Aanlandingsplicht voor vis: voorlopig akkoord tussen EU-instellingen

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op donderdag 29 januari 2015.

Op 29 januari 2015 hebben de Raad en het Europees Parlement voorlopige politieke overeenstemming bereikt over de invoering van de aanlandingsplicht voor de visserij, ook "omnibusverordening" genoemd, tijdens een tweede informele trialoogvergadering over dit thema.

Het Comité van permanente vertegenwoordigers (Coreper) zal hierover in de komende dagen worden ingelicht. Als de definitieve tekst beschikbaar is, zal de verordening op de agenda van het Europees Parlement en van de Raad worden gezet voor goedkeuring, voordat de verordening definitief wordt aangenomen.

Een kerndoelstelling van het herziene gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) is de geleidelijke eliminatie van de teruggooi in alle EU-visserijen door middel van de invoering van een aanlandingsplicht voor alle soorten. De "omnibusverordening" bevat een pakket wijzigingen in bestaande verordeningen inzake technische maatregelen en controle, met als doel de aanlandingsplicht in te voeren die onder het herziene GVB is overeengekomen.

De Raad en het Europees Parlement hebben met name een akkoord bereikt over een aantal punten met betrekking tot het vereenvoudigen van de bepalingen en het verminderen van de administratieve last voor vissers en controle-instanties:

  • De Commissie zal een jaarlijks verslag opstellen over de toepassing van de aanlandingsplicht, op basis van de beschikbare informatie die zij ontvangt van de lidstaten, de adviesraden en andere bronnen
  • Er is bevestigd dat het ontstaan van parallelmarkten voor ondermaatse vis moet worden voorkomen
  • Er is een pragmatische oplossing voor de opslag van vis aan boord van vissersvaartuigen overeengekomen.