Mr. J.B. (Jan) Kan

foto Mr. J.B. (Jan) Kan
Naar de grotere foto (verschijnt in een nieuw venster)
bron: Beeldbank Nationaal Archief
Met dank overgenomen van Parlement.com.

Topambtenaar, die vanaf zijn vierendertigste als secretaris-generaal vele minister-presidenten diende. Onderhandelde in november 1918 met de Duitse keizer over diens ballingschap. In 1926 aangezocht als formateur van een ambtenarenkabinet, wat hij weigerde. Werd wel minister van Binnenlandse Zaken en Landbouw in het eerste kabinet-De Geer i, een functie die hij combineerde met die van secretaris-generaal. Bracht onder meer een wijziging van de Kieswet tot stand die stemmen bij volmacht mogelijk maakte. Viel op door zijn sportiviteit (hij was oud-voetballer en voetballiefhebber) en kleding (droeg als enige vrij zelden een hoed). Populairste minister van zijn tijd. Later staatsraad. Zijn vader was rector en kwam uit een oorspronkelijk Joodse familie. Vader van de cabaretier Wim Kan.

Liberaal, maar partijloos
functie(s) in de periode 1908-1947: minister, lid Raad van State, secretaris-generaal

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Personalia

voornamen (roepnaam)
Johannes Benedictus (Jan)

geboorteplaats en -datum
Nijmegen, 18 mei 1873

overlijdensplaats en -datum
's-Gravenhage, 8 mei 1947

2.

Partij/stroming

stroming(en)
liberaal (links-liberaal)

partij(en)
partijloos

3.

Hoofdfuncties/beroepen (6/10)

  • hoofd afdeling algemene zaken en comptabiliteit (rang: referendaris), ministerie van Binnenlandse Zaken, van 16 juli 1905 tot 1 april 1908
  • secretaris-generaal ministerie van Binnenlandse Zaken, van 1 april 1908 tot 1 januari 1931 (onbezoldigd voortgezet tijdens ministerschap)
  • secretaris-generaal in algemene dienst, tot bijstand van de (tijdelijke) voorzitter van de raad van ministers, van 1 januari 1919 tot 1 januari 1931 (onbezoldigd voortgezet tijdens ministerschap)
  • minister van Binnenlandse Zaken en Landbouw, van 8 maart 1926 tot 10 augustus 1929
  • waarnemend minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, van 10 november 1927 tot 31 januari 1928 (in verband met ziekte van minister Waszink)
  • lid Raad van State, van 10 februari 1931 tot 8 mei 1947 (benoemd bij K.B. van 19 december 1930)

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Nevenfuncties (2/13)

  • lid Raad van Commissarissen N.V. Nederlandsche Spoorwegen, vanaf 1938
  • adviseur voor algemene zaken van de regeringscommissaris voor de wederopbouw, vanaf september 1940

afgeleide functies, presidia etc. (2/4)
  • lid afdeling Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen (Raad van State)
  • lid afdeling geschillen van bestuur (Raad van State)

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

5.

Opleiding

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

6.

Activiteiten

als bewindspersoon (beleidsmatig)
  • Ontwierp een herziening van de Gemeentewet en nieuwe Pachtwet
  • Belangrijkste benoemingen tijdens zijn ministerschap: F.A.C. graaf van Lynden van Sandenburg (arp, vicepresident Raad van State), jhr. A.B.G.M. van Rijckevorsel (rk, Commissaris der Koningin in Nood-Brabant), jhr. H.A. van Karnebeek (lib., Commissaris der Koningin in Zuid-Holland), P. Droogleever Fortuyn (lib., burgemeester van Rotterdam),

als bewindspersoon (wetgeving) (3/8)
  • Bracht in 1928 samen met minister De Geer de Natuurschoonwet (Stb. 63) tot stand. Deze wet biedt eigenaren van landgoederen die onder de wet vallen, vermindering van belasting indien zij hun landgoed onderhouden. De wet heeft alleen betrekking op met bossen bezette landgoederen.
  • Bracht in 1928 een wijziging van de Kieswet tot stand. Hierdoor werd het ook bij de Statenverkiezingen mogelijk de stem uit te brengen buiten de woonplaats (mits binnen de eigen woonprovincie). Verder konden voortaan kiezers die vanwege beroep of werkzaamheden op de dag van de stemming afwezig waren vóór 1 januari van het verkiezingsjaar een volmacht afgeven.
  • Bracht in 1929 samen met minister De Geer de Financiële-Verhoudingswet tot stand, waarbij onder meer het Gemeentefonds wordt ingesteld. De gemeentelijke inkomstenbelasting werd vervangen door een Gemeentefondsbelasting waaruit het Gemeentefonds werd gevoed. Daarnaast werden er 50 opcenten op de vermogensbelasting geheven. De gelden uit het Gemeentefonds werden verdeeld op basis van vijfjaarlijks vast te stellen uitgaven voor onderwijs, politie en armenzorg en het gemiddelde inkomen per inwoner in een gemeente.

U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.

7.

Wetenswaardigheden

algemeen
  • Werd op 10 november 1918 in de hoedanigheid van secretaris-generaal in algemene dienst samen met W.J. Doude van Troostwijk, chef van het kabinet van de minister van Buitenlandse Zaken, naar Eijsden gezonden om met de afgezette Duitse keizer Wilhelm te onderhandelen over diens (voorlopige) asielverzoek. Verzorgde nadien ook steeds, tot de Nederlandse capitulatie in mei 1940, namens de regering de contacten met de ex-keizer. Hetzelfde gold voor de contacten met de oudste zoon van de keizer, de eveneens naar Nederland uitgeweken kroonprins, vanaf diens grensoverschrijving op 12 november 1918 tot aan zijn terugkeer naar Duitsland op 10 november 1923. De Duitse ex-keizer woonde de eerste anderhalf jaar op kasteel Amerongen en vanaf 15 mei 1920 in Huis Doorn; zijn zoon was aanvankelijk ondergebracht op kasteel Hillenraad bij Swalmen en was vanaf 22 november 1918 geïnterneerd op het toenmalige eiland Wieringen.
  • Trad bij afwezigheid (met name vanwege ziekte) van minister Ruijs de Beerenbrouck enkele keren op als diens 'vervanger'
  • Speelde een belangrijke rol bij de formatie in 1926; werd zelf genoemd als formateur van een ambtenarenkabinet

uit de privésfeer (3/4)
  • Liefhebber van de voetbalsport. Was in zijn jeugdjaren actief en maakte deel uit van het eerste officieuze Nederlands Elftal. Was de eerste Nederlandse voetballer die voor zijn club een strafschop mocht nemen.
  • Werd op dezelfde dag als H.J. Knottenbelt ingeschreven als student in Leiden en was tevens een jaargenoot van Ch. Ruijs de Beerenbrouck en J.A.N. Patijn
  • Vader van Wim Kan, cabaretier

anekdotes en citaten
  • Als hij een zwembad moest openen, deed hij dat door een duik in het water te nemen; als er ijs lag, ging hij met prinses Juliana schaatsen.

niet-aanvaarde politieke functies
  • secretaris-generaal ministerie van Binnenlandse Zaken, mei 1940 (gevraagd door generaal Winkelman)

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

8.

Publicaties van/over

literatuur/documentatie
  • H.P.H. Nusteling, "Kan (jr.), Johannes Benedictus (1873-1947)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel II, 282
  • D. Hillenius, "Mr. J.B. Kan", in: VNG-Magazine, 14 en 28 april 2000
  • Pieter van den Broeke, "Minister Kan", in rubriek "Door het leven", AD/Haagsche Courant, 26 janauri 2013
  • P.J. Oud, "Het Jongste Verleden", deel III, 84 e.v.
  • Ned. Patriciaat, 1978

Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland

9.

Familie/gezin

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Uitgebreide versie

Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.

Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.

De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.