Tijdelijke EP-Commissie Verondersteld gebruik door de CIA van Europese landen voor het vervoer en illegaal vasthouden van gevangenen (opgeheven) (TDIP)
Deze tijdelijke commissie i van het Europees Parlement i heeft onderzoek gedaan naar het vermeende gebruik door de Amerikaanse CIA van Europese landen voor het vervoer en de illegale gevangenzetting van gevangenen. De reden hiervan was dat lidstaten van de Europese Unie hierbij mogelijk betrokken waren.
Het Europees Parlement besloot op 18 januari 2006 deze commissie in te stellen. Deze tijdelijke commissie is na de presentatie van haar eindrapport opgeheven.
De commissie onderzocht
-
-of de CIA mensen heeft ontvoerd, vervoerd of gevangengezet in lidstaten van de EU
-
-of daarbij internationale verdragen zijn geschonden
-
-wie daarvan het slachtoffer zijn geworden
-
-of Europese landen betrokken zijn geweest bij deze activiteiten
Eindverslag
In februari 2007 werd het eindverslag van de enquêtecommissie door het Europees Parlement aangenomen. Uit het onderzoek is gebleken dat tussen 2001 en 2005 meer dan 1200 CIA-vluchten gebruik gemaakt hebben van het Europese luchtruim met medeweten van een aantal Europese lidstaten. De vluchten werden gebruikt voor buitengewone uitleveringen, waarbij terreurverdachten opgepakt en naar een ander land gebracht worden om daar vervolgens te worden berecht. Tijdens de ondervragingen was sprake van foltering.
Bovendien werd het vermoeden geuit dat er geheime gevangenissen op militaire bases van de VS in Europa zouden zijn geweest. Voor het laatste is geen direct bewijs gevonden.
Het EP veroordeelde de onrechtmatige vluchten in het kader van terrorismebestrijding en verder liet het Europees Parlement weten dat het de passieve opstelling van een aantal EU-lidstaten in deze zaak betreurt.
Het EP heeft de Europese landen verzocht ervoor te zorgen dat slachtoffers van een buitengewone overdracht compensatie krijgen in de vorm van een financiële vergoeding en de garantie dat dit niet weer zal gebeuren.