De Europese Dienst voor extern optreden heeft potentieel maar verwezenlijkt dat niet ten volle, aldus EU‑controleurs
Noot voor de redactie
De speciale verslagen van de Europese Rekenkamer i (ERK) worden gepubliceerd gedurende het hele jaar en geven de resultaten weer van geselecteerde controles van specifieke EU-begrotingsterreinen of beheersthema’s.
In dit speciaal verslag (nr. 11/2014) getiteld "De totstandbrenging van de Europese Dienst voor extern optreden i" werd beoordeeld of de oprichting van de EDEO goed was voorbereid, of de middelen van de EDEO op een doelmatige wijze werden geprioriteerd, georganiseerd en toegewezen, en of de EDEO heeft gezorgd voor een doeltreffende coördinatie met de Commissie en de lidstaten.
Dit verslag is het resultaat van een onafhankelijke beoordeling van de oprichting van de EDEO. De controle door de ERK vond plaats op hetzelfde moment als de voorbereiding van de tussentijdse evaluatie van de EDEO. De bevindingen en aanbevelingen van de controleurs stemmen in het algemeen overeen met de zelfbeoordeling van de EDEO; dat onderstreept de noodzaak om de vastgestelde tekortkomingen te verhelpen.
De EU-controleurs constateerden dat de totstandbrenging van de EDEO overhaast was verlopen en onvoldoende was voorbereid. De oprichting vond plaats tijdens een periode van financiële beperkingen en van toenemende onrust in het zuidelijk Middellandse Zeegebied. Tegelijkertijd waren er te veel beperkingen en vaag omschreven taken. Deze factoren droegen bij tot een moeilijke aanvangssituatie.
Tekortkomingen bij de prioritering, de organisatie en de toewijzing van middelen verminderen de doelmatigheid van de EDEO. De speciale vertegenwoordigers van de EU zijn niet voldoende geïntegreerd in de werkzaamheden van de EDEO. Wat de aanwerving betreft, stelden de controleurs vast dat het grote gebrek aan gender- en geografisch evenwicht nog niet volledig is weggewerkt en dat de wervingsprocedures duur en tijdrovend zijn.
Tot slot concludeerde de ERK dat de coördinatie met de Commissie en de lidstaten was verbeterd, maar nog niet volstaat om het potentieel van de EDEO ten volle te verwezenlijken. De coördinatie met de Commissie werd negatief beïnvloed door het feit dat de EDEO een zelfstandig orgaan is, door het ontbreken van effectieve samenwerking op hoog niveau en een rigide financieel en administratief kader in de delegaties, wat middelen onttrekt aan de beleidstaken. Bij de coördinatie met de lidstaten worden synergieën niet ten volle benut, zoals het delen van informatie of colocatie, en de coördinatie heeft geen betrekking op consulaire diensten (met inbegrip van de consulaire bescherming van EU-burgers in het buitenland). Het feit dat de EDEO optreedt als vaste voorzitter van enkele voorbereidende instanties van de Raad heeft de coördinatie bevorderd, maar de potentiële voordelen zijn niet volledig verwezenlijkt.
Het verslag bevat een aantal aanbevelingen ter verhoging van de toegevoegde waarde en de doelmatigheid van de EDEO, zoals de verduidelijking van zijn taken en doelstellingen, de stroomlijning van zijn organisatorische opzet, de vereenvoudiging van zijn administratief kader, de versterking van zijn strategische rol en de ontwikkeling van zijn planning. In het verslag wordt tevens een herziening aanbevolen van de aanstellingsprocedure en het functioneren van de speciale vertegenwoordigers van de EU alsmede van de aanwervingsprocedures van de EDEO. De EDEO dient samen te werken met de Commissie om de gevolgen te beperken van de rigiditeit van haar Financiële regels en haar ambtenarenstatuut voor de doelmatigheid van de EU-delegaties. Tot slot dient de EDEO zijn inspanningen voort te zetten om het delen van informatie te bevorderen en samen met de lidstaten kantoorruimte te betrekken ("colocatie"); ook dient hij de wenselijkheid te onderzoeken van het verlenen van bepaalde consulaire diensten, waaronder de bescherming van EU‑burgers.
Een kort video-interview met het voor het verslag verantwoordelijke lid van de ERK is beschikbaar op: https://www.youtube.com/user/EUAuditorsECA