Mr. E.J.J.B. (Eppo) Cremers
Gefortuneerde Groninger van katholieken huize wiens eerste beroep minister van Buitenlandse Zaken was. Als aanbeveling voor die benoeming gold behalve dat hij financieel onafhankelijk was, dat hij veel gereisd had en zeven talen sprak. Ging in 1866 in over van het kabinet-Thorbecke II i naar het kortstondige kabinet-Fransen van de Putte i. Werd daarna Tweede Kamerlid en in 1885 Kamervoorzitter. In 1891 werd hij nog Eerste Kamerlid. Zeer bevriend met de vooraanstaande Groningse liberale hoogleraar B.D.H. Tellegen en met Fransen van de Putte. Op latere leeftijd trouwde hij met de pleegdochter van laatstgenoemde.
Liberalen, Liberale Unie
functie(s) in de periode 1864-1896: lid Tweede Kamer, voorzitter Tweede Kamer, lid Eerste Kamer, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
Epimachus Jacobus Johannes Baptista (Eppo)
geboorteplaats en -datum
Groningen, 15 juni 1823
overlijdensplaats en -datum
Zürich (Zwitserland), 27 oktober 1896stroming(en)
-
-liberaal
-
-'Puttiaan', van 1862 tot 1866 (getrouwen van I.D. Fransen van de Putte)
-
-minister van Buitenlandse Zaken, van 15 maart 1864 tot 1 juni 1866
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 13 december 1869 tot 11 oktober 1884 (voor het kiesdistrict Zuidhorn)
-
-waarnemend voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 januari 1884 tot 22 februari 1884 (na het vertrek van O. van Rees)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 22 februari 1884 tot 11 oktober 1884
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 17 november 1884 tot 18 mei 1886 (voor het kiesdistrict Zuidhorn)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 24 september 1885 tot 18 mei 1887
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 14 juli 1886 tot 17 augustus 1887 (voor het kiesdistrict Zuidhorn)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 19 september 1887 tot 27 maart 1888 (voor het kiesdistrict Zuidhorn)
-
-voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 september 1887 tot 27 maart 1888
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 1 mei 1888 tot 17 januari 1891 (voor het kiesdistrict Zuidhorn)
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 26 januari 1891 tot 15 september 1896 (voor Zuid-Holland)
ambtstitel
-
-minister van staat, van 5 december 1887 tot 27 oktober 1896
(in)formateurschap(pen)
-
-kabinetsformateur (met I.D. Fransen van de Putte en later ook G. de Vries), van 12 juli 1879 tot 22 juli 1879 (poging mislukt)
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
-
-officier schutterij te Groningen, vanaf 1849
-
-lid Staatscommissie inzake de Grondwetsherziening (Staatscommissie-J. Heemskerk), van 11 mei 1883 tot 18 maart 1885
afgeleide functies, presidia etc. (2/27)
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van december 1893 tot september 1894
-
-lid Centrale Afdeling (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van april 1895 tot september 1895
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër-
-Sprak in de Tweede Kamer over uiteenlopende onderwerpen (onder andere over buitenlandse zaken, onderwijs, Suriname en justitie)
-
-Sprak in de Eerste Kamer vrij zelden; onder meer bij twee belastingontwerpen
opvallend stemgedrag (0/4)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig)
-
-Tijdens zijn ministerschap werd Limburg (in mei 1866) losgemaakt uit de Duitse Bond. In november 1867 verklaarde zijn opvolger, Van Zuylen van Nijevelt, dat deze losmaking de ontstemming van Pruisen had gewekt. Het liberale Kamerlid Geertsema toonde daarop particuliere brieven van de gezant in Berlijn aan Cremers waaruit moest blijken dat de losmaking met instemming van Pruisen was geschied. De door de regering opgeëiste brieven werden ter beschikking van de Tweede Kamervoorzitter gesteld.
-
-Werd in november 1884 bij het opmaken van de voordracht voor het voorzitterschap verslagen door Æ. baron Mackay. Hij kreeg 38 stemmen, tegen 41 voor Mackay.
-
-Versloeg op 22 september 1885 bij het opmaken van de voordracht voor het voorzitterschap Æ. baron Mackay. Hij kreeg in de tweede stemronde 42 stemmen, tegen 41 voor Mackay.
-
-Werd in juli 1896 herkozen als Eerste Kamerlid, maar overleed voor zijn beëdiging
uit de privésfeer (3/6)
-
-Bleef aanvankelijk vrijgezel, omdat hij meende niet gezond genoeg te zijn. Hij trouwde op 42-jarige leeftijd met een 21-jarige jongere vrouw, van wie I.D. Fransen van de Putte de voogd was
-
-Zijn zoon Ernest was gehuwd met een dochter van jhr. J.W.G. Boreel van Hogelanden, Tweede Kamerlid
-
-Zijn vader was president-burgemeester van Groningen en lid van Provinciale Staten van Groningen
anekdotes en citaten
-
-Het ministerschap van Buitenlandse Zaken was zijn eerste betaalde functie
verkiezingen (3/7)
-
-Versloeg in 1887 bij de algemene verkiezingen S. van Velzen jr. (arp)
-
-Versloeg in 1888 S. van Velzen jr. (arp) na herstemming
-
-Versloeg in 1890 bij een tussentijdse verkiezing van een Eerste Kamerlid in Provinciale Staten van Zuid-Holland met 39 tegen 23 stemmen C.J. van der Oudermeulen
niet-aanvaarde politieke functies
-
-Bedankte tweemaal voor het ministerschap op Buitenlandse Zaken
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
literatuur/documentatie-
-Castoretpollux, "In de Tweede Kamer. Portretten" (1881)
-
-M.W. Jurriaanse, "De Nederlandse ministers van Buitenlandse Zaken 1813-1900"
-
-Ned. Patriciaat, 1952
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.