Resultaten Europese Raad 4-5 november 2004
Verslag van de Europese Raad en verklaring van de Commissie - Bijeenkomst van de Europese Raad (Brussel, 4-5 november 2004)
Gezamenlijke ontwerpresolutie over de bijeenkomst van de Europese Raad op 4 en 5 november 2004
Doc.: RC6-0154/2004
Procedure : Ontwerpresolutie
Ontwerpresolutie aangenomen
Debat : 17 november 2004
Stemming : 17 november 2004
Het EP vestigt de aandacht op de conclusie in het verslag-Kok dat het belangrijkste obstakel voor het sneller bereiken van de doelstellingen van Lissabon een slechte tenuitvoerlegging door de lidstaten is. Het EP is van oordeel dat Europa zich dient te concentreren op structurele hervormingen en macro-economische maatregelen, ondermeer door te investeren in mensen, onderzoek en innovatie om zo de groei en de werkgelegenheid te stimuleren, zonder daarbij de stabiliteit en duurzaamheid van de overheidsfinanciën in gevaar te brengen. Het Parlement betreurt, tegen de achtergrond van het streven naar een kenniseconomie, dat de Raad er opnieuw niet in geslaagd is overeenstemming te bereiken over een Gemeenschapsoctrooi en dat de investeringen in onderzoek en ontwikkeling ver achter zijn gebleven bij het streefcijfer van 3 procent van het BNP.
De leden zijn verheugd over het historische besluit van de Europese Raad dat uiterlijk 1 april 2005 besluitvorming volledig plaatsvindt bij meerderheid van stemmen plus medebeslissing voor alle aspecten op het gebied van justitie en binnenlandse zaken, met uitzondering van legale migratie. De leden herinneren eraan dat hiermee een doelstelling van het Europees Parlement is bereikt. Tegelijkertijd waarschuwen zij de Raad dat dit besluit ook dient te betekenen dat het Hof van Justitie bevoegd wordt voor zaken op het gebied van justitie en binnenlandse zaken. De europarlementsleden onderstrepen dat er een nijpende behoefde bestaat aan de beperking van illegale immigratie en dat de enige manier om vooruitgang te boeken een coherent alomvattend Europees asiel- en immigratiebeleid is.
Het EP beklemtoont, dat het ook van vitaal belang is stappen te zetten op het gebied van het burgerlijk recht, teneinde de procedureverschillen tussen de rechtsstelsels te verkleinen, justitiële trainingsprogramma's op te zetten en eventueel de oprichting te overwegen van een Europese school voor rechters.
Het Parlement verwelkomt de verklaring van de Europese Raad over de betrekkingen tussen de EU en Irak en deelt ten volle zijn vastberadenheid om te helpen bij de wederopbouw van Irak en de reïntegratie van dit land in de internationale gemeenschap. Het EP eist dat bij de verkiezingen voor de tijdelijke Nationale Assemblee sprake is van een zo breed mogelijke deelname van het politieke spectrum en dat deze verkiezingen vrij en eerlijk verlopen. Het Parlement rekent op steun van de EU bij de voorbereiding van deze verkiezingen. Voorts steunen de leden het EU-voorstel om de politie, de rechterlijke macht, het gevangeniswezen en het strafrechtelijk onderzoek in Irak te verbeteren. De leden verzoeken het voorzitterschap van de EU om met de Iraakse interimregering overleg te plegen over de oprichting van een gezamenlijke Iraakse-internationale commissie voor verdwenen personen.
Het Parlement deelt na de dood van president Yasser Arafat de solidariteit met het Palestijnse volk en spreekt opnieuw zijn volledige steun uit voor de legitieme vertegenwoordigers van de Palestijnse Autoriteit. Het Parlement verklaart opnieuw dat een oplossing voor het conflict in het Midden-Oosten alleen kan worden gevonden via onderhandelingen over een vredesakkoord, zoals uiteengezet in de routekaart, zonder voorafgaande voorwaarden, op basis van het bestaan van twee democratische, soevereine en levensvatbare staten - Israël en Palestina - die op vreedzame wijze naast elkaar bestaan.
De Vergadering deelt de ernstige zorgen van de Raad over de verslechtering van de humanitaire en veiligheidssituatie in de regio Darfur, die een gevolg is van hernieuwde geweldpleging door rebellen en milities en verergerd is door de gewelddadige, gedwongen overplaatsing van ontheemden door de troepen van de Sudanese regering. Het EP verwelkomt de opnieuw door de Europese Raad uitgesproken steun voor de missie van de Afrikaanse Unie in Darfur. Het EP benadrukt dat de internationale gemeenschap in nauwe samenwerking met de Afrikaanse Unie meer moet doen om de bescherming van de burgers in Darfur te verzekeren aangezien het systematische moorden en verkrachten doorgaat. In dit verband stelt het Parlement voor dat de Afrikaanse Unie, de VN en de EU samen overleg plegen over het sturen van meer waarnemers voor mensenrechten en het opzetten van een internationale politiemacht. Bovendien verzoekt het EP de EU en haar lidstaten steun te blijven verlenen aan het lopende vredesproces, om niet het gevaar te lopen dat het komt tot wat de speciaal vertegenwoordiger van de VN voor Sudan, Jan Pronk, omschrijft als "een toestand van anarchie, een volledige ineenstorting van recht en orde."
De leden verzoeken de VN-Veiligheidsraad, gezien het feit dat toezeggingen voor een staakt-het-vuren en een vredesproces zijn gebroken, tot een algeheel wapenembargo voor Sudan te besluiten en gerichte sancties op te leggen aan degenen die verantwoordelijk zijn voor grootschalige mensenrechtenschendingen en andere wreedheden.
Ten aanzien van Iran steunt het Parlement de inspanningen van de Unie en de lidstaten om een overeenkomst tot stand te brengen met de Iraanse overheid over diens nucleaire programma op basis van naleving van de IAEA-regels. Tegelijkertijd spreekt het EP zijn ernstige bezorgdheid uit over de verslechtering van de mensenrechtensituatie in Iran en bevestigt het dat duurzame en op samenwerking gebaseerde langetermijnbetrekkingen met Iran alleen kunnen worden verwezenlijkt op basis van verbeteringen van de huidige situatie.
De leden delen de beoordeling van de Raad dat Oekraïne een essentiële partner is, maar betreuren dat bij de eerste ronde van de presidentsverkiezingen op 31 oktober niet aan een groot aantal internationale normen voor democratische verkiezingen is voldaan. De leden verzoeken de Oekraïense autoriteiten om de vastgestelde tekortkomingen tijdig voor de tweede ronde aan te pakken en de nodige voorwaarden te scheppen voor vrije en eerlijke verkiezingen, met name door te garanderen dat beide kandidaten gelijke toegang tot de staatsmedia hebben. Ook wijzen de leden op de arrestatie van burgemeester Kimlatsj van Wisjgorod (district Kiev) en eisen zij van de autoriteiten dat zij deze arrestatie onmiddellijk ongedaan maken. Indien Oekraïne een positieve stap zet op de weg naar de democratie, dient het partnerschaps- en nabuurschapsbeleid zodanig te worden aangepast dat recht wordt gedaan aan de Europese aspiraties van het land.
Tenslotte neemt het Parlement nota van het voornemen van de Raad inzake het ondersteunen van derde landen ter bestrijding van illegale immigratie, ter verbetering van het beheer van de migratie en ter bescherming van vluchtelingen. Het Parlement benadrukt niettemin dat dergelijke maatregelen geen invloed mogen hebben op de toewijzing van ontwikkelingshulp van de EU, noch op het hoofddoel van de steun van de EU aan ontwikkelingslanden, dat de bestrijding van de armoede moet blijven, zoals vastgelegd in de Grondwet van de EU.
Debat
Namens het Voorzitterschap geeft minister-president Jan Peter BALKENENDE een toelichting op de besluiten die genomen zijn tijdens de Europese Raad van 4-5 november jl. De resultaten van deze Europese Raad worden bekend verondersteld (zie presidency conclusions: http://ue.eu.int/uedocs/cmsUpload/EN.pdf).
De Nederlandse leden
Hans BLOKLAND (IND/DEM, NL) complimenteert de minister-president met zijn goede aanpak na de schokkende moord op Theo van Gogh en de gebeurtenissen daarna.
Op de Europese Raad heeft de heer Kok zijn rapport over de Lissabonstrategie publiek gemaakt. Adviseur Kok legt de bal terug bij de lidstaten, zij moeten een begin maken met structurele hervormingen. Het is onvoldoende het aantal doelstellingen terug te brengen. Welke lidstaat steekt als eerste zijn nek uit, daar gaat het nu om. Het Parlement heeft een beperkte bevoegdheid in het Lissabonproces. Het sociaal en milieubeleid staan onder druk. Toch moet een duurzaamheidsstrategie gevolgd worden om welvaart en welzijn te behouden. De lidstaten zijn het eens over de analyse, maar welk land begint met de hervormingen? Blokland wil van Balkenende weten, welke initiatieven het Nederlandse voorzitterschap de komende zes weken nog zal nemen.
Volgens Camiel EURLINGS (EVP-ED, NL) verkeert Nederland in vertwijfeling. Evenals Blokland complimenteert Eurlings de heer Balkenende met de wijze waarop hij leiderschap toont in deze moeilijke tijd. Tolerantie kan niet zonder het trekken van grenzen. Eurlings verwijst naar het Tampere II proces. Het komt erop aan, prioriteiten te geven aan concrete actiepunten op de korte termijn. Het kan niet zo zijn, dat de JBZ-Raad nu zegt informatie over aanslagen automatisch uit te wisselen. Dit moet allang het geval zijn. De Lissabonstrategie moet worden voortgezet, maar niet met een Supercommissaris. Communicatie is ook een belangrijk punt. Er moet een Statuut van de Leden komen, anders zal het Parlement telkens weer kritiek over zich afroepen.
Sophie IN 'T VELD (ALDE/ADLE, NL) zegt dat het rapport Kok over de Lissabonstrategie de vinger op de zere plek legt: de remedie is bekend, maar het ontbreekt aan actie. Wat denkt het voorzitterschap daaraan te doen? Er wordt weleens een tegenstelling geschapen tussen concurrentiekracht en solidariteit. Dat is onterecht: liberalisering versterkt juist het sociale model. Vrije markten hebben meer producten en meer diensten binnen het bereik van meer mensen gebracht. We moeten niet terug naar staatsmonopolies, dat zou een verspilling van middelen zijn. Het programma van Den Haag is een Europese aangelegenheid. Vrijheid en veiligheid zijn de raisons d'être van de EU. Het is onbegrijpelijk dat lidstaten zich op hun soevereiniteit beroepen om niet samen te hoeven werken. Er staan mensenlevens op het spel. De EU moet strijden tegen haat en racisme.
Ria OOMEN-RUIJTEN (EVP-ED, NL) heeft grote waardering voor de prima resultaten die bereikt zijn met betrekking tot het programma van Den Haag. De ruimte van vrijheid is voor de burgers dichterbij gebracht. Dan Lissabon: Oomen-Ruijten steunt het uitgangspunt dat economische groei, sociale cohesie en duurzaamheid de drie fundamenten van de strategie dienen te zijn. Het is nodig om economische groei te bereiken en weer mee te spelen in de wereld. Dat is geen doel op zichzelf, maar is noodzakelijk om het Europese sociale model te kunnen handhaven. Wat het verlichten van de regeldruk betreft: het EP wil zichzelf bij het aannemen van nieuwe wetgeving onderwerpen aan een impacttoets. Laat dat een voorbeeld zijn.
Ieke VAN DEN BURG (PES, NL) vindt dat ten aanzien van de Lissabonstrategie terecht niet wordt getornd aan de samenhang van economisch, sociaal en duurzaamheidsbeleid. Van het ondergeschikt maken van sociale en milieudoelstellingen kan geen sprake zijn, ook al staan groei en werkgelegenheid terecht centraal. Het is jammer dat het mandaat om een consistente strategie te ontwikkelen niet wat meer is toegespitst op het gezamenlijke macro-economische beleid. In dat opzicht is er namelijk allang sprake van één Europese economie.
Met genoegen heeft de PES de intentie genoteerd om het Europees Parlement beter bij de voorbereiding van het beleid rondom de Voorjaarstop en de Lissabonstrategie te betrekken. Wat voor de PES belangrijk is, is dat in de tijdsplanning rekening wordt gehouden met de agendamogelijkheden van het Parlement. De socialisten willen de nationale parlementen beter bij de Lissabonstrategie betrekken.
Het effectiever maken van de Lissabonstrategie hangt eerst en vooral af van de bereidheid van lidstaten om echt in EU-verband samen te werken. De kracht van de Unie ten opzichte van andere economische blokken als de VS en China, ligt in een gezamenlijke strategie. Het is daarom noodzakelijk niet alleen naar het saldo van inkomsten en uitgaven van de lidstaten in het kader van het Stabiliteitspact kijken, maar ook naar de kwaliteit van de openbare financiën.
Jeanine HENNIS-PLASSCHAERT (ALDE/ADLE, NL) betreurt dat de Raad de Europese Top niet heeft benut om afstand te nemen van de ontstellende gebeurtenissen in Nederland. De Top was dé gelegenheid om ook als Unie een vuist te maken tegen radicale moslims met een fundamentalistische uitleg van de Koran. Heilige huisjes mogen in de discussie niet uit de weg worden gegaan. De verklaring aangaande terrorismebestrijding - aangenomen na de aanslagen in Madrid - als ook de benoeming van Gijs de Vries zet weinig zoden aan de dijk als de lidstaten mooie woorden niet omzetten in daden. Europese daadkracht, ook van de lidstaten, is een must.