Interview met europarlementslid Toine Manders
De persdienst van het Europees Parlement gaat tot aan de verkiezingen in 2009 in gesprek met de Nederlandse en Vlaamse europarlementariërs. Dit keer is de beurt aan Toine Manders (VVD).
Sinds wanneer bent u lid van het EP? Wat deed u hiervoor?
Sinds 1999 ben ik lid van het EP voor de VVD. In 1982 ben ik afgestudeerd aan de academie voor beeldende vorming te Tilburg en naast enkele uren doceren hield ik me bezig als ontwerper. Mijn bekendste product zit op taxi's in Nederland en België. Twintig jaar geleden heb ik met een zakenpartner het treintaxiconcept bedacht, met het taxi-toplight onder de handelsnaam Barclay. Nog steeds heb ik ideeën voor producten of oplossingen voor problemen. In 1988 was ik het slachtoffer van een ernstig verkeersongeval en dat noodzaakte mij om een andere carrière te starten en dus ging ik rechten studeren om advocaat te kunnen worden. Dit 'middenstands diploma voor academici' heeft vele deuren geopend, want behalve advocaat kun je daar ook mee de politiek in. In 1999 ben ik gestopt met mijn praktijk om een uitvinding op het gebied van tandpasta in de markt te zetten. Tegelijkertijd deed zich de mogelijkheid voor om me te kandideren voor de Europese verkiezingen en dat was een echte uitdaging. Van de tandpasta is niets terecht gekomen, maar ik werd wel met voorkeurstemmen gekozen in het EP.
Waar houdt u zich in het Parlement mee bezig?
Vanaf het begin heb ik me bezig gehouden met de Interne Markt. Als liberaal ben ik van mening dat de economie de betaling van heel veel belangrijke zaken mogelijk maakt. Zonder een goed draaiende economie zijn bijvoorbeeld milieumaatregelen te duur, is er minder gezondheidszorg of onderwijs. Soms heb ik het idee dat mijn collega's dat weleens vergeten. Het harmoniseren van wetgeving in Europa brengt met name voor een klein land als Nederland met een open economie en veel export veel voordelen met zich mee. Maar naast harmonisering van wetgeving kan er nog veel gedaan worden om grensoverschrijdende handel verder te stimuleren. Op dit moment behandelt de internemarktcommissie van het Europees Parlement een voorstel van de Europese Commissie over zogenaamde wederzijdse erkenning. Producten die in een land van de EU geproduceerd en verhandeld worden, mogen - in principe - ook in de rest van de EU op de markt worden gebracht. Zonder daarvoor allerlei ingewikkelde vergunningen en papieren in te vullen. Bij veel bedrijven is dit onbekend. De Europese Commissie heeft berekend dat het niet of onjuist toepassen van dit principe ongeveer € 150 miljard kost. Het voorstel van de Commissie moet deze verspilling drastisch terugbrengen, zodat dit geld beter kan worden gebruikt.
Wat vindt u het boeiendste van uw werk als Europarlementariër?
Het contact met mensen, belangrijk of niet, uit de hele wereld vind ik het meest interessante van dit vak. Van mensen met problemen voor wie ik al dan niet iets kan betekenen tot bekendheden als de paus, Bill Gates, politici en natuurlijk leden van ons Koninklijk Huis.
Wat vindt u minder boeiend of zelfs vervelend?
Als lid van het EP reis je heel wat af. Behalve het werkterrein Europa, moet je je natuurlijk ook in Nederland laten zien en vertellen over hoe en waarom wij ons werk verrichten. Dan zijn lange verkeersopstoppingen heel vervelend omdat die extra tijd kosten, waardoor je een dag moet rekenen voor een spreekbeurt van een uur in Nederland.
Met welke dossiers bent u nu bezig? Wanneer worden zij door de parlementaire commissie en het voltallige Parlement behandeld?
Op dit moment ben ik bezig als rapporteur met voorbereiding van de richtlijn over Timeshare. Dit is een vorm van langetermijn vakantie, waarbij je een gebruiksrecht voor een bepaalde tijd koopt in een huis of ressort. Helaas worden consumenten nog te vaak gedupeerd door oplichters, waardoor deze sector een heel negatief imago heeft. De bedrijven die zich netjes gedragen krijgen daardoor ook een negatief stempel. Dus trachten wij wetgeving te maken die voorkomt dat fraudeurs misbruik maken en die de ontwikkeling van deze sector niet kapotmaakt. Ik verwacht dat begin volgend jaar hierover in het Parlement wordt gestemd. De eerste gedachtewisselingen in de commissie Interne Markt en Consumentenbescherming vinden deze maand plaats.
Actualiteit: Wat verwacht u van de Intergouvernementele Conferentie die moet komen tot een nieuw verdrag voor de Europese Unie?
Recent is de discussie over de vermindering van het aantal Nederlandse leden in het EP weer opgedoken. Wim Kok vond tijdens de onderhandelingen over het verdrag van Nice één stem in de Raad belangrijker dan twee leden in het EP. Waarom was er toen een absolute radiostilte in de Tweede Kamer? De radiostilte ten opzichte van Europa in de Tweede Kamer verbaast mij sowieso. De uitbreiding met tien nieuwe lidstaten werd als een hamerstuk behandeld. Tijdens de onderhandelingen over het grondwettelijk verdrag gaf de Kamer geen kik, maar toen de Tweede en Eerste Kamer moesten instemmen met dit akkoord, schreven zij een referendum uit. Slechts een handjevol Kamerleden is vervolgens op campagne gegaan om het verdrag uit te leggen aan de Nederlandse samenleving. De dag na het Nederlandse 'nee' nam bijna heel politiek Den Haag afstand van het verdrag waar de Nederlandse regering haar handtekening al onder had gezet.
Politici in Den Haag lijken niet heel veel te hebben geleerd van het referendum. De aandacht voor wat er in Europa allemaal gebeurt is weer sterk afgenomen. Tijdens de verkiezingen vorig jaar in november was Europa geen thema, terwijl toen al duidelijk was dat het nieuwe verdrag het belangrijkste besluit zou zijn dat een nieuw kabinet in haar eerste jaar zou moeten nemen. Zodoende wordt de burger weer niet betrokken bij de besluitvorming in Europa. Politici die negatieve sentimenten richting Europa willen voeden, zullen dit onherroepelijk misbruiken bij een mogelijk tweede referendum over de verdragswijziging, of in 2009 bij de volgende verkiezingen van het Europees Parlement.
REF.: 20070910IPR10245 |
|