Medewerkers Montesquieu Instituut relativeren betekenis PvdA-voorstel over koningschap
DEN HAAG (PDC i) - De vorige week door een PvdA-commissie gepresenteerde plannen voor modernisering van het koningschap bevatten nauwelijks nieuws en slaan op één punt de plank mis. Dat betogen Jan Schinkelshoek i en Bert van den Braak i in 'De Hofvijver', de digitale nieuwsbrief van het Montesquieu Instituut i.
Beide auteurs vinden het wel positief dat de PvdA vasthoudt aan het in de regering laten van de Koning. Daarmee blijft de kern van de constitutionele monarchie overeind en wordt voorkomen dat de monarchie onderdeel wordt van politieke strijd.
Het voorstel om de Kamer zelf de formatie ter hand te laten nemen, is echter niet nieuw en sluit aan bij een voorstel van D66 uit mei 2010. Schinkelshoek wijst er op dat de Tweede Kamer nu al het initiatief kan nemen bij de formatie, maar dat dit - ook in 2010 niet - na 1971 nooit meer is gebeurd.
Van den Braak is verbaasd over het voorstel om de Koning niet langer voorzitter te laten zijn van de Raad van State. Dat voorzitterschap is louter ceremonieel en de Koning neemt geen deel aan de werkzaamheden van de Raad. Sinds een wetswijziging in 2010 kan dat zelfs niet meer, omdat de Koning geen deel uitmaakt (en ook geen voorzitter is) van de afdelingen advisering en bestuursrechtspraak van de Raad van State.