Veelbesproken Europese dienstenrichtlijn omgezet naar Nederlandse wetgeving
11 februari 2009, wetsvoorstel – Een beter werkende markt voor diensten in de EU. Geen protectionisme. Meer innovatie. Minder administratieve lasten. Meer banen. Gezien al deze voordelen is een grote meerderheid van de Kamer voor de Dienstenwet.
Met de Dienstenwet wordt de Europese Dienstenrichtlijn omgezet in Nederlandse wetgeving. Het doel is om belemmeringen bij het aanbieden van diensten in andere landen van de EU weg te nemen. Van Dijk i (CDA) wijst het op het grote belang van de dienstensector voor de Nederlandse economie. Ook Vos i (PvdA), Elias i (VVD) en Van der Ham i (D66) geloven in positieve effecten voor economie en werkgelegenheid.
Half ei
Voor Elias en Van der Ham gaat de vrijmaking van de dienstenmarkt nog niet ver genoeg. "Typisch geval van een half ei", zegt Elias, voor wie de oorspronkelijke dienstenrichtlijn van Bolkestein i te erg is afgezwakt. Van Dijk en Van der Ham willen dat het denken over de richtlijn in de EU niet wordt stopgezet. SP'er Gesthuizen i, beducht voor sociale afbraak als gevolg van "marktfetisjisme", is juist blij dat "pijnpunten" uit de oorspronkelijke richtlijn zijn verdwenen.
Eén loket
De Dienstenrichtlijn verplicht de Europese lidstaten om een elektronisch informatieloket voor dienstverleners in te richten. Maak daar geen "internet-excuusloket" van, zegt Elias. Volgens minister Van der Hoeven i (Economische Zaken) vervult de website Antwoord voor bedrijven de informatiefunctie beter dan een "fysiek" loket, waarvoor ondernemers in de rij moeten staan. Het elektronische loket jaagt ondernemers niet op hogere kosten, zo stelt zij Van der Ham en Elias gerust.
Lex silencio positivo
Beslist de overheid niet op tijd over een vergunning? Dan wordt die stilzwijgend verleend. Deze "lex silencio positivo", die in de Dienstenwet is opgenomen, vormt een goede stok achter de deur, meent Van Dijk. Volgens Vos geeft de wet gemeenten nog te veel vrijheid om deze regel niet uit te voeren. Tegen haar voorstel om van het "nee, tenzij" een "ja, tenzij" te maken, heeft Justitieminister Hirsch Ballin i geen onoverkomelijk bezwaar.
De Kamer stemt op 17 februari of na het krokusreces over het wetsvoorstel en de ingediende moties.