Links zijn, links blijven

Met dank overgenomen van J.L. (Hans) Spekman i, gepubliceerd op vrijdag 3 februari 2012.

In de tijd van grote economische groei, zoals in de jaren negentig en het begin van deze eeuw, leek het allemaal zo makkelijk. Arbeidsmarkt flexibiliseren! Sociale woningbouw, directeuren met een topsalaris! De zorg over laten aan de markt en de wachtlijsten zullen verdwijnen als sneeuw voor de zon! Er werd gezocht naar een derde weg voor de socialisten in heel Europa, maar ik geloof dat die weg nog steeds niet gevonden is.

Inmiddels zijn we in een guur economisch klimaat beland en merken we waar we terecht zijn gekomen. Jongeren die net van school komen, met of zonder diploma merken het. Geen leasebak met een mooi contract, maar je best doen voor een stageplek. De directeuren van de woningbouwcooperaties verdwijnen met de staart tussen de benen naar de uitgang van hun peperdure kantoor. En de zorg… met moeite krijg je voor je kinderen de tandarts nog vergoed. Lang geleden zong Bob Dylan het al: 'The times they are a-changing.'

Onder heel deze discussie ligt een hele fundamentele keuze over waar je heen wil met je maatschappij. Onder economen gaat het om de discussie tussen het Rijnlandse model of het Angelsaskische model. In het Rijnlandse model kies je voor de mensen, goed werk verdient een goede beloning en de zekerheid van een goed arbeidscontract. In het Angelsaskische model kies je voor het heilige geloof van de markt. Arbeid moet je beschouwen als een product op de markt. Iedereen kan zichzelf redden en te veel bescherming zorgt maar voor starheid en belemmert de economische groei.

Ik weet het weer heel zeker, nu de economische wind tegen zit. Ik kies voor het Rijnlandse model. Wij sociaaldemocraten hebben er juist voor gezorgd dat mensen die hard werken voor hun geld beter beschermd worden. In het Angelsaskische model worden juist de aandeelhouders beschermd.