Raad bespreekt voorstel voor programma 'Erasmus voor iedereen'

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op vrijdag 15 februari 2013.

-FACTSHEET-

Het nieuwe programma ERASMUS VOOR IEDEREEN" een blik vooruit

15 FEBRUARI 2013

Het voorstel voor een verordening tot vaststelling van het programma "Erasmus voor iedereen" voor de periode 2014-2020 is in november 2011 door de Commissie ingediend ( + ADD 1-6).

Het voorstel behelst de bundeling in één programma van diverse activiteiten die voorheen in diverse afzonderlijke programma's ondergebracht waren (onder meer Een leven lang leren, Erasmus Mundus en Jeugd in actie) onder toevoeging van activiteiten op het gebied van sport, een nieuw bevoegdheidsterrein van de Unie

Voor het programma is een begrotingstoewijzing van 19 miljard EUR voorgesteld, met als voornaamste operationele prioriteiten de stroomlijning van procedures, de toewijzing van middelen op basis van prestaties, en het leggen van nauwere verbanden tussen de sectoren formeel onderwijs en informeel en niet-formeel leren, waarbij drie soorten kernacties centraal blijven staan:

  • • 
    individuele leermobiliteit
  • • 
    samenwerking met het oog op innovatie en goede praktijken en
  • • 
    ondersteuning van beleidshervormingen

Het programma bevat voorts een aantal innoverende voorstellen, zoals de Erasmus-garantieregeling voor studieleningen aan masterstudenten (die mobiliteit moet bevorderen en toegang tot betaalbare financiering moet bieden aan studenten die in een andere lidstaat een masteropleiding willen volgen), kennisallianties en allianties voor bedrijfstakspecifieke vaardigheden

Het programma zal tot slot ook de inspanningen van de EU ondersteunen om één van de moeilijkste economische tijden uit haar geschiedenis te boven te komen, met name doordat het sterk aanleunt bij de Europa 2020-strategie voor groei en banen, waarin onderwijs en opleiding een essentiële rol spelen

Tijdens de zitting van de Raad Onderwijs, Jeugdzaken, Cultuur en Sport van 10 en 11 mei 2012 (zie persmededeling /12) zijn de ministers van Onderwijs van de EU unaniem een partiële algemene oriëntatie over het voorstel overeengekomen (), wat betekent dat zij een voorlopig akkoord over de gehele tekst hebben bereikt, behalve over bepalingen met budgettaire gevolgen, in afwachting van het resultaat van de onderhandelingen over het volgende meerjarig financieel kader; die bepalingen hebben onder meer betrekking op de totale begroting voor het programma, de verdeling over de diverse sectoren en de garantieregeling voor studieleningen aan masterstudenten

De Raad heeft de algemene structuur van het Commissievoorstel behouden, met de klemtoon op vereenvoudiging en op verschillende soorten activiteiten in plaats van een louter sectorale aanpak, maar heeft wel een aantal tekstwijzigingen aangebracht, waarvan er vele door het Europees Parlement zijn overgenomen, met name op de volgende punten:

  • • 
    er is een afzonderlijk hoofdstuk over jeugd ingevoegd, met een afzonderlijke begrotingstoewijzing, en tegelijk is voorzien in een ruimere toegang voor niet-georganiseerde

j ongerenactiviteiten;

  • • 
    de lidstaten wordt meer flexibiliteit geboden wat de uitvoering betreft; zo is het bijvoorbeeld mogelijk om meer dan één nationaal agentschap in te stellen en kunnen meer activiteiten op nationaal niveau worden beheerd;
  • • 
    er worden minimumniveaus bepaald voor de uitgaven voor elke onderwijssector (scholen, hoger onderwijs, beroepsonderwijs en beroepsopleiding en volwasseneneducatie);
  • • 
    de toegang tot het programma wordt verruimd, om te waarborgen dat personen die speciale behoeften hebben of kansarm zijn, kunnen deelnemen

Op 27 november 2012 heeft de ten principale bevoegde commissie van het Europees Parlement (CULT) 273 amendementen op het voorstel goedgekeurd. Vier andere commissies (BUDG, DEVE, EMPL en ITRE) hebben eveneens advies uitgebracht. De belangrijkste verschillen met het standpunt van de Raad kunnen als volgt worden samengevat:

  • • 
    nieuwe naam voor het programma: het programma Yes Europe;
  • • 
    behoud van de huidige "merknamen" van de subprogramma's (Comenius, Erasmus, Leonardo da Vinei, Grundtvig, enz.);
  • • 
    gedetailleerde doelstellingen voor de hoofdstukken onderwijs, opleiding en jongeren;
  • • 
    opneming van de indicatoren in (een bijlage bij) de basishandeling;
  • • 
    groter gebruik van gedelegeerde handelingen

Een eerste informele vergadering tussen de Raad (vertegenwoordigd door het Ierse voorzitterschap), de Commissie en het Europees Parlement (de trialoog) met het oog op het voorbereiden van een akkoord over het voorstel, is gepland voor 19 februari 2013. Het voorzitterschap hoopt om nog voor de zomer een akkoord te bereiken, zodat de Commissie belangrijke voorbereidende werkzaamheden zou kunnen afronden voordat het programma volgens de plannen op 1 januari 2014 een aanvang neemt

Tijdens de bijeenkomst op 7 en 8 februari 2013 heeft de Europese Raad overeenstemming bereikt over een substantiële verhoging van de financiële middelen voor op de toekomst gerichte uitgaven, bijvoorbeeld uitgaven voor onderzoek, innovatie en onderwijs, met het oog op het stimuleren van de groei en het creëren van banen. Zo kent subrubriek la ("Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid") een toename van meer dan 37% in vergelijking met het meerjarig financieel kader 2007-2013. Bovendien zegde de Europese Raad toe dat de financiering voor het EU-onderzoeksprogramma "Horizon 2020" en het programma"Erasmus voor iedereen" een reële groei zal kennen

Achtergrondinformatie

Het Erasmus-programma, dat in 2012 zijn vijfentwintigste verjaardag heeft gevierd, wordt beschouwd als het meest succesvolle programma ter wereld voor de uitwisseling van studenten. Het biedt ook mogelijkheden voor stageplaatsen voor studenten in ondernemingen, het geven van onderwij s door en de opleiding van universiteitsmedewerkers, en het financiert samenwerkings-projecten tussen instellingen voor hoger onderwijs in heel Europa. Elk jaar maken meer dan 230 000 studenten gebruik van het Erasmus-progamma om in het buitenland te studeren, en momenteel ontvangen circa 4% van alle studenten in de deelnemende landen in Europa tijdens hun studies een beurs om naar het buitenland te gaan

Bijna 3 miljoen studenten hebben deelgenomen aan het programma sinds de start ervan in 1987, en sinds 1997 hebben meer dan 300 000 docenten en andere medewerkers uit het hoger onderwijs deelgenomen (dit type uitwisseling is in 2007 verder uitgebreid). De jaarlijkse begroting beloopt 450 miljoen EUR; meer dan 4000 instellingen voor hoger onderwijs in 33 landen nemen nu al deel, en nog meer instellingen willen deelnemen

Zie ook:

• http: ec. europa, ew ediicalion/lifelong-learning-programme index en. htm

  • • 
    Brochure Erasmus (Engels): http://ec.europa.eu/education/erasmus/doc/brochure en.pdf

• Conclusies van de Europese Raad van 7 en 8 februari 2013 (EUCO 37/13).