Diensten: Commissie vraagt 9 lidstaten om buitensporige en ongerechtvaardigde belemmeringen voor grensoverschrijdende activiteiten weg te nemen

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op donderdag 17 november 2016.

De Europese Commissie i neemt verdere stappen ten aanzien van Oostenrijk, België, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Hongarije, Italië, Litouwen en Spanje omdat hun nationale voorschriften buitensporige en ongerechtvaardigde belemmeringen voor het verlenen van diensten op de interne markt inhouden.

De Commissie is van mening dat de vereisten waaraan bepaalde dienstverleners in deze lidstaten moeten voldoen, in strijd zijn met de Dienstenrichtlijn (Richtlijn 2006/123/EG). Tegelijkertijd heeft de Commissie besloten de zaak tegen Luxemburg af te sluiten naar aanleiding van zijn positieve acties om relevante wetgeving in overeenstemming te brengen met het EU-recht i.

Elżbieta Bieńkowska i, commissaris voor Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf heeft gezegd: "Diensten zijn goed voor meer dan twee derde van de economische activiteiten en banen in de eengemaakte markt van de EU i. Door het voor dienstverleners makkelijker te maken om in heel de EU te werken, creëren we nieuwe mogelijkheden voor banen, een groter aanbod en lagere prijzen voor de consument. Samen met de lidstaten moeten wij de vele ongerechtvaardigde belemmeringen wegnemen waarvan professionals en ondernemingen nog steeds hinder ondervinden als zij in verschillende lidstaten hun diensten willen verlenen. Dat is waarom ik uitvoering van reeds overeengekomen EU-wetgeving een hoofdprioriteit van onze strategie voor een eengemaakte markt heb gemaakt."

Een aantal praktische beperkingen inzake diensten maken vestiging en verlening van grensoverschrijdende diensten in de hele EU moeilijk: vereisen dat een onderneming haar statutaire zetel heeft in een bepaalde jurisdictie; buitensporige aandeelhoudervereisten zoals de verplichting voor professionals dat zij 100 % van de stemrechten of het kapitaal van een onderneming bezitten; verplichte minimumtarieven; evenals buitensporige toelatingseisen of exclusieve rechten. Dergelijke belemmeringen voor nieuwkomers op de markt zijn niet noodzakelijk om kwalitatief hoogwaardige diensten van interne of buitenlandse dienstverleners te waarborgen, en ontzeggen consumenten in de praktijk vaak scherp geprijsde diensten.

Vandaag treedt de Commissie op om de volgende zorgpunten aan te pakken met betrekking tot:

  • Oostenrijk: vestigingsvereisten voor architecten en ingenieurs (een aanvullend met redenen omkleed advies);
  • België: multidisciplinaire beperkingen voor accountants (een met redenen omkleed advies);
  • Cyprus: aandeelhoudersvereisten voor alle ingenieursberoepen, met inbegrip van civiele ingenieurs en architecten (een verwijzing naar het Hof van Justitie van de EU);
  • Denemarken: vereiste van certificering/vergunning voor bepaalde diensten in verband met de bouwnijverheid (een aanmaningsbrief);
  • Duitsland: minimum- en maximumtarieven voor architecten en ingenieurs (een verwijzing naar het Hof van Justitie van de EU);
  • Hongarije: exclusief recht, verleend aan één ondernemer, voor het verlenen van een dienst (een verwijzing naar het Hof van Justitie van de EU);
  • Italië: vestigingsvereisten voor attesteringsbedrijven, als voorwaarde voor het mogen verlenen van certificeringsdiensten in het geval van overheidsopdrachten (een aanvullende aanmaningsbrief);
  • Litouwen: multidisciplinaire beperkingen voor bepaalde verleners van diensten in verband met de bouwnijverheid (een aanmaningsbrief);
  • Spanje: verplichte minimumtarieven en multidisciplinaire beperkingen voor het beroep van "procuradores" - personen die zich bezig houden met registerinschrijvingen op het gebied van grond en bedrijven alsmede wettelijke vertegenwoordigers (een met redenen omkleed advies).

Deze lidstaten hebben nu twee maanden de tijd om de Commissie in kennis te stellen van de maatregelen die zijn genomen om de situatie te verhelpen.

Achtergrond

De Dienstenrichtlijn (Dienstenrichtlijn 2006/123/EC) heeft als doel het volledige potentieel van dienstenmarkten in Europa tot stand te brengen door de juridische en administratieve handelsbelemmeringen weg te nemen, en tegelijkertijd nationale beschermingsmaatregelen die gerechtvaardigd zijn, bijvoorbeeld uit hoofde van de openbare veiligheid, en die in verhouding staan tot het na te streven doel, toe te staan.

De volgende artikelen van de Dienstenrichtlijn (Richtlijn 2006/123/EG) vormen de rechtsgrondslag voor het optreden in de bovengenoemde gevallen:

  • artikel 10 van deze richtlijn bepaalt dat de vergunning voor een dienstverlener om zijn activiteiten uit te oefenen niet-discriminatoir, gerechtvaardigd en evenredig moet zijn. De voorwaarden voor de vergunningverlening zullen eisen en controles die reeds zijn ondergaan, niet overlappen.
  • In Artikel 14 somt de dienstenrichtlijn een reeks verboden vereisten op, waaronder de verplichting tot het hebben van de statutaire zetel van de onderneming in een bepaalde jurisdictie en een onderzoek naar de economische behoefte.
  • Artikel 15 van de dienstenrichtlijn somt een reeks vereisten op die jegens dienstverleners enkel onder bepaalde voorwaarden mogen worden gesteld. Eisen - zoals rechtsvorm, aandeelhouderschap, verplichte tarieven en specifieke regelingen, die de toegang tot de dienstenactiviteit aan bepaalde dienstverleners voorbehouden - zijn niet strikt verboden volgens het Unierecht, maar door het Hof van Justitie van de EU aangemerkt als belemmerend voor de eengemaakte dienstenmarkt. Zij kunnen alleen worden gehandhaafd voor zover zij niet-discriminatoir zijn, gerechtvaardigd worden door een dwingende reden van algemeen belang en evenredig zijn, in die zin dat er geen minder beperkende maatregelen zouden kunnen worden gebruikt om hetzelfde doel te bereiken.
  • In artikel 16 somt deze richtlijn een reeks vereisten op die niet kunnen worden gesteld ten aanzien van verleners van grensoverschrijdende diensten tenzij zij niet-discriminatoir zijn, gerechtvaardigd worden door een specifieke dwingende reden en evenredig zijn.
  • In artikel 25 van de dienstenrichtlijn is bepaald dat de lidstaten erop moeten toezien dat op dienstverleners geen eisen van toepassing zijn die hen ertoe verplichten uitsluitend een bepaalde specifieke activiteit uit te oefenen of die het gezamenlijk of in partnerschap uitoefenen van verschillende activiteiten beperken.

Meer informatie:

IP/16/3646

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail