De Nederlandse burgemeester en de Europese buren
De gekozen burgemeester is terug! En 'Europa' is weer een argument om deze hervorming te bepleiten. Volgens D66-Kamerlid Gerard Schouw i zou Nederland inmiddels het enige land in Europa zijn waar de gekozen burgemeester nog níet is ingevoerd. Hoog tijd dus om Nederland in de vaart der democratische volkeren op te stuwen, zo meent Schouw. En velen menen het met hem.
Maar is het waar dat Nederland in Europa democratisch zo uit de pas loopt? En als dit zo is, zelfs als dit maar enigermate zo is, moet dit dan als doorslaggevend argument worden gezien om de gekozen burgemeester ook in Nederland in te voeren? Hoe belangrijk is 'keeping up with the Joneses' in Europa? Zijn er misschien andere goede redenen om het pad in de richting van de gekozen burgemeester te bewandelen? Wat zou er eigenlijk op tegen zijn?
Zulke vragen moeten worden gesteld bij alle pogingen tot democratische vernieuwing, en als nieuwbakken 'fellow' van het Montesquieu Instituut ben ik vast van plan om de beantwoording van zulke vragen te zoeken in Europees en vergelijkend perspectief.
Dat Nederland in de wijde omtrek het enige land zou zijn zonder gekozen burgemeester is een hardnekkige 'urban legend'. Om de lachers op de hand te krijgen wordt vaak nog iets toegevoegd in de trant van 'op Georgië na...' In het 'Oxford Handbook of Local and Regional Democracy in Europe' hebben we het laten uitzoeken door auteurs uit alle 27 landen van de EU, plus Zwitserland en Noorwegen, en echt, er zijn meer landen zonder gekozen burgemeester.
In dezelfde categorie als Nederland - een benoemde burgemeester, formeel niet door de gemeenteraad gekozen, niet door de bevolking gekozen - bevinden zich ook democratisch fatsoenlijke landen als Zweden, Finland, België en Luxemburg. In het Verenigd Koninkrijk kan de bevolking sinds 2000 per referendum een gekozen burgemeester afdwingen, maar slechts 12 gemeenten hebben dat tot op heden gedaan. Dat Londen een rechtstreeks door de bevolking gekozen burgemeester heeft is natuurlijk wel indrukwekkend.
De waarheid gebiedt te zeggen dat de categorie waarin Nederland zit met zijn benoemde burgemeester wel de kleinste is van de drie die we hebben onderscheiden. De groep landen met een door de raad gekozen burgemeester is groter. Formeel hoort Nederland daar niet bij, maar feitelijk komen we daar wel heel dicht bij in de buurt, met onze door de raad voorgeselecteerde burgemeester. Veel landen doen ongeveer hetzelfde, maar dan zonder formeel sluitzegel van de kroon.
D66 zou ons het liefst zien aansluiten bij de derde groep landen, met een rechtstreeks door de bevolking gekozen burgemeester. Dat zou pas echt een verandering inhouden. In deze groep bevinden zich nieuwe democratieën - Slovenië, Slowakije, Polen, Hongarije, Roemenië, Bulgarije -, gemankeerde democratieën als Cyprus en Griekenland, maar ook relatief vitale democratieën als Zwitserland, Duitsland, Oostenrijk en Italië.
Bij veel van de genoemde landen kun je je afvragen of je daar per sé bij moet horen, maar bij Zwitserland en Duitsland ligt dat toch wat anders. Beide zijn redelijk innovatief en bovendien in sterke mate consensus-democratisch, net als Nederland. Het argument dat een gekozen burgemeester in een consensusdemocratie niet past wordt door deze landen gelogenstraft.
Vooral Duitsland is daarbij interessant, zo blijkt uit Tilburgs promotieonderzoek van Casper Geurtz. De zuidduitse deelstaten, die al langer een gekozen burgemeester hadden, hebben daar navolging gekregen van de noorderlijker deelstaten, die net zomin als hun zuiderlijker buren voor onoverkomelijke politieke problemen zijn komen te staan. Zelfs de gevreesde problematiek van de 'cohabitation' - een lokale coalitie met een andere kleurstelling dan die van de gekozen burgemeester - blijkt reuze mee te vallen.
We hoeven de gekozen burgemeester niet enorm te vrezen, zo suggereert de ervaring in relatief sterk op Nederland gelijkende duitse deelstaten als Noordrijn-Westfalen. Degenen die rampspoed voorspellen overdrijven schromelijk. Tegelijkertijd zien we dat de veronderstelde voordelen nu ook weer niet voor het oprapen liggen. Na een eerste en incidentele opleving zakt de verkiezingsopkomst doorgaans weer terug naar normaal.
Dat het vertrouwen in de (lokale) politiek door de gekozen burgemeester is toegenomen, is vooralsnog niet hard te maken met beschikbaar onderzoek. Voorstanders van de gekozen burgemeester zullen zeggen dat we gewoon nog niet alles weten. Maar wat we wel weten is dat de Nederlandse burgemeester juist één van de meest gerespecteerde publieke gezagsdragers is. Zou verkiezing daar iets aan toe- of afdoen?
Ach, die gekozen burgemeester! Er is niet zo veel op tegen. Maar er is ook niet zo veel dat er voor pleit. Zijn de beperkte baten de niet geringe kosten dan wel waard? Ik zou zeggen: alleen als de gekozen burgemeester niet als einddoel van lokale democratische vernieuwing wordt gezien - dat zou nogal eens kunnen tegenvallen -, maar als vehikel voor een veel breder proces van vernieuwing, waarbij de burgemeester slechts één van institutie is die meer leven in de lokale brouwerij moet brengen.