Oprichting Bureau voor de grondrechten

donderdag 12 oktober 2006

Grondrechten - 12-10-2006 - 12:10

Het Europees Parlement stelt de eindstemming over de oprichting van een Europees Bureau voor de Grondrechten uit.

Het EP wil dat het nieuwe Bureau ook gevraagd en ongevraagd adviezen moet kunnen geven over derdepijleronderwerpen, dat wil zeggen over de Europese politionele en justitiële samenwerking. Hiermee volgt het Parlement het voorstel van de Commissie, maar de Raad blijft vooralsnog verdeeld. Het Parlement wil pas over de resolutie stemmen als de Raad een standpunt heeft ingenomen.

Voordat het EP het verslag van rapporteur Kinga GAL (EVP-ED, HU) terugverwijst naar de bevoegde parlementscommissie, neemt het alle door de rapporteur voorgestelde amendementen aan. In het verslag Gál, dat nu hangende is, staat het volgende.  

Het op te richten Europese Mensenrechtenbureau moet nauw gaan samenwerken met de Raad van Europa en moet gevraagd en ongevraagd adviezen geven. Het Europees Parlement moet betrokken worden bij de vaststelling van het meerjarenkader van het Bureau en bij de aanstelling van de directeur.

Het Parlement wil dat niet alleen de EU-lidstaten deelnemen in het op te richten Bureau voor de grondrechten, maar dat het Bureau ook openstaat voor deelname van de kandidaat-lidstaten. Bovendien moeten de landen waarmee een stabilisatie- en associatieovereenkomst is gesloten zich bij het Bureau kunnen aansluiten, daar dit de Unie in staat stelt steun te verlenen aan hun inspanningen in de richting van Europese integratie.

Verder wil het Europees Parlement zijn belangrijke rol op het gebied van de mensenrechten voluit spelen. Het moet daarom van tevoren worden geraadpleegd over het meerjarenkader van het Bureau en over de kandidaten voor de functie van directeur. De ambtstermijn van de directeur wordt vijf jaar. De raad van bestuur van het Bureau kan deze termijn verlengen. Het EP wil dat het de directeur, voordat zijn ambtstermijn wordt verlengd, kan verzoeken voor de ter zake bevoegde parlementscommissie een verklaring af te leggen en vragen te beantwoorden.

Het Bureau moet nauw gaan samenwerken met de Raad van Europa. Overlappingen tussen het EU-Bureau en de werkzaamheden van de Raad van Europa moeten worden voorkomen. Om de complementariteit en toegevoegde waarde te waarborgen, dient het Bureau zijn activiteiten met die van de Raad van Europa te coördineren, met name wat de vaststelling van zijn jaarlijks werkprogramma betreft. Daartoe moet de Gemeenschap een overeenkomst met de Raad van Europa sluiten. Deze overeenkomst dient ook te voorzien in het recht van de Raad van Europa om een onafhankelijke persoon in de raad van bestuur en het dagelijkse bestuur van het Bureau aan te wijzen.

Het Bureau zal conclusies en adviezen over de grondrechten publiceren op verzoek van de Raad, de Commissie of het Parlement, òf op eigen initiatief. Het Bureau is de opvolger van het Europese Waarnemingscentrum voor racisme en vreemdelingenhaat dat werd opgericht in 1997. In die hoedanigheid blijft het gehuisvest in Wenen. De Voorzitter van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa, René van der Linden, ziet vooralsnog niets in het nieuwe EU-Bureau, dat volgens hem de werkzaamheden van de Raad van Europa zal doubleren.

Procedure: wetgevende raadpleging / Debat: 12 oktober 2006 / Stemming over amendementen en Commissievoorstel: 12 oktober 2006 / Stemming ontwerpwetgevingsresolutie: uitgesteld tot een volgende zitting / Verslag terugverwezen naar de bevoegde parlementaire commissie

 

REF.: 20061011IPR11558