Geert Wilders is tegen de Europese Grondwet vanwege Turkije

Het Tweede-Kamerlid Geert Wilders i heeft vanochtend de aftrap gegeven voor de campagne rond het referendum over de Europese Grondwet. Wilders roept Nederlanders op tegen de EU-grondwet te stemmen omdat deze te veel macht aan Turkije zou geven. Dit meldde hij vanochtend in het Radio 1 Journaal.

Een belangrijk pijnpunt in de Europese Grondwet is voor Wilders de nieuwe stemverdeling in de Raad van Ministers. "Die Europese grondwet, en dat is een groot verschil met de huidige situatie, zegt dat landen met veel inwoners veel meer invloed krijgen dan landen met minder inwoners. Zo kan Turkije, dat dadelijk het grootste Europese land zal worden, de grootste invloed krijgen op de wetten in Nederland."

Achtergronden

Momenteel is Duitsland met 82 miljoen inwoners de EU-lidstaat met de meeste inwoners. In het Europees Parlement heeft Duitsland de meeste zetels, in de Raad van Ministers is het stemgewicht ("de macht") nu gelijk aan dat van Italië, Frankrijk en Groot-Brittannië.

Met de nieuwe Europese Grondwet wijzigen de stemverhoudingen in de Raad van Ministers (artikel I-25 i van de EU-Grondwet). Deze worden afhankelijk van de bevolkingsomvang van een lidstaat. Duitsland (82 miljoen inwoners op een EU-totaal van 455 miljoen inwoners) krijgt hierdoor een groter stemgewicht dan Frankrijk, Groot-Brittanië en Italië (die alledrie zo'n 60 miljoen inwoners hebben). De Europese Grondwet heeft waarborgen ingebouwd die voorkomen dat een klein aantal grote lidstaten beslissingen kunnen doordrukken of blokkeren.

Recente ramingen van het gezaghebbende "Population Reference Bureau" (PRB) gaan uit van een Duitse bevolkingsomvang van 82 miljoen mensen in 2025 (hetzelfde als nu). Volgens het PRB zou de Turkse bevolking groeien van 71 miljoen in 2004 tot 89 miljoen in 2025.

Bij een eventueel Turks lidmaatschap (wellicht over vijftien jaar) ligt het voor de hand dat Turkije een grote afvaardiging zal hebben in het Europees Parlement, en een groot stemgewicht in de Raad van Ministers. Over de precieze invulling hiervan moeten diplomaten te zijner tijd onderhandelen.

Bron: Nu.nl, PDC