Cyberdissidenten versus censoren
Nieuwe technologische ontwikkelingen bieden enorme kansen voor de bescherming van de mensenrechten, maar zij geven ook verfijnde instrumenten voor censuur in handen van gesloten regimes, aldus de deelnemers van een openbare hoorzitting in de Subcommissie mensenrechten i van het Europees Parlement i op 2 juni. De aandacht ging vooral naar China, dat inzake internetcensuur op de eerste plaats staat.
Het internet geeft regeringen en de meest radicale gebruikers "enorme kansen om de bescherming van de mensenrechten te versterken", maar houdt ook serieuze uitdagingen in, aldus Andrew Puddephatt.
Als kanttekening bij een studie over informatie- en communicatietechnologieën (ICT) en mensenrechten die werd uitgevoerd in opdracht van de subcommissie, zei hij: "de democratisering van de vrijheid van meningsuiting is de elites uit handen genomen en overgeheveld naar de bevolking in haar geheel, maar de vijanden van de mensenrechten gebruiken nu verfijnde en soms verborgen censuurinstrumenten"
Mensenrechtenactivisten krijgen te maken met repressieve regimes
"Het internet is een belangrijke motor voor protest en actie geworden", zei de Litouwse ondervoorzitter Laima Andrikien?.
Censuur en internet
-
-60 landen censureren het internet
-
-China = grootste onlinemarkt (338 miljoen actieve internetgebruikers, 70 miljoen blogs)
-
-18.000 websites permanent geblokkeerd in China
-
-Circa 120 cyberdissidenten in de gevangenis (72 in China)
-
-Ergste schenders van internetvrijheid: China, Saoedi-Arabië, Birma, Noord-Korea, Cuba, Egypte, Iran, Oezbekistan, Syrië, Tunesië, Turkmenistan, Vietnam
"Bloggers en cyberdissidenten kunnen ons onafhankelijke informatie geven uit gesloten landen, maar de internetcensuur is drastisch toegenomen", aldus Lucie Morillon van Journalisten zonder grenzen.
Zij zei dat er een cyberoorlog aan de gang is, waarin actieve internetgebruikers de strijd aanbinden tegen toenemende overheidscontrole.
Tussen twee vuren: de rol van de ICT-bedrijven
Mevr. Morillon zei dat ICT-bedrijven in een lastig parket zitten wanneer regeringen vragen om "controle- en blokkeerinstrumenten". Zij uitte kritiek op bedrijven die "zich plooien naar de eisen van de censor", met name Microsoft en Yahoo, maar was vol lof over "de moed van Google om een eind te maken aan het censureren van zoekopdrachten in China".
Simon Hampton van Google zei dat het bedrijf in maart het internetverkeer van google.cn naar google.hk had verlegd na aanvallen op Gmail, toenemende censuur en beschuldigingen inzake pornografie.
Hij spoorde de Europese bedrijven ertoe aan deel te nemen aan het "Global network initiative" (GNI), dat tot doel heeft de rechten van de gebruiker inzake vrijheid van meningsuiting en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer te bevorderen. De voorzitter van de subcommissie, Heidi Hautala, trad dit bij en zei dat de subcommissie zou nagaan in welke gebieden actie moet worden ondernomen.
De Grote Verdedigingsmuur van China
Shiyu Zhou van het Global Internet Freedom Consortium zei dat China het beste voorbeeld is van cybertoezicht, -blokkade en -filters. De Chinese "Berlijnse Muur van de 21e eeuw" wordt gebruikt voor indoctrinatie, propaganda, misleidende informatie en vervolging, zei hij. "Voor elke dollar die geïnvesteerd wordt in censuurbestrijdende technologieën moeten repressieve regeringen honderden of duizenden dollars uitgeven om ons te blokkeren".
Volgens Hosuk Lee Makiyame van het European Centre for International Political Economy is de echte reden voor de Chinese censuur van commerciële aard. Maar hij waarschuwde voor beperkingen op de uitvoer van ICT-uitrusting, want volgens hem is het dat wat de censoren willen. Hij merkte op dat in Iran om te twitteren en vrienden op te bellen dezelfde uitrusting kan worden gebruikt als om de vrijheid van meningsuiting te beperken."
"Internet is een mondiaal publiek goed"
Francisco Sosa Wagner, een Spaans EP-lid van de Niet-ingeschrevenen, die een verslag heeft opgesteld over internetbeheer dat momenteel in behandeling is in het Parlement, noemde het internet een mondiaal publiek goed maar drong aan op meer transparantie in het internetbeheer. Hij zei dat dit op publiek-private samenwerking gebaseerd moet worden .
"Het is niet mogelijk om toezicht te houden over het internet", je kan alleen maar proberen het te reguleren, zei de Spaanse socialist Raimon Obiols.
Wat moet de EU doen?
De deelnemers richtten een reeks aanbevelingen aan de EU. De heer Puddephatt zei dat de EU methodes moet ontwikkelen om de mensenrechten online te steunen, terwijl mevrouw Morillon van Journalisten zonder grenzen wil dat de EU IT-bedrijven aanmoedigt om een vrijwillige gedragscode op te stellen en uitvoercontroles in het leven te roepen. Zij zei ook dat de EU moet aandringen op de vrijlating van cyberdissidenten.
REF. : 20100607STO75582
Nadere informatie :