Grote zorgen om situatie Libië

Met dank overgenomen van F.C.G.M. (Frans) Timmermans i, gepubliceerd op woensdag 16 maart 2011.

De situatie in Libië vervult ons met grote zorg. Er woedt een burgeroorlog, waarbij in toenemende mate Kolonel Khadaffi de overhand lijkt te krijgen. Het is de internationale gemeenschap niet gelukt maatregelen te treffen die het bloedvergieten konden stoppen of die een einde konden maken aan het schrikbewind van Khadaffi. Zelfs binnen de EU is overeenstemming niet mogelijk gebleken. Dat is niet alleen een bron van schaamte voor alle Europeanen, maar het legt ook een hypotheek op onze toekomstige relatie met de Arabische wereld. Alle diplomatieke inspanningen moeten gericht zijn op het vinden van draagvlak, ook in de Arabische wereld, voor een harder optreden tegen Khadaffi.

De PvdA had graag gezien dat er een no fly zone was ingesteld toen het nog echt zin had. Ook zijn wij van oordeel dat de sancties tegen het regime te lang op zich hebben laten wachten en vervolgens ook nog eens tekort schoten.

Nu wordt er nog steeds gesproken in de vele hoofdsteden en in de internationale organisaties. Inmiddels zijn die gesprekken een bewijs van het onvermogen of soms zelfs de onwil van de buitenwereld om echte invloed uit te oefenen ten einde de moedige strijd van de Libiers tegen hun dictator te ondersteunen.

De vraag is nu: wat kan er wel worden gedaan? In de eerste plaats steun verlenen aan alle initiatieven, van Frankrijk en het VK, de Arabische liga of de VS die erop gericht zijn het moorden door Khadaffi te laten stoppen. Niet alleen door verregaande sancties maar ook, indien er voldoende steun is, militaire acties. Helaas blijkt steeds weer dat voor dat laatste de noodzakelijke steun ontbreekt en helaas is het ook zo dat een solo actie van een paar Europese landen en de VS misschien op zeer korte termijn enig succes zou kunnen hebben, maar waarschijnlijk zowel nationaal en internationaal de positie van Khadaffi juist zou versterken. Hij kan dan de martelaar van een Westerse agressor spelen, hetgeen zou inspelen op vele sentimenten in de Arabische wereld.

Daarom moeten nu alle diplomatieke inspanningen gericht zijn op het vinden van draagvlak, ook in de Arabische wereld, voor een harder optreden tegen Khadaffi.

Ondertussen moeten de EU en Nederland ook bereid zijn meer humanitaire hulp te verlenen aan de mensen in Benghazi en elders, die wanhopig proberen hun vrijheid te winnen en zich een bloedige dictator van het lijf te houden.