Het EP en het Amerikaanse Congres: meer verschillen dan overeenkomsten?
Hoe verschillend zijn de parlementariërs aan beide kanten van de Atlantische Oceaan? Van 3 tot 8 oktober 2007 kwam in Washington en de staat Nevada de 63e Interparlementaire ontmoeting tussen de EU en de VS bijeen. Drieëntwintig EP-leden waren hierbij aanwezig om met hun Amerikaanse tegenhangers kwesties te bespreken als de klimaatverandering, de situatie in het Midden-Oosten en de economie. Maar wat zijn eigenlijk de overeenkomsten tussen de Amerikaanse Congresleden en de EP-leden?
De interparlementaire vergadering met afgevaardigden van het Amerikaanse Congres en Parlementsleden vindt tweemaal per jaar plaats, éénmaal in Europa en éénmaal in de VS. De oorsprong van de ontmoetingen dateert uit 1972 toen een delegatie van het Congres voor de eerste keer het EP bezocht. De interparlementaire ontmoeting met het Congres is daarmee de langste en meest intensieve in de geschiedenis van het Europees Parlement.
De ontmoetingen vonden tot 1995 wanneer ze in de EU plaatsvonden plaats in de hoofdstad van het land dat het voorzitterschap van de EU bekleedt. In 1995 werd besloten de ontmoetingen in één van de drie werkplaatsen van het Europees Parlement (Brussel, Straatsburg en Luxemburg) te houden, waarna in 2002 de eerdere methode weer werd opgepakt.
De afgelopen interparlementaire vergadering werden vele onderwerpen besproken, variërend van financiële diensten, landbouw, Afghanistan, Irak, Iran, China, het Midden-Oosten, de armoede in Afrika, veiligheid, handel, gegevensbescherming, de klimaatverandering en economische onderwerpen.
Verschillen EP-Amerikaanse Congres
Het Congres van de Verenigde Staten ( United States Congress) is de wetgevende instantie en volksvertegenwoordiging van de Amerikaanse federale overheid en bestaat uit twee kamers: de Senaat en het Huis van Afgevaardigden. Waar het EP 785 Parlementsleden kent, zijn er in de Senaat 100 zetels te verdelen. Door verkiezingen levert elke staat twee afgevaardigden voor een termijn van zes jaar. Het Huis van Afgevaardigden bestaat uit 435 zetels, elk lid wordt gekozen uit een district dat vastgesteld wordt op basis van de gegevens van een volkstelling.
Verdere verschillen zijn het aantal commissies (momenteel 23 - inclusief twee subcommissies en de tijdelijke commissie Klimaatverandering - in het EP tegenover zo'n 200 in het Congres) en de samenstellingen van de partijen (8 in het Europees Parlement tegenover 2 grote partijen in het Congres). Ook kunnen leden van het Huis van Afgevaardigden tegen de 20 assistenten hebben, waar EP-leden het meestal doen met 5. Wat betreft de aanwezigheid van vrouwen overtreft het EP zijn Amerikaanse tegenhanger aanzienlijk: 30,3% in het EP tegenover slechts 16% in het Congres.
Parlementsleden: "EP-leden beter geïnformeerd"
Wat zijn volgens de leden van het Europees Parlement en de Amerikaanse Congresleden de grootste verschillen tussen de twee instanties?
Het Britse Parlementslid Jonathan Evans (Europese Volkspartij), voorzitter van de EP-delegatie naar de VS denkt het volgende: "De aanwezigheid van commissies in het Europees Parlement zorgt ervoor dat EP-leden specialisten worden op een aantal gebieden. Hierdoor zijn Europese Parlementsleden beter geïnformeerd over onderwerpen dan hun tegenhangers in het Congres. De leden van Congres zijn meestal generalisten, die zich op de deskundigheid van hun personeel baseren om hen te voorzien van informatie, deskundigheid die de EP-leden tentoonspreiden op onze interparlementaire vergaderingen."
De eveneens Britse afgevaardigde James Nicholson (Europese Volkspartij) deelt het volgende mee: "Het belangrijkste verschil is dat de Congresleden in het Huis van Afgevaardigden om de 2 jaar moeten worden verkozen tegenover wij slechts om de 5 jaar. Ook vindt de politiek voor hen meer op lokaal niveau plaats en hebben ze een grotere wetgevende rol. Niettemin hebben zij min of meer dezelfde problemen en zorgen die wij ook kennen; ik heb het dan bijvoorbeeld over de grote verschillen in ontwikkeling tussen stad en platteland. Ook bestaan er grote verschillen tussen de leden onderling, net zoals in het EP het geval is."
De Portugese Ana Maria Gomes (sociaaldemocratische fractie PES) is het volgende van mening: "Het belangrijkste verschil is dat de vertegenwoordigers van het Congres met één federale regering te maken hebben, terwijl wij verschillende EU-instellingen kennen, evenals 27 lidstaten."
De Finse Anneli Jäätteenmäki (Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa fractie) merkte op dat "de Congresleden er zeer trots op zijn dat ze voor de belangen van hun staten opkomen. In het Europees Parlement wordt er juist geprobeerd de nationale belangen op de achtergrond te zetten."
Sterke band
Ondanks de verschillen zijn er volgens de Europese Parlementsleden genoeg overeenkomsten met het Amerikaanse Congres voor een vruchtbare dialoog. Naast de institutionele overeenkomsten blijken de afgevaardigden vaak voor dezelfde belangen op te komen.
Volgens het Ierse Parlementslid Brian Crowley (Unie voor een Europa van Nationale Staten) "hebben de twee politieke organismen van tijd tot tijd meningsverschillen. Deze verbleken echter bij het besef wat voor gemeenschappelijk belangen er tussen de EU en Amerika bestaan. De EU en de VS hebben een zeer sterke band, waarbij we dezelfde interesses en waarden delen."