Steven Vanackere maakt een balans op van het Belgische voorzitterschap

Met dank overgenomen van Belgisch voorzitterschap Europese Unie 2e helft 2010 i, gepubliceerd op maandag 20 december 2010.

Een balans van het Belgische Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie

(1 juli 31 december 2010) "Samen voor een Europa in actie"

Steven Vanackere Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken

Op 31 december 2010 neemt België afscheid als Voorzitter van de Raad van de Europese Unie en geeft het de fakkel door aan Hongarije. Het was de 12

de keer dat België het Raadsvoorzitterschap waarnam. Aangezien de Unie voor talrijke cruciale uitdagingen stond, koos België voor een pragmatische en doelgerichte aanpak: het programma van het Voorzitterschap streefde er naar zoveel mogelijk concrete resultaten te boeken op de diverse prioritaire actieterreinen in functie van de wetgevende agenda van de Raad en het Europees Parlement. Een bijzondere zorg was ook de goede samenwerking tussen de Europese instellingen, want enkel met een goed functionerende machine kan de Unie daadwerkelijk beslissingen nemen.

Implementatie van het Verdrag van Lissabon

Het was voor het Belgische Voorzitterschap van groot belang ervoor te zorgen dat de innovaties van het Verdrag van Lissabon, dat één jaar geleden in werking trad, volledig uitgevoerd, gerespecteerd en ten volle benut zouden worden. Het Voorzitterschap functioneerde daarom volledig binnen het kader van het Verdrag en de wijzigingen die het heeft aangebracht aan de uitoefening van het roterende voorzitterschap, in het bijzonder op het niveau van de Europese Raad, die een volwaardige instelling geworden is met een permanente voorzitter, alsook op het niveau van de Raad Buitenlandse Zaken die nu wordt voorgezeten door de Hoge Vertegenwoordigster.

Een ander belangrijk dossier was de goedkeuring van de begroting van de Unie voor 2011 volgens de nieuwe begrotingsregels van het Verdrag. Na een mislukte conciliatie tussen Raad en Parlement in november, slaagde het Belgisch Voorzitterschap er uiteindelijk toch in een akkoord te onderhandelen dat in december leidde tot de goedkeuring van de begroting 2011 door beide wetgevende instanties, waardoor niet enkel een situatie van voorlopige twaalfden maar ook een verlammende institutionele confrontatie kon worden vermeden.

Het Belgisch Voorzitterschap slaagde er tevens in om nog voor het einde van het jaar een akkoord te bereiken met het Parlement over de uitwerking van het Europees Burgerinitiatief, een voor burgers zeer zichtbare vernieuwing van het Verdrag van Lissabon. Burgers zullen voortaan, mits het verzamelen van voldoende handtekeningen en volgens bepaalde regels, de Commissie kunnen vragen wetgevingsvoorstellen te overwegen.

Strijd tegen de economische crisis werken aan duurzame economische groei

In het licht van de toenemende druk op de eurozone was de versterking van het economisch bestuur van de Unie de voornaamste prioriteit. Onder Belgisch Voorzitterschap zette de Raad een

eerste verreikende stap in de richting van een betere economische beleidscoördinatie met de invoering van een "Europees semester", een reorganisatie van de kalender inzake economische beleidscoördinatie waarbij de lidstaten vanaf 2011 hun jaarlijkse begrotingsplannen samen met hun structurele hervormingsplannen zullen indienen voor een gezamenlijke Europese controle tijdens het eerste semester.

In de nasleep van de wereldwijde bankencrisis was ook de versterking van het toezicht op en de regulering van de financiële sector een prioriteit. Onder Belgisch Voorzitterschap raakten Raad en Europees Parlement het eens over de oprichting van Europese agentschappen voor toezicht op de banken, de verzekeringsmaatschappijen en de financiële markten. Ze beslisten ook tot de oprichting van een Europees Comité voor Systeemrisico's dat tijdig moet waarschuwen tegen crisissen van het financieel systeem.

De toezichthouders en het Comité zullen vanaf 2011 operationeel zijn. Daarnaast werden ook enkele belangrijke wetgevende doorbraken geforceerd met de goedkeuring door Raad en Parlement van de richtlijn over de alternatieve investeringsfondsbeheerders (waaronder de "hedge funds") en de herziening van de verordening over de kredietbeoordelingsagentschappen.

De Unie weerbaarder maken voor de toekomst betekent ook het doorvoeren van structuurhervormingen op lange termijn. Het Voorzitterschap gaf prioritaire aandacht aan het implementeren van de strategie voor groei en jobs "Europa 2020" die door de Europese Raad van juni 2010 was gelanceerd. In eerste instantie nam de Raad geïntegreerde richtsnoeren aan voor het economisch en werkgelegenheidsbeleid. Deze richtsnoeren vormen het kader voor de uitvoering van de Europa 2020 Strategie door de lidstaten in deze domeinen.

Daarnaast zorgde het Voorzitterschap voor een eerste bespreking door de Raad van de door de Commissie gelanceerde zgn. vlaggenschipinitiatieven rond digitalisering, jeugdmobiliteit, innovatie, industrieel beleid, nieuwe vaardigheden en banen en armoedebestrijding, evenals initiatieven rond de versterking van de interne markt en de nieuwe handelsstrategie. De weg ligt nu open voor wetgevingsvoorstellen in al deze domeinen.

Het Voorzitterschap werkte ook aan een aantal concrete dossiers ten gunste van bedrijven, werkgelegenheid en consumenten. Zo is er na een blokkage van meer dan 10 jaar nu eindelijk een nieuw momentum dat een duidelijke vooruitzicht biedt op een betaalbare taalregeling van het EU- octrooi, een sleuteldossier voor de op innovatie gerichte sectoren en dus voor de concurrentiepositie van de EU in de wereld.

Een andere doorbraak betreft de richtlijn over laattijdige betalingen waarover een akkoord tussen Raad en Parlement kon worden bereikt. Deze richtlijn bepaalt o.a. de termijnen waarbinnen overheden facturen moeten betalen en de hoogte van verwijlinteresten.

Naar een coherenter Europees extern beleid - Europese uitbreiding en gemeenschappelijke handelspolitiek

Een tweede kernopdracht van het Belgische Voorzitterschap was om bij te dragen aan een coherenter extern Europees beleid door de volledige toepassing van het Verdrag van Lissabon ook waar te maken op het vlak van het buitenlands beleid.

In dit verband was de transitie naar en de oprichting van de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) een absolute prioriteit. Voortbouwend op de inspanningen van het Spaanse Voorzitterschap kon al vroeg tijdens het Belgisch Voorzitterschap het basisbesluit over de oprichting en de werking van deze Europese diplomatieke dienst goedgekeurd worden. Over de resterende instrumenten (inzake personeel, begroting en het financieel reglement) die noodzakelijk waren voor het functioneren van de Dienst, werd in oktober een akkoord bereikt met

het Europees Parlement, zodat de Dienst op 1 december formeel van start kon gaan. België ondersteunde verder op haar vraag en in haar naam de Hoge Vertegenwoordigster tijdens deze transitieperiode.

In december keurde de Raad conclusies goed rond de Commissiemededeling waarmee een verdere verbetering van het Europese optreden op het vlak van `disaster response' (in de EU én in derde landen) wordt beoogd en dit zowel op het vlak van doeltreffendheid en efficiëntie als coherentie en visibiliteit. Deze mededeling zal verder vertaald worden in een aantal wetgevende initiatieven.

Met betrekking tot de uitbreidingsdossiers wenste het Belgisch Voorzitterschap een "honest broker" te zijn. Enkele belangrijke resultaten werden bereikt. Met IJsland werden op 27 juli de toetredingsonderhandelingen officieel geopend. Met Kroatië werden vijf onderhandelingshoofdstukken voorlopig gesloten; op een volgende toetredingsconferentie op 22 december kan de voorlopige sluiting van verdere hoofdstukken verwacht worden. De toetredingsaanvraag van Servië werd voor advies overgemaakt aan de Commissie. Met Turkije werd goede vooruitgang bereikt in de voorbereiding van het openstellen voor onderhandelingen van het hoofdstuk `Mededinging'. In december nam de Raad conclusies aan over de stand van de voorbereidingen in alle kandidaat-lidstaten en in de landen die een perspectief op toetreding hebben. Eén van de resultaten was dat de Europese Raad op 17 december besloot aan Montenegro de status van kandidaat-lidstaat toe te kennen.

Het Belgische Voorzitterschap was inventief bij het zoeken naar mogelijkheden om de `externe vertegenwoordiging van de Unie' te verbeteren. In Cancún, maar ook in een aantal multilaterale organisaties, zorgden we ervoor dat de EU niet enkel met één stem sprak, maar ook één geïntegreerd onderhandelingsteam vormde waarbij de Europese Commissie en het Voorzitterschap samen plaats namen achter de EU-vlag en steeds in één ploeg onderhandelden.

Dit lijkt ons een model voor de toekomst.

De Raad Buitenlandse Zaken (in de formatie Handel) bereikte onder Belgisch Voorzitterschap een akkoord over de ondertekening en de voorlopige toepassing van een Vrijhandelsakkoord tussen de EU en Zuid-Korea. De ondertekening vond plaats tijdens de Top tussen de EU en Zuid- Korea op 6 oktober te Brussel, in de marge van de ASEM-Top. Het betreft het meest ambitieuze handelsakkoord dat ooit door de Unie gesloten werd. Daarnaast bereikte het Voorzitterschap ook een akkoord om onderhandelingen te starten over een Vrijhandelsakkoord met Maleisië en met China over de bescherming van geografische indicaties. In opvolging van de Europese Raad van september, die vroeg om dringend maatregelen te nemen om de handel met Pakistan te bevorderen en aldus bij te dragen tot de economische wederopbouw na de verwoestende overstromingen, slaagde het Voorzitterschap er in november ook in een akkoord te bereiken binnen de Raad over de aanvraag van een uitzonderingsregime voor preferentiële handelsmaatregelen voor het zwaar getroffen land. Ook op multilateraal vlak werd vooruitgang geboekt, zoals de afronding van de onderhandelingen over een Handelsakkoord over de strijd tegen namaak (ACTA) of een akkoord tussen de EU en Rusland over de Russische toetreding tot de Wereldhandelsorganisatie.

Klimaat, milieu en energie

Onder impuls van het Voorzitterschap slaagde de Unie erin een eensgezind en coherent Europees standpunt te bepalen voor de biodiversiteitsconferentie COP10 in Nagoya (van 18 tot 29 oktober)

en de klimaatconferentie COP16 in Cancún (van 29 november tot 10 december), twee

belangrijke momenten voor de wereldwijde actie tegen biodiversiteitsverlies en klimaatverandering. Er werd daarbij ook bijzondere aandacht besteed aan de doeltreffendheid van het EU-optreden in multilaterale context. De inspanningen leidden tot een succesvol resultaat in Nagoya en tot tastbare stappen voorwaarts in Cancún.

Daarnaast werd ook gewerkt aan de uitwaaiering van het klimaatthema in andere sectoren waaronder de vergroening van transport en energie. Een belangrijk resultaat was een akkoord onder de lidstaten over de herziening van de Eurovignette-richtlijn, nadat het dossier al twee jaar geblokkeerd was. De richtlijn laat de lidstaten toe om kosten van luchtvervuiling en geluidshinder veroorzaakt door het vrachtwagenverkeer te recupereren via de toltarieven voor vrachtwagens.

Inzake milieu bereikte het Voorzitterschap een akkoord tussen Raad en Parlement over de herziening van de richtlijn over de beperkingen op het gebruik van gevaarlijke substanties in bepaalde elektrische en elektronische toestellen. Inzake de verordening die het gebruik van biociden aan banden legt werd een eerste akkoord binnen de Raad bereikt.

Een socialer Europa

Het Europees jaar van de strijd tegen de armoede en de sociale uitsluiting werd in de kijker geplaatst via tal van debatten en conferenties; uiteindelijk werd ook een Verklaring van de Raad goedgekeurd.

De Raad plaatste tevens duidelijke sociale en werkgelegenheidsaccenten bij het beheer van de Strategie "Europa 2020" en de versterking van het economisch bestuur van de Unie (cf. supra).

Aldus nam de Raad conclusies aan over de governance van de Europese werkgelegenheidsstrategie in de context van de Strategie Europa 2020 en het "Europees semester" en keurde hij twee belangrijke adviezen goed, enerzijds over de "Joint Assessment Frameworks" als analyse- en monitoringsinstrument voor de Werkgelegenheidsrichtsnoeren, en anderzijds over de beoordeling van de Nationale Hervormingsprogramma's inzake werkgelegenheid in het kader van het Europees semester.

Op het vlak van de gezondheidszorg kon het Belgisch Voorzitterschap een akkoord bereiken tussen Raad en Parlement over de richtlijnen inzake bestrijding van namaakgeneesmiddelen en inzake grensoverschrijdende gezondheidszorg.

Justitie, binnenlandse zaken, asiel en migratie

Het Voorzitterschap streefde ernaar om zoveel mogelijk vooruitgang te boeken op een aantal wetgevende voorstellen die deel uitmaken van het asielpakket, conform de doelstelling om tegen 2012 een Gemeenschappelijk Europees Asielstelsel te kunnen verwezenlijken. In dit kader werd de eerste legislatieve doorbraak in een asieldossier sinds jaren bereikt, nl. door een politiek akkoord tussen Raad en Parlement over de richtlijn "langdurige ingezetenen", waardoor vluchtelingen en anderen met het recht op internationale bescherming de status van langdurig ingezetene in de EU kunnen verwerven en ze dus in bepaalde economische en sociale gebieden een gelijke behandeling als EU-burgers kunnen krijgen. Dit akkoord kan nu bekrachtigd worden door een stemming in het Parlement en aanneming door de Raad.

Inzake de strijd tegen de mensenhandel werd vooruitgang geboekt door het akkoord over een voorstel van kaderbesluit dat de Europese wetgeving in overeenstemming brengt met de Raad van Europa.

M.b.t. de externe dimensie van de strijd tegen het terrorisme keurde de Raad de mandaten goed voor de heronderhandeling door de Commissie van akkoorden met de Verenigde Staten, Canada en Australië over het verstrekken van passagiersgegevens. Inspelend op de actualiteit had de Raad ook aandacht voor een geïntegreerde aanpak van beveiliging van luchtvracht en voor betere informatie-uitwisseling tussen lidstaten over het afkondigen van dreigingniveaus.

Op het domein van justitie bereikte het Belgisch Voorzitterschap een akkoord binnen de Raad over het voorstel tot verordening tot totstandbrenging van een nauwere samenwerking tussen lidstaten die dat wensen inzake wetgeving inzake echtscheiding ("Rome III"). Over het voorstel tot richtlijn m.b.t. het recht op informatie in het kader van procedures in strafzaken ("letter of rights") en over de richtlijn betreffende seksuele uitbuiting van kinderen en kinderpornografie kon de Raad een standpunt innemen met het oog op onderhandelingen met het Parlement.

Maar ook in andere domeinen slaagde het Belgisch Voorzitterschap erin tastbare vooruitgang te boeken in een reeks dossiers die, elk op hun domein, baanbrekend zijn. Aldus werden o.a.

akkoorden bereikt op het vlak van verbetering van de rechten van buspassagiers en van consumenten, het op de markt brengen van bouwproducten, administratieve samenwerking tussen de lidstaten op fiscaal vlak, grensoverschrijdende verkeersveiligheid, de besteding van ongebruikte fondsen van het herstelplan voor energie, etikettering van textielproducten, voedingsinformatie aan consumenten en de visvangstquota voor 2011.

_____________________