Westelijke Balkanlanden moeten zelf weg naar EU-lidmaatschap bepalen
Het hervormingsproces in de westelijke Balkan kan alleen door de betrokken landen zelf worden bewerkstelligd en elk land moet de weg naar EU-lidmaatschap individueel afleggen, stelt een initiatiefverslag dat het EP i heeft aangenomen. Het EP onderstreept ook de noodzaak van de strijd tegen corruptie, smokkel en piraterij van goederen. Alle landen in de westelijke Balkan hebben stabilisatie- en associatieovereenkomsten gesloten met de EU en Kroatië en de FYROM zijn kandidaat voor EU-toetreding.
Het Parlement roept de Commissie i en de Raad i in het verslag van rapporteur Bas Belder i op, alle passende maatregelen te nemen om een verdergaande integratie van de westelijke Balkan in het internationale systeem voor handel en economie aan te moedigen, met name door middel van toetreding tot de WTO. Albanië, Kroatië en de FYROM zijn al WTO-leden. Met Bosnië-Herzegovina, Servië en Montenegro zijn al onderhandelingen over lidmaatschap gestart.
De Midden-Europese Vrijhandelsassociatie (CEFTA), die 32 bilaterale handelsconcessies in de Zuid-Europese regio tot een allesomvattend regionaal vrijhandelsverdrag heeft geconsolideerd, kan bijdragen aan de voorbereiding van de landen van de westelijke Balkan op toetreding tot de Europese Unie.
Gezien het feit dat de internationale financiële crisis Europa heeft bereikt en een indirect effect kan hebben op de handel en de buitenlandse investeringen in de westelijke Balkanlanden, verzoeken EP-leden de Commissie een oog te houden op de ontwikkelingen en zonodig adequate maatregelen te nemen om een soepele voortzetting van het stabilisatie- en associatieproces te garanderen. De meest recente stabilisatie- en associatieakkoorden werden in 2007 met Montenegro en begin 2008 met Servië en Bosnië-Herzegovina gesloten.
Het Parlement acht een grondige hervorming van het bank- en verzekeringswezen en een betere reglementering en bewaking van de bancaire activiteiten, waarmee de basis wordt gelegd voor een gefaseerde opening van de financiële markten van de landen in de regio, essentiële voorwaarden voor hun economische ontwikkeling.
EP-leden sporen de landen van de westelijke Balkan aan zelf initiatieven te ontplooien om voldoende ambitieuze projecten op te zetten om gebruik te maken van de Europese fondsen, en zich niet passief en afhankelijk van Europese initiatieven op te stellen. Ze dringen er bij de landen op aan vaart te maken met het doorvoeren van structurele hervormingen, in het bijzonder op het gebied van fiscaal beleid en douane en administratie.
Europarlementsleden achten het voorts noodzakelijk voor de economische ontwikkeling van de regio om een gunstig investeringsklimaat te scheppen. Ze zijn van mening dat de ontwikkeling van de haven van Rijeka een bijzonder belangrijk project is voor de Europese Unie. Bovendien herinneren ze eraan dat ook het landbouwhandelsverkeer met Kroatië moet worden uitgebreid, zodat het land zich zo soepel mogelijk kan aanpassen aan het gemeenschappelijk landbouwbeleid.
Het Parlement stelt voor dat de lidstaten de landen in de westelijke Balkan zogeheten "government-to-government" programma's bieden die voorzien in ondersteuning, training en coaching van de nationale ministeries op gebieden waarop dat door de autoriteiten van de landen in de westelijke Balkan uitdrukkelijk wordt gevraagd.
Milieubescherming is volgens het verslag een belangrijk element in de duurzame ontwikkeling in de westelijke Balkan, evenals de noodzaak van een efficiënt en milieuvriendelijk gebruik van de Donau, in overeenstemming met EU-wetgeving.
EP-leden onderstrepen de noodzaak om meer steun te bieden aan de ontwikkeling van middelgrote en kleine bedrijven en dringen er bij de Commissie en de lidstaten op aan het MKB toegang te waarborgen tot de structuurfondsen van de EU en betere financiering te bieden voor MKB-gerelateerde projecten.
Ten slotte verzoeken Europarlementsleden de landen in de regio die te lijden hebben onder corruptie binnen het overheidsapparaat alle noodzakelijke acties te ondernemen teneinde die te bestrijden en een efficiëntere en transparantere werking van de douane te garanderen overeenkomstig de regels die zijn opgesteld door de EU en de Werelddouaneorganisatie. Ze onderstrepen de noodzaak van intensivering en versterking van douanecontrole om op te treden tegen smokkel, namaak en piraterij van goederen.
Procedure: Initiatief / Debat: 12 januari 2009 / Stemming: 13 januari 2009 / Verslag aangenomen (522-12-15)