Nieuw met Stip (4): Piratenpartij
De Piratenpartij i is officieel op 10 maart 2010 naar Zweeds voorbeeld opgericht, al bestond ze officieus al sinds 2006. Ze is aangesloten bij de Pirate Parties International, die circa 60 leden telt, waarvan sommige in het parlement van hun land of deelstaat zetels hebben verworven, o.a. in Duitsland en recentelijk in IJsland. De Nederlandse Piratenpartij is daar nog niet in geslaagd, in 2010 haalde ze 0,11% en in 2012 0,32% bij de Tweede Kamerverkiezingen.
De Piraten komen vooral op voor de rechten van de burger op privacy en vrijheid, vrije toegang tot Internet en tot overheidsinformatie, maar ook voor beperking van auteursrecht en patentrecht. De burger moet ook meer inspraak krijgen, via e-democratie en een bindend (in plaats van raadgevend) referendum. Geleidelijk heeft de partij haar programma verbreed tot andere terreinen, zoals gezondheidszorg: ze wil het eigen risico afschaffen; onderwijs: thuisonderwijs moet legaal worden; ze wil voorts het drugsbeleid decriminaliseren en cannabis legaliseren; een onvoorwaardelijk basisinkomen voor iedereen experimenteel invoeren, en banken het monopolie op geldcreatie afnemen.
De strijd tegen monopolies en voor individuele vrijheid vormt duidelijk de rode draad door het programma en verbindt de Piraten met de gelijknamige zeerovers uit de zeventiende eeuw. Programmatisch lijkt er wel enige overeenkomst met GroenLinks en D66, maar de Piratenpartij gaat toch iets verder in libertaire richting.
Lijsttrekker
De partij heeft al verschillende lijstaanvoerders gehad. In mei 2016 koos de ledenraad Ancilla van de Leest i, actrice en fotomodel, tot lijstaanvoerder. Ze zorgde voor veel publiciteit, soms onvrijwillig - ze kwam in conflict met het bestuur, waarvan drie leden de partij in september verlieten en twee zich vervolgens aansloten bij het Forum voor Democratie i. Qua publiciteit doet de partij het beter dan de Partij voor de Dieren i, maar minder goed dan DENK i, Forum voor Democratie en VNL i: in 2016 werd ze ruim 110 keer genoemd in nationale en regionale kranten.
Aan het begin van 2017 telt de Piratenpartij ruim 1000 leden - het aantal wordt op de website precies bijgehouden. Overigens telde ze in 2012 al bijna 1200 leden, maar zag daarna haar ledental dalen. De leden moeten € 17,50 per jaar betalen. De partijkas is daardoor redelijk maar niet royaal gevuld - alleen de borgsom voor de Kiesraad zal reeds meer dan de helft van de ledenbijdragen van afgelopen jaar opslokken.
Zal de Piratenpartij in 2017 slagen waar ze in 2012 en 2010 faalde, namelijk haar opwachting maken in de Tweede Kamer i? Gezien de toegenomen publiciteit en het (opnieuw) groeiende ledental lijkt dat niet onmogelijk. Vooral jongeren voelen zich waarschijnlijk aangesproken door de aandacht voor individuele en digitale vrijheid en privacy. Die jongeren gaan echter vaak niet stemmen. De Piratenpartij zal haar uiterste best moeten doen om haar sympathisanten naar de stembus te lokken.
Paul Lucardie, onderzoeker bij het Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen in Groningen.
Deze bijdrage verscheen in de Hofvijver van 30 januari 2017.