We moeten toe naar een nieuwe generatie handelsverdragen
DEN HAAG (PDC i) - Inclusiviteit en duurzaamheid moeten voorop komen te staan in het handelsregime. Dit werd geconcludeerd tijdens het debat op 7 december in Nieuwspoort. Robert Went i (econoom, WRR) verzorgde de inleiding, waarna een debat volgde met Jurjen van de Bergh i (coördinator TTIP-campagne), Marhijn Visser i (VNO-NCW) en Jasper van Dijk i (Tweede Kamerlid SP) onder leiding van Max van Weezel.
Went legde in zijn inleiding uit dat vanaf 1945 de handel is gegroeid. Vandaag de dag leven we in een tijd dat de handel nog steeds groeit, maar minder snel dan voorheen. Dit betekent dat we voor globalisering nieuwe spelregels moeten opstellen. In zijn inleiding gaf Went manieren aan waarop het handelsbeleid gereset kan worden. Zo moeten de verliezers van handelsverdragen gecompenseerd worden en moeten normen en standaarden centraal staan.
Na de inleiding werd er een videoboodschap van Marietje Schaake i getoond, waarin zij pleitte voor handelsverdragen. Zij stelde dat handelsverdragen belangrijk zijn om onze handelsbelangen en normen en waarden te waarborgen. Zo kunnen we globalisering kanaliseren en andere landen overtuigen om onze standaarden over te nemen.
Volgens Went moeten we toe naar een nieuwe generatie handelsverdragen en blijven we op dit moment nog steken in de oude generatie handelsverdragen. De oude generatie handelsverdragen geven toegang tot grootbedrijven, meer banen en zijn gericht op groei. Volgens Van Dijk mogen er in de nieuwe generatie handelsverdragen geen verliezers zijn en moet iedereen gelijke kansen krijgen. Ook waren alle panelleden het erover eens dat het arbitragerecht gemoderniseerd moet worden.
Robert Went gaf aan dat het fundamentele probleem van handelsverdragen is dat ze geen legitimiteit meer hebben. Wat handelsverdragen ons gaan brengen is volgens hem marginaal. Volgens Van den Bergh worden handelsverdragen top-down opgelegd, waardoor er weinig draagvlak is. Ook gaf hij aan dat het bedrijfsleven te veel invloed op handelsverdragen heeft. Hierop reageerde Visser dat bedrijven het recht hebben om te lobbyen en dat de invloed die NGO's hebben op handelsverdragen ook groot is. Door NGO's is CETA immers bijna afgeschoten.
Visser voegde eraan toe dat de emoties die bij dit debat spelen onderschat zijn. Went en Van den Bergh zijn blij dat er een maatschappelijk debat gevoerd wordt over handelsverdragen. Deze discussies vergroten de betrokkenheid bij Europa.