Britten vinden het juist goed dat de Nederlandse ambassadeur terug is in Iran
De Britten vinden het juist goed dat de Nederlandse ambassadeur terug is in Iran. 'Sterker nog, we hebben ook met de Britten afgesproken, dat wij een aantal activiteiten voor hen waarnemen zolang als zij niet terug zijn in Teheran.' Dat zegt minister Rosenthal in een interview met het Radio 1 journaal op 4 januari, in een reactie op kamervragen over de terugkeer van de ambassadeur. Deze was op 1 december teruggeroepen naar Nederland, uit protest tegen het vernielen van de Britse ambassade in Teheran.
Een transcript van het interview in het NOS Radio 1 journaal op woensdag 4 januari 2012 om 18.07 uur.
Reporter:
De Nederlandse ambassadeur is sinds gisteren weer terug in Iran. Hij was op 1 december teruggeroepen naar Nederland. Dat was uit protest tegen het vernielen van de Britse ambassade in Teheran. De PVV is tegen het terugsturen van de ambassadeur en heeft vragen gesteld aan het kabinet. Minister Rosenthal van Buitenlandse Zaken is aan de lijn, goedenavond. Wat heeft u ertoe gebracht om de ambassadeur weer terug te sturen?
Minister Rosenthal:
Het feit dat we nu een goede maand verder zijn. Dat wij in goed overleg met de Fransen en de Duitsers en ook de Italianen, die dat ook hebben gedaan ruim een maand geleden, de stand van zaken hebben opgenomen en dat heeft ertoe geleid dat we hebben gezegd, het is nu tijd om de ambassadeur terug te sturen om daarmee ook het werk wat nodig is daar, juist ook in deze tijd, te kunnen doen.
Reporter:
Wat heeft het uitgehaald die maand afwezigheid?
Minister Rosenthal:
Het feit dat wij onze ambassadeur hebben teruggeroepen was simpelweg een rechtstreekse blijk van solidariteit in de richting van de Britten wier ambassade dus op een zeer onaangename, slechte manier is bestormd.
Reporter:
En de PVV noemt het nu een klap in het gezicht van Groot-Brittannië. Dat land heeft de aanval gehad en nu gaan de ambassadeurs alweer terug. De PVV zegt dat is een klap in het gezicht voor de Britten.
Minister Rosenthal:
Dat zegt de PVV, dat zeggen de Britten zelf niet. Die vinden het heel goed dat wij onze ambassadeur terugsturen. Sterker nog, we hebben ook met de Britten afgesproken, dat wij een aantal activiteiten voor hen waarnemen zolang als zij niet terug zijn in Teheran.
Reporter:
En het komt, het besluit om ze terug te sturen, precies op het moment dat de spanningen nogal oplopen tussen Iran en Amerika. Wat voor signaal wordt hiermee aan Iran gegeven vindt u?
Minister Rosenthal:
Ik denk dat hiermee geen signaal aan de Iraniërs wordt gegeven, dat wij datgene wat de Iraniërs nu doen met betrekking tot die Straat van Hormuz, waar de spanningen zijn opgelopen, dat we daar enigerlei soort van goedkeuring aan zouden geven. Integendeel, wij zijn daar zeer bezorgd over en zoals gebruikelijk, wanneer je dan in Teheran zelf bent, kun je die mededelingen ook met meer kracht naar voren brengen dan wanneer je daar niet vertegenwoordigd bent. Dat is natuurlijk altijd het afwegen van de zaak. Het gebeurt nogal eens dat de PVV tegen mij zegt, inderdaad ten aanzien van Iran of ook wel eens ten aanzien van andere landen waar ernstige dingen gebeuren, verbreek de diplomatieke betrekkingen of roep de ambassadeur terug en dan is mijn reactie meestal geweest, en dat is ie nu ook, nee wij moeten juist daar die contacten leggen, we moeten die kanalen open houden om te proberen die Iraniërs van onzalige plannen en wat dies meer zij af te helpen.
Reporter:
Want ziet u het escaleren tussen Iran en Amerika met dat Amerikaanse vliegdekschip?
Minister Rosenthal:
Ik hoop en vertrouw erop dat dat niet gebeurt en dat de Iraniërs wijs genoeg zullen zijn om de nogal onbekookte uitspraken van hun officieren in de richting van de Amerikanen niet al te ver dan door te voeren. En waar het om gaat is dat wij ook ons niet moeten laten afbrengen van ons à propos, want dat à propos zit hem in het feit dat we te maken hebben met Iran dat volgens het rapport van het agentschap voor atoomenergie toch bezig is met snode plannen in de richting van nucleaire bewapening. Dat willen wij weg hebben. Wij willen de Iraniërs dus zwaar onder druk zetten en op dat punt speelt dus op dit moment ook, en dat heeft natuurlijk er wel mee te maken, dat wij volop bezig zijn met het bekijken, in Europees verband ook, of wij de sancties tegen Iran kunnen verscherpen.
Reporter:
Ja daartoe kwam gisteren een oproep van uw collega Juppé uit Frankrijk, steunt u hem daarin?
Minister Rosenthal:
Wij hebben in de Raad van Ministers van Buitenlandse Zaken begin december waar ook Alain Juppé aanwezig was, hebben we het hier druk over gehad. Toen bleek dat bepaalde sancties die wij op het oog hadden, bijvoorbeeld een olie-importverbod, dat dat stuitte op ernstige bezwaren van sommige lidstaten.
Reporter:
Ja de Italianen hè, geloof ik.
Minister Rosenthal:
Nee, vooral de Grieken, omdat die afhankelijk zijn van goedkope olie vanuit Iran.
Reporter:
Ja en wordt die schuldencrisis dan nog gebruikt om de Grieken onder druk te zetten? Jullie krijgen alleen de volgende buidel met geld als jullie ons willen steunen in strengere sancties, gaat dat zo?
Minister Rosenthal:
Nee zo gaat dat niet. Eerder is het het geval, dat er natuurlijk begrip is voor het feit dat Griekenland in de problemen kan komen wanneer ze ook nog eens door een olie-importverbod, voor wat betreft Iraanse olie, nog eens extra dure olie zouden moeten betrekken uit andere landen...
Reporter:
En dan komt die schade uiteindelijk ook weer bij Nederland en Europa terecht toch…
Minister Rosenthal:
…ja maar kijk het is zo dat de Iraanse olie, dat moeten we ook verdisconteren, die gaat naar sommige landen en weer niet naar andere landen en die landen die op dit ogenblik nogal afhankelijk daarvan zijn, die zouden natuurlijk door een olie-importverbod in Iran, sterker worden getroffen dan andere landen. Nou daar moeten we dan naar kijken, daar is men ook mee bezig om te kijken hoe we op dat punt dan toch tot een arrangement zouden kunnen komen dat de bezwaren van de Grieken zou kunnen ondervangen.
Reporter:
Minister Rosenthal, hartelijk dank voor uw toelichting.