De Europese industrie geconfronteerd met industriële verandering
Verandering in de industrie stond centraal op de conferentie die op 15 en 16 november door Minister Jean-Claude Marcourt werd georganiseerd te Seraing, op het terrein van de kristalfabriek van Val Saint-Lambert. Jean-Claude Marcourt, die de Raad concurrentievermogen voor het onderdeel 'industrie' voorzit, heeft op deze manier bijgedragen tot de conclusies die de Europese ministers van industrie bij de afloop van hun vergadering van 25 november zullen publiceren.
Actoren uit de industrie, hoge politieke functionarissen en vertegenwoordigers van werkgevers en werknemersfederaties kwamen samen om de anticipatie op en het beheer van de veranderingen te bespreken in de context van het nieuw industrieel beleid dat op 28 oktober werd aangekondigd door de Commissie en dat werd voorgesteld door de vicevoorzitter van de Commissie, Antonio Tajani. Concrete voorbeelden uit de ondernemingspraktijk, beleidsmaatregelen, maar ook gedetailleerde gegevens werden tijdens de debatten besproken.
De gedachtewisseling was opgesplitst in drie sessies. In de eerste ging het over de transformatie van de productiemethoden. Deze sessie werd geopend door de Portugese Minister van Arbeid, Maria Joao Rodrigues, en werd bijgewoond door vertegenwoordigers van de staalindustrie en de metaalverwerkende industrie - sectoren die geconfronteerd worden met de klimaatproblematiek. In de tweede sessie stond de aanpassing van de bevoegdheden centraal. Deze sessie werd geopend door Bernard Gazier, hoogleraar aan de Universiteit Parijs 1 (Panthéon-Sorbonne), bedenker van het concept "employabilité" (inzetbaarheid op de arbeidsmarkt). In de derde sessie, tot slot, ging het over de impact van de veranderingen bij de grote ondernemingen op de hele waardeketen en inzonderheid op de kleine en middelgrote toeleveranciers.
De debatten werden afgesloten met twee rondetafelgesprekken. Het ene over de resultaten die worden verwacht van het Europese industriebeleid, en het tweede over de financiering hiervan. Het Fonds voor Aanpassing aan de Globalisering werd door de Commissie opgezet om de opleiding van loontrekkenden te ondersteunen in de context van grootschalige herstructureringen als gevolg van de globalisering. De directeur van het fonds gaf een uiteenzetting over de vooruitzichten voor het fonds, die zullen moeten worden aangepast aan industriële en economische realiteit.
In de Europese Unie werken bijna 22 miljoen mensen in de industrie. De industriële sector produceert zowat 37% van de toegevoegde waarde van onze economie. Maar vandaag dringt een vaststelling zich op: deze industrie bevindt zich in een toestand van permanente verandering en herstructurering. Industriëlen, politici en vertegenwoordigers van werkgevers en werknemersorganisaties zijn het er daarom over eens dat het noodzakelijk is om op deze veranderingen te anticiperen om ze beter te kunnen beheren en op die manier de beperkingen en verplichtingen om te zetten in uitdagingen en kansen.