Eerste EU-dag tegen straffeloosheid bij misdaden tegen de menselijkheid
Op 23 mei vond in Den Haag onder het Nederlands EU-voorzitterschap de eerste EU-dag tegen straffeloosheid bij genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden plaats. De bijeenkomst werd voorgezeten door Eurojust en georganiseerd in samenwerking met de Europese Commissie en het Netwerk voor onderzoek naar en vervolging van genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden.
Foto: Serge Ligtenberg
Aandacht vestigen op en stimuleren van strafrechtelijk onderzoek
Naar aanleiding van de bijeenkomst zei minister Van der Steur van Veiligheid en Justitie: ‘de EU is geen toevluchtsoord voor plegers van afschuwelijke misdrijven’. Het doel van dit initiatief is de aandacht te vestigen op gruwelijke misdrijven als genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden. De EU-dag tegen straffeloosheid is ook bedoeld om nationaal strafrechtelijk onderzoek en vervolging te bevorderen, teneinde:
-
-de gemeenschappelijke inspanningen van de EU-lidstaten en de Europese Unie in de naleving van het internationale strafrecht te erkennen.
-
-rekening te houden met de positie van slachtoffers van deze misdrijven in de strafrechtelijke procedure.
-
-de pan-Europese inzet voor de voortdurende strijd tegen straffeloosheid van deze misdrijven nieuw leven in te blazen.
Verantwoordelijkheid van de lidstaten
Minister Van der Steur van Justitie stelde: ‘Onderzoek naar en vervolging van verdachten van zeer ernstige internationale misdrijven behoren voornamelijk tot de verantwoordelijkheid van de lidstaten. Internationale strafhoven en tribunalen zijn vaak opgezet als laatste instantie en niet in staat om alle internationale misdrijven te vervolgen.’ Voorts benadrukte de minister dat ‘de EU geen toevluchtsoord voor plegers van deze afschuwelijke misdrijven wil zijn.’
Steun aan slachtoffers heeft prioriteit
EU-commissaris Jourová i voor Justitie, Consumentenrechten en Gendergelijkheid zei: ‘De Europese Commissie heeft steun aan slachtoffers van misdaden tot prioriteit uitgeroepen. Slachtoffers in strafprocessen die plaatsvinden binnen de Europese Unie beschikken volgens het Europese recht over een breed scala aan rechten, ongeacht hun nationaliteit of verblijfplaats. Samen met de lidstaten streeft de Europese Unie naar overeenstemming van het interne en externe beleid van de Europese Unie met betrekking tot de strijd tegen ernstige internationale misdrijven. Nauwe en snelle samenwerking tussen nationale gerechtelijke en handhavende instanties is van groot belang. Op EU-niveau spelen Eurojust en Europol hierin een cruciale rol.’
EU geen toevluchtsoord voor misdadigers
President Coninsx van Eurojust verklaarde: ‘De ervaring leert dat onderzoek naar en vervolging van internationale misdrijven als genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden samenwerking van de lidstaten vergt. Een lidstaat kan niet op eigen kracht daders van dergelijke gruwelijke misdrijven efficiënt en doeltreffend vervolgen. Een gemeenschappelijke aanpak op EU-niveau is van essentieel belang om te voorkomen dat de EU een toevluchtsoord wordt voor misdadigers. De 1.607 afgeronde en 1.339 lopende zeer ernstige internationale strafzaken binnen de lidstaten tonen aan dat de strijd tegen straffeloosheid een werkelijke en actuele uitdaging is waarmee nationale overheden worden geconfronteerd.’