de Commissie nauwlettend toezicht op de doeltreffende toepassing van de richtlijn betreffende overheidsopdrachten op defensie- en veiligheidsgebied (Richtlijn 2009/81/EG) en de richtlijn betreffende EU-overdracht (Richtlijn 2009/43/EG).
De Commissie werkt voorts aan een aanbeveling om aanbestedende overheidsdiensten in de lidstaten aan te moedigen de grensoverschrijdende betrokkenheid van kleine en middelgrote ondernemingen alsook van intermediaire ondernemingen in de defensietoeleveringsketens te bevorderen.
Met het Europees Defensiefonds, dat in september 2016 door voorzitter Juncker werd aangekondigd en in juni 2017 van start is gegaan, wordt onnodige overlapping van de defensievermogens en uitgaven op de Europese defensiemarkten verder aangepakt door samenwerkingsprojecten op het gebied van defensieonderzoek, ontwikkeling van prototypes en gezamenlijke capaciteitsopbouw te stimuleren.
Meer informatie
-
-Voor de voornaamste beslissingen in het kader van het inbreukenpakket voor januari 2018, zie het volledige MEMO/18/349.
-
-Voor de inbreukprocedure in het algemeen, zie MEMO/12/12 (infografiek).
-
-Over de EU-inbreukprocedure.
IP/18/357
Contactpersoon voor de pers:
Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail |