Parlementen in Europa willen betere defensiesamenwerking
Nationale parlementen binnen Europa moeten beter samenwerken. Ook moeten ze oefenen om sneller tot besluiten te komen over inzet van militaire middelen.
Luchtmobiele infanteristen (NL) en een Blackhawk (VS) tijdens een oefening vorig jaar juni.
Parlementaire betrokkenheid
Dit is een van de aanbevelingen van het EU-seminar 'The parliamentary dimension of defence cooperation'. Het ministerie van Defensie en het Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael organiseerden dit seminar. Verbetering van de parlementaire betrokkenheid is een van de prioriteiten tijdens het EU-Nederlandse voorzitterschap.
Besluitvorming
Parlementariërs van alle EU-landen wisselden ervaringen uit en deden ideeën op voor betere besluitvorming. Want terwijl militairen snel inzetbaar zijn, laat politiek akkoord vaak lang op zich wachten. Regeringen en nationale parlementen moeten betrouwbaarder samenwerken en vlotter knopen kunnen doorhakken.
Afstemming
Nu defensiesamenwerking op operationeel niveau tussen bijvoorbeeld Nederland en Duitsland een hoge vlucht neemt, kunnen de nationale parlementen niet achterblijven. Maar in de ene lidstaat mag het parlement besluiten over militaire inzet, terwijl in de andere de regering het parlement alleen hoeft te informeren. Zulke verschillen maken samenwerking lastig. Betere afstemming is nodig. Bovendien moet het Europees Parlement jaarlijks de Hoge Vertegenwoordiger ter verantwoording te roepen over de voortgang van afspraken die over Europese defensiesamenwerking zijn gemaakt.
Draagvlak
Een van de belangrijkste conclusies van het seminar is dat parlementen niet alleen hun regering moeten controleren. Ze moeten ook hun kiezers informeren over Europese defensiesamenwerking om het draagvlak hiervoor te vergroten.