EP heeft enkele vraagtekens bij ontwerprichtlijn over uniform bestuurdersattest (rapport-Van Dam)

woensdag 16 mei 2001, Voorstel tot wijziging van Verordening

Rijk VAN DAM (EDD, NL)

Voorstel tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 881/92 betreffende de toegang tot de markt vanhet goederenvervoer over de weg in de Gemeenschap van of naar het grondgebied van een lidstaat of over het frondgebied van een of meer lidstaten

Doc.: A5-151/2001

Procedure : Medebeslissing, eerste lezing

Stemming : 16 mei 2001

Verslag aangenomen

In grote trekken kan het EP zich in het Commissievoorstel vinden, maar bij de voorgestelde wijze van uitvoering plaatst het vraagtekens. De arbeidsmarkt in de vervoersector wordt in hoofdzaak verstoord door het onregelmatig inzetten van bestuurders uit derde landen, hetgeen tot oneerlijke concurrentie heeft geleid. Daarom wil het EP dat de maatregelen onmiddellijk van toepassing worden op bestuurders uit derde landen.

Omdat de verordening vooral bestuurders uit EU-lidstaten betreft, moet de betrokken ondernemingen en instanties een langere overgangsperiode - het EP denkt aan twee jaar - worden gegund. De tijdelijke discriminatie van onderdanen van derde landen ziet het EP als een noodzakelijk kwaad om de concurrentieverstoringen zo snel mogelijk weg te werken.

Ook in de definitie van de term « bestuurder » wil het EP een onderscheid tussen EU-onderdanen en onderdanen van derde landen maken, precies om ervoor te zorgen dat de verordening op een verschillend tijdstip in werking kan treden. Tot slot wil het onder de personalia van de bestuurder het rijbewijs- en socialezekerheidsnummer vermeld zien, omdat daardoor eventueel misbruik van het bestuurdersattest tot een minimum wordt beperkt.