Verordening 2017/1954 - Wijziging van Verordening (EG) nr. 1030/2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen
Inhoudsopgave van deze pagina:
officiële titel
Verordening (EU) 2017/1954 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2017 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1030/2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landenofficiële Engelstalige titel
Regulation (EU) 2017/1954 of the European Parliament and of the Council of 25 October 2017 amending Council Regulation (EC) No 1030/2002 laying down a uniform format for residence permits for third-country nationalsRechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2017/1954 |
Origineel voorstel | COM(2016)434 |
Celex-nummer i | 32017R1954 |
Document | 25-10-2017; datum van ondertekening |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 01-11-2017; PB L 286 p. 9-14 |
Ondertekening | 25-10-2017 |
Inwerkingtreding | 21-11-2017; in werking datum publicatie +20 zie art 3 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
Omzetting | 01-01-1001; toepassing zie art. 3 |
1.11.2017 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 286/9 |
VERORDENING (EU) 2017/1954 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 25 oktober 2017
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1030/2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 79, lid 2, onder a),
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Bij Verordening (EG) nr. 1030/2002 van de Raad (2) is een uniform model ingevoerd voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen. |
(2) |
Het huidige uniforme model voor verblijfstitels, dat sinds twintig jaar wordt gebruikt, wordt als fraudegevoelig beschouwd vanwege ernstige gevallen van namaak en fraude. |
(3) |
Bijgevolg moet voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen een nieuw gemeenschappelijk ontwerp worden vastgesteld, met modernere beveiligingskenmerken teneinde deze verblijfstitels veiliger te maken en vervalsing te voorkomen. |
(4) |
Onderdanen van derde landen die beschikken over een geldige, in het uniforme model opgestelde verblijfstitel die is afgegeven door een van de lidstaten die het Schengenacquis volledig toepassen, hebben voor een periode van maximaal negentig dagen het recht van vrij verkeer binnen het Schengengebied, op voorwaarde dat zij voldoen aan de in Verordening (EU) 2016/399 van het Europees Parlement en de Raad (3) (de Schengengrenscode) vermelde toegangsvoorwaarden. |
(5) |
De Uniewetgeving betreffende de toegang en het verblijf van onderdanen van derde landen bevat regelingen waarbij aanvullende mobiliteitsrechten worden verleend, met specifieke toegangs- en verblijfsvoorwaarden in lidstaten die door dat acquis gebonden zijn. Voor verblijfstitels die op grond van die wetgeving zijn afgegeven, wordt gebruikgemaakt van het in Verordening (EG) nr. 1030/2002 neergelegde uniforme model. Om de bevoegde autoriteiten in staat te stellen te bepalen op welke onderdanen van derde landen deze specifieke mobiliteitsrechten van toepassing zijn, is het derhalve belangrijk dat de relevante vermeldingen, zoals „onderzoeker”, „student” of „ICT”, duidelijk op de verblijfstitels worden weergegeven overeenkomstig de toepasselijke Uniewetgeving. |
(6) |
Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van deze verordening; deze is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat. Aangezien deze verordening voortbouwt op het Schengenacquis, beslist Denemarken overeenkomstig artikel 4 van het bovengenoemde protocol binnen een termijn van zes maanden nadat de Raad heeft beslist over deze verordening of het deze verordening in zijn interne recht zal omzetten. |
(7) |
Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 en artikel 4 bis, lid 1, van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en onverminderd artikel 4 van dat protocol, nemen het Verenigd Koninkrijk en Ierland niet deel aan de vaststelling van deze verordening en is deze niet bindend voor, noch van toepassing op die lidstaten. |
(8) |
Deze verordening vormt een handeling die op het Schengenacquis voortbouwt of anderszins daaraan is gerelateerd in de zin van... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.