EP wenst permanente zetel EU in Veiligheidsraad VN
Armin LASCHET (EVP-ED, DE), namens de Commissie buitenlandse zaken
Ontwerpresolutie over de hervorming van de Verenigde Naties
Doc.: B6-0328/2005
Procedure : Ontwerpresolutie
Debat : 8 juni 2005
Stemming : 9 juni 2005
Ontwerpresolutie aangenomen
Het Europees Parlement is ervan overtuigd dat de volgende elementen centraal moeten staan in de hervorming van de VN-Veiligheidsraad: de versterking van de autoriteit van de Raad, het (geografisch gezien) daadwerkelijk representatieve karakter ervan, zijn legitimiteit, effectiviteit en primaire rol bij het handhaven van internationale vrede en veiligheid. Het EP is overtuigd van de noodzaak van verandering van de samenstelling van de Veiligheidsraad op een wijze die rekening houdt met de huidige geopolitieke realiteit. Het Parlement denkt daarbij aan:
-
-het verhogen van het aantal ontwikkelingslanden in de Raad;
-
-het waarborgen dat de leden van de Raad bereid en in staat zijn op te treden wanneer daar behoefte aan bestaat;
-
-het gebruik van efficiëntere en transparantere werkmethodes.
Het Parlement benadrukt dat een EU-zetel in de VN-Veiligheidsraad, zodra aan de politieke, constitutionele en wettelijke voorwaarden daarvoor is voldaan, voor de EU het voornaamste doel blijft.
Het Parlement steunt de ontwikkeling door de VN van een contra-terrorismestrategie die mensenrechten en de rechtsstaat eerbiedigt en die stoelt op de volgende vijf pijlers:
-
-het ontmoedigen van terrorisme of het geven van steun daaraan;
-
-het verhinderen dat terroristen toegang krijgen tot financiële middelen;
-
-het staten beletten steun te geven aan terrorisme;
-
-het ontwikkelen van de capaciteit van staten om terrorisme te bestrijden;
-
-het verdedigen van de mensenrechten.
Het EP is het ten volle eens met de oproepen van de VN-secretaris-generaal om:
-
-de doelstelling van 0,7% van het BBP voor officiële ontwikkelingshulp te halen;
-
-de bijzondere behoeften van Afrika te erkennen;
-
-een aantal zogenaamde 'quick-win'-initiatieven te lanceren om op korte termijn belangrijke vooruitgang te boeken in de richting van verwezenlijking van de millenniumdoelstellingen voor ontwikkeling. Het EP verwijst hierbij expliciet naar de afschaffing, in de ontwikkelingslanden, van gebruikersvergoedingen voor elementaire volksgezondheidsdiensten en onderwijs.
De parlementariërs benadrukken dat de UNESCO een van de belangrijkste agentschappen van de VN is, met een wereldwijde verantwoordelijkheid voor onderwijs, wetenschap en cultuur. De leden roepen de lidstaten op de UNESCO meer begrotingsmiddelen ter beschikking te stellen om zijn belangrijke takenpakket te kunnen uitvoeren. De secretaris-generaal van de VN wordt uitgenodigd om voor armoedebestrijding en onderwijsmaatregelen, alsook voor het waarborgen van culturele verscheidenheid systematisch gebruik te maken van UNESCO-bijdragen.
Voorts roept het EP op tot de opwaardering van het Milieuprogramma van de VN (UNEP) tot een gespecialiseerd VN-agentschap voor het milieu. Dit agentschap moet worden uitgerust met voldoende financiële, materiële en menselijke middelen en moet de bevoegdheid krijgen te zorgen voor eerbiediging van multilaterale milieu-overeenkomsten door regeringen, internationale economische instellingen en multinationals. Het Parlement vraagt bovendien om samenhangende nieuwe maatregelen voor het aanpakken van de klimaatverandering, woestijnvorming, biodiversiteit en de problematiek van 'milieuvluchtelingen'.