Het Europese sociale model

Het Europese sociale model is geen beletsel voor economische groei, maar juist een essentieel element van een evenwichtige ontwikkeling. Het moet dan ook overtuigder naar buiten toe uitgedragen worden. Het Parlement doet een aantal aanbevelingen voor een Europees sociaal model voor de toekomst.

Volgens het EP moet de EU gelijke toegang tot hooggekwalificeerde arbeidsplaatsen nastreven, daar waar bepaalde groepen onevenredig door demografische veranderingen en werkloosheid worden getroffen. Het Parlement pleit voor een vernieuwing van het engagement van de EU voor een sociaal Europa. Dat is van het grootste belang om het vertrouwen van de burgers in het Europees project, dat werkgelegenheid, groei en voorspoed creëert, te herstellen.

Het EP verzoekt de Europese Commissie om in overeenstemming met de sociale clausule van het ontwerpverdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa de sociale dimensie in haar effectbeoordelingen op te nemen. Daarnaast pleit het Parlement voor een betere coördinatie van het belastingbeleid van de lidstaten om schadelijke belastingconcurrentie te vermijden, de financierbaarheid van de sociale bescherming te garanderen en het belastingbeleid arbeidsvriendelijker te maken. Het EP stelt vast dat de belastingtarieven op kapitaal en consumptie de afgelopen 30 jaar in het algemeen stabiel zijn gebleven, terwijl de belastingtarieven op arbeid gedurende diezelfde periode gestegen zijn. De parlementsleden bevelen de lidstaten aan om na te denken over de mogelijkheden om de bestaande belastingstelsels in de Unie te verbeteren.

De Assemblee wijst erop dat de sociale dialoog een onmisbaar element in de traditie van de lidstaten is en dat betrokkenheid van alle belanghebbenden, in het bijzonder de sociale partners, voor een geslaagde hervorming van de sociale stelsels onontbeerlijk is. De leden roepen ertoe op om de sociale dialoog op zowel nationaal als Europees niveau nieuw leven in te blazen. Zij pleiten voor een grotere rol van de trialoog op Europees niveau.

Het EP erkent de voordelen van 'flexicurity'-systemen die de lidstaten moeten hanteren om het werknemers mogelijk te maken om een baan te behouden of te bemachtigen door hun mobiliteit en hun professionele vaardigheden via vakopleidingen en levenslang leren te verbeteren. Flexicurity moet ook een middel zijn om een goede balans tussen werk en vrije tijd te bevorderen.

Met betrekking tot de sociale bescherming pleit het Parlement voor hervormingen waarbij overheidsgelden worden besteed aan maatregelen die tot meer werkgelegenheid en herintreding op de arbeidsmarkt leiden. Het EP neemt nota van de oprichting van een fonds voor aanpassing aan de globalisering als mogelijke aanvulling op het Europees Sociaal Fonds.

Verder benadrukt het Parlement dat de Europese Unie haar sociale waarden van solidariteit en sociale rechtvaardigheid in alle onderhandelingen en akkoorden over handel en ontwikkeling moet promoten. Het EP dringt er bij de Europese Unie en de lidstaten op aan politieke acties te ondernemen ten aanzien van derde landen met een sterke economische groei (Brazilië, Rusland, India en China) om een ontwikkelingsmodel te bereiken dat eerbiediging van de mensenrechten, democratie, vrijheid, arbeids- en milieunormen en sociale rechtvaardigheid garandeert. Het Parlement dringt er bij de Europese Unie op aan een wereldwijd evenwicht tussen economische groei en hoge sociale en milieunormen te helpen vinden. Ten slotte vinden de leden dat er inspanningen moeten worden geleverd om kinderarbeid wereldwijd uit te roeien.

Procedure: Initiatief / Debat: 5 september 2006 / Stemming: 6 september 2006 / Verslag aangenomen (507-113-42)

---