Mr. H. (Hans) van den Broek
Juridisch geschoolde CDA-politicus, die lange tijd minister van Buitenlandse Zaken was. Begon zijn loopbaan als advocaat in Rotterdam en was later werkzaam bij Enka in Arnhem. Justitie-woordvoerder van de KVP en het CDA in de Tweede Kamer. Werd in 1982, na één jaar staatssecretaris te zijn geweest, minister. Gold als een overtuigd aanhanger van de Atlantische samenwerking en verdedigde van harte het NAVO-besluit om kruisraketten te plaatsen in Nederland. Dreigde met name op Europees gebied soms overvleugeld te worden door de premier. Was enige tijd 'kroonprins' bij het CDA. Na zijn ministerschap Europees Commissaris voor buitenlandse betrekkingen. Geen voorstander van een moraliserende buitenlandse politiek. Kwam vaak nogal zelfstandig tot zijn beleidskeuzes. Kreeg in 2005 de titel minister van staat.
KVP, CDA
functie(s) in de periode 1976-1999: lid Tweede Kamer, staatssecretaris, minister, lid Europese Commissie
Inhoudsopgave van deze pagina:
Henri (Hans)
geboorteplaats en -datum
Parijs (Frankrijk), 11 december 1936partij(en)
-
-KVP (Katholieke Volkspartij), tot 11 oktober 1980
-
-CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 11 oktober 1980
-
-advocaat en procureur, advocatenkantoor "Blom & Dutilh" te Rotterdam, van 1965 tot 1968
-
-directiesecretaris N.V. ENKA-Glanzstoff te Arnhem, van 1969 tot 1973
-
-lid gemeenteraad van Rheden, van 1 september 1970 tot 21 augustus 1974
-
-commercieel manager produktiegroep industriële garens, N.V. ENKA-Glanzstoff te Arnhem, van 1973 tot 1976
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 12 oktober 1976 tot 11 september 1981
-
-staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (belast met Europese samenwerking), van 11 september 1981 tot 4 november 1982
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 16 september 1982 tot 4 november 1982
-
-minister van Buitenlandse Zaken, van 4 november 1982 tot 3 januari 1993
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 3 juni 1986 tot 14 juli 1986
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 september 1989 tot 7 november 1989
-
-lid Europese Commissie, belast met externe betrekkingen, gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid en uitbreiding, van 6 januari 1993 tot 25 januari 1995
-
-lid Europese Commissie, belast met externe betrekkingen met Midden- en Oost-Europa, de voormalige Sovjet-Unie, Turkije, Cyprus, Malta en andere Europese landen, gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid, mensenrechten en externe diplomatieke missies, alsmede uitbreiding van de Europese Unie, van 25 januari 1995 tot 17 september 1999 (sinds maart 1999 'demissionair')
ambtstitel
-
-minister van staat, vanaf 25 februari 2005
takenpakket (staatssecretaris)
-
-Was als staatssecretaris belast met 1. aangelegenheden betreffende de samenwerking in en de integratie van Europa; 2. bilaterale en multilaterale (inclusief wereldwijde) aangelegenheden op economisch en sociaal terrein, op cultureel, wetenschappelijk en technologisch terrein; 3. verkeersaangelegenheden; 4. aangelegenheden betreffende het milieu, een en ander voorzover de minister de behandeling daarvan niet aan zichzelf voorbehield.
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
vorige (2/12)-
-lid ICNND (Advisory Board International Commission on Nuclear Non-Proliferation and Disarmament), vanaf 2009 (neergelegd in de periode 2010-2012)
-
-lid Advisory Board M&A Bureau Stuart Lammert & Co. te Toronto, Canada, tot 2010
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
afgeleide functies, presidia etc.
-
-ondervoorzitter bijzondere commissie voor de grondpolitiek (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van 13 april 1978 tot 11 september 1981
-
-lid bijzondere commissie van onderzoek naar de kennis, die personen hadden van het oorlogsverleden van mr. W. Aantjes en de wijze waarop deze kennis was verkregen en gehanteeerd werd (Tweede Kamer der Staten-Generaal), van december 1978 tot augustus 1979
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër-
-Hield zich als Tweede Kamerlid vooral bezig met justitie-aangelegenheden (stakingsrecht, asielbeleid, positie zigeuners, onteigeningswet) en met zaken betreffende de Nationale Ombudsman. Daarnaast sprak hij over onderwerpen op het gebied van buitenlandse zaken en ontwikkelingssamenwerking.
opvallend stemgedrag (0/5)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/23)
-
-Bracht in 1991 een beleidsbrief uit over de Europese veiligheidssamenwerking, toegespitst op de verhouding tussen NAVO, EG en WEU. De wenselijkheid van de totstandkoming van een Europese Politieke Unie met een gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid en op termijn een gemeenschappelijke rol op het gebied van defensie wordt onderschreven. Dat mag echter niet de transatlantische relatie verzwakken, maar moet die juist versterken. Militair-operationele samenwerking blijft zich binnen de NAVO voltrekken. De militair-operantionele activiteiten van de WEU zijn complementair en blijven beperkt tot buiten NAVO-verdragsgebied. (21.592, nr. 20)
-
-Tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de EG in de tweede helft van 1991 had hij intensieve bemoeienis met de pogingen om te oorlog in Joegoslavië te beëindigen
-
-Samen met minister-president Lubbers had hij een groot aandeel in de besprekingen over de Europese Politieke Unie en de Europese topconferentie in Maastricht in december 1991
als bewindspersoon (wetgeving) (3/4)
-
-Bracht in 1988 samen met minister Van Eekelen een wet (Stb. 143) tot stand over goedkeuring van drie overeenkomsten verband houdende met het tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie gesloten verdrag inzake de eliminatie van hun middellange en kortere afstandswapens. Er wordt afgezien van plaatsing van kruisvluchtwapens in Woensdrecht. Nederland staat Sovjet-inspecties toe op de vliegbasis. (20.414)
-
-Bracht in 1991 samen met minister Ter Beek wetten tot Goedkeuring van verdragen (CSE-verdragen) over vermindering van conventionele strijdkrachten in Europa tot stand. Die in november 1990 tot stand gekomen verdragen leiden tot reductie van in totaal 45.000 stuks tanks, pantsergevechtsvoertuigen, artillerie, gevechtsvliegtuigen en aanvalshelicopters. Daarmee werd feitelijk het einde van koude oorlog gemarkeerd. (22.223, 22.224 & 22.319)
-
-Bracht in 1992 samen met de ministers Lubbers en Kok en staatssecretaris Dankert de wet Goedkeuring van het op 2 februari 1992 in Maastricht tot stand gekomen verdrag inzake de Europese Unie tot stand. Dit Europese verdrag vormde de Europese Gemeenschap om tot Europese Unie. Voortaan behoren ook andere terreinen dan economische aangelegenheden en kernenergie tot het gemeenschappelijke Europese beleid. De bestaande EG-Verdragen werden uitgebreid met bepalingen over buitenlands en veiligheidsbeleid, sociaal beleid en onderdelen van de beleidsterreinen van justitie en binnenlandse zaken. Het Verdrag legde verder de basis voor de Economische en Monetaire Unie (EMU) en van de invoering van een gemeenschappelijke munt (de euro). (22.647)
op het gebied van de EU (3/18)
-
-Hechtte in maart 1998 zijn goedkeuring aan de toetredingspartnerschappen voor tien kandidaat-lidstaten uit Midden- en Oost-Europa
-
-Presenteerde in november 1998 plannen over de 'noordelijke dimensie' van het Europese buitenlandse beleid, inzake de EU-samenwerking met Rusland en de Oostzeeregio op onder meer energie, milieu en nucleaire veiligheid
-
-Presenteerde in juni 1999 een werkprogramma voor een Europees bureau voor de wederopbouw van Kosovo
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
algemeen-
-Pleitte in 1980, nadat enkele CDA-Tweede Kamerleden vóór een motie van afkeuring hadden gestemd, in het dagblad Trouw voor het in het reglement van de CDA-fractie opnemen van sanctiemaatregelen tegen dissidenten
-
-Verlangde en kreeg op 22 september 1988 vertrouwen van de Tweede Kamer voor zijn paspoortbeleid, nadat hijzelf om ondubbelzinnige helderheid over de vertrouwensvraag had gevraagd en premier Lubbers met een kabinetscrisis had gedreigd. Hij nam wel de aanbevelingen van de enquêtecommissie over, maar aanvaardde niet een hard oordeel over zijn ministerie. In november 1988 werd het contact net de firma KEP voor de vervaardiging van het paspoort eenzijdig door de Staat opgezegd.
-
-Kwam in 1992 in politieke problemen, nadat een voorgenomen bezoek van hem en Lubbers aan Zuid-Afrika voortijdig was uitgelekt; coalitiepartner PvdA was niet op de hoogte van het bezoek
uit de privésfeer
-
-Schoonvader van Z.H. prins Maurits
-
-Zijn vader was chef van "Radio Oranje" te Londen
verkiezingen
-
-In 1986 nummer 4 op de CDA-kandidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen
-
-In 1989 nummer 3 op de CDA-kandidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen
-
-P. Rusman, "De laatste Koude-Oorlogsstrijder. Hans van den Broek (1982-1993), in: D. Hellema e.a. (red.), "De Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken in de twintigste eeuw" (1999), 269
-
-A.G. Harryvan en J. van der Harst, "Poortwachter van de Unie. Hans van den Broek, lid van de Europese Commissie (1993-1999)", in: G. Voerman e.a. (red.), "De Nederlandse eurocommissarissen" (2010), 237
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.