Tot 5 miljoen mensen kunnen meedoen aan nieuw programma 'Erasmus voor iedereen'

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op woensdag 23 november 2011.

Brussel, 23 november 2011 - Tot 5 miljoen mensen, bijna tweemaal zo veel als nu, krijgen de kans om in het buitenland te studeren of een opleiding te volgen met een beurs van Erasmus i voor iedereen, het nieuwe programma van de Europese Unie i voor onderwijs, opleiding, jeugd en sport dat de Europese Commissie vandaag heeft voorgesteld. Deze groep bestaat volgens dit voorstel uit bijna 3 miljoen studenten in het hoger onderwijs en praktijkstagestudenten. Daarnaast zullen volgens dit voorstel ook voltijdse masterstudenten baat hebben bij een nieuwe garantieregeling voor leningen die door de Europese Investeringsbank i is opgezet. Het zeven jaar durende programma Erasmus voor iedereen, met een totale begroting van 19 miljard EUR, moet van start gaan in 2014.

"Investeren in onderwijs en opleiding is beste investering die we kunnen doen voor de toekomst van Europa. Studeren in het buitenland stimuleert de vaardigheden, de persoonlijke ontwikkeling en het aanpassingsvermogen van mensen en maakt ze beter inzetbaar. Wij willen er zeker van zijn dat veel meer mensen profiteren van de steun die de EU voor deze kansen biedt. Wij moeten ook meer investeren om de kwaliteit van onderwijs en opleiding op alle niveaus te verbeteren, zodat we tot de besten van de wereld behoren en voor meer banen en meer groei kunnen zorgen ", aldus Androulla Vassiliou i, Europees commissaris i voor onderwijs, cultuur, meertaligheid en jeugdzaken.

Het voorstel ‘Erasmus voor iedereen’ van de Commissie biedt de mogelijkheid:

  • voor 2,2 miljoen studenten uit het hoger onderwijs om een beurs te ontvangen om een deel van hun studie en opleiding in het buitenland door te brengen (tegenover 1,5 miljoen in de huidige programma’s).
  • Dit aantal omvat 135 000 studenten die steun ontvangen om in een land buiten de EU te studeren en studenten van buiten de EU die in de EU komen studeren;
  • voor 735 000 praktijkstagestudenten om een deel van hun studie en opleiding in het buitenland door te brengen (tegenover 350 000 in het huidige programma);
  • 1 miljoen docenten, opleiders en jongerenwerkers zullen middelen ontvangen om in het buitenland onderwijs of opleidingen te verzorgen (tegenover 600 000 in de huidige programma’s);
  • voor 700 000 jongeren om stage te lopen bij een onderneming in het buitenland (tegenover 600 000 in het huidige programma);
  • voor 330 000 masterstudenten om een garantie op een lening te krijgen om een studie in het buitenland te financieren in het kader van een volledig nieuwe regeling;
  • voor 540 000 jongeren om in het buitenland vrijwilligerswerk te doen of deel te nemen aan jongerenuitwisselingen (tegenover 374 000 in het huidige programma);
  • voor 34 000 studenten om een beurs te ontvangen voor een gezamenlijke graad, waarbij zij aan minstens twee hogeronderwijsinstellingen in het buitenland studeren (tegenover 17 600 in het huidige programma);
  • voor 115 000 instellingen/organisaties op het gebied van onderwijs, opleiding en/of jeugdactiviteiten of voor andere organen om middelen te ontvangen teneinde meer dan 20 000 ‘strategische partnerschappen’ op te zetten om gezamenlijke initiatieven uit te voeren en de uitwisseling van kennis en ervaring te bevorderen;
  • voor 4 000 onderwijsinstellingen en ondernemingen om 400 ‘kennisallianties’ en ‘allianties voor bedrijfstakspecifieke vaardigheden’ op te zetten en zo inzetbaarheid, innovatie en ondernemerschap te bevorderen.

Achtergrond

Erasmus voor iedereen verenigt alle huidige EU- en internationale regelingen op het gebied van onderwijs, opleiding, jeugd en sport en vervangt zeven bestaande programma’s 1 door één programma. Dit zal de efficiëntie vergroten, het gemakkelijker maken om beurzen aan te vragen en overlappingen en versnippering verminderen. De Commissie stelt een verhoging van ongeveer 70% ten opzichte van de huidige begroting van zeven jaar voor. Hierdoor zou 19 miljard EUR worden uitgetrokken voor het nieuwe programma in 2014-2020. Bij dit bedrag wordt rekening gehouden met inflatie en met de voorziene uitgaven voor internationale samenwerking.

Het nieuwe programma zal gericht zijn op de toegevoegde waarde en het systemisch effect voor de EU, met ondersteuning voor drie soorten actie: leermogelijkheden voor individuen, zowel binnen de EU als daarbuiten; institutionele samenwerking tussen onderwijsinstellingen, jeugdorganisaties, ondernemingen, plaatselijke en regionale autoriteiten en ngo’s; ondersteuning voor hervormingen in lidstaten om de onderwijs- en opleidingsstelsels te moderniseren en innovatie, ondernemerschap en inzetbaarheid te bevorderen.

Twee derde van de steun is bestemd voor mobiliteitsbeurzen voor de bevordering van kennis en vaardigheden.

Door de gestroomlijnde opzet van het nieuwe programma - in combinatie met de aanzienlijk gestegen investeringen - kan de EU veel meer mogelijkheden bieden voor studenten, stagiairs, jongeren, docenten, jeugdwerkers en anderen om hun vaardigheden, persoonlijke ontwikkeling en kansen op werk te verbeteren. Erasmus voor iedereen is ook gericht op de bevordering van onderwijs en onderzoek op het gebied van Europese integratie en breedtesport.

Sinds 2007 hebben gemiddeld 400 000 mensen per jaar een EU-beurs ontvangen voor studie, opleiding of vrijwilligerswerk in het buitenland. Volgens het voorstel van de Commissie zou dit cijfer bijna verdubbelen tot 800 000. (In 2010 ontvingen in de 27 lidstaten 560 000 personen een beurs, zie bijlage 1).

Volgende stappen

Dit voorstel wordt momenteel besproken door de Raad i (27 lidstaten) en het Europees Parlement i, die de uiteindelijke beslissing over het begrotingskader voor de periode 2014-2020 zullen nemen.

Voor meer informatie:

Zie ook MEMO/11/818

http://ec.europa.eu/education/erasmus-for-all

De website van Commissaris Vassiliou:

http://ec.europa.eu/commission_2010-2014/vassiliou

Europese Commissie: website over onderwijs en opleiding

Bijlage 1:

De tabel vermeldt het aantal ontvangers van EU-subsidies voor studie, opleiding en vrijwilligerswerk in het kader van het programma voor Een leven lang leren en Jeugd in actie in 2010. (Erasmus voor iedereen zal beide programma’s omvatten en heeft als doel het aantal begunstigden in de hele EU vrijwel te verdubbelen).

 

Land

Aantal deelnemers*

Programma Een leven lang leren

Jeugd in actie

Totaal

België

12000

4500

16500

Bulgarije

6000

5000

11000

Cyprus

1500

1000

2500

Denemarken

6000

2000

8000

Estland

3000

5000

8000

Finland

23500

2000

25500

Frankrijk

52000

11000

63000

Duitsland

63000

15000

78000

Griekenland

8000

2500

10500

Hongarije

8000

4500

12500

Ierland

4000

2000

6000

Italië

43500

6000

49500

Letland

4500

3000

7500

Litouwen

7000

4500

11500

Luxemburg

1000

900

1900

Malta

250

100

350

Nederland

19500

3000

22500

Oostenrijk

11000

2500

13500

Polen

23000

10500

33500

Portugal

21000

2500

23500

Roemenië

12500

7500

20000

Slowakije

6000

3500

9500

Slovenië

3500

2000

5500

Spanje

52000

10500

62500

Tsjechië

14000

3000

17000

Zweden

8500

3500

12000

Verenigd Koninkrijk

20750

7500

28250

Totaal

435000

125000

560000

  • Alle aantallen zijn afgerond tot honderdtallen. De aantallen omvatten deelnemers in mobiliteitsprojecten die niet hebben gereisd om in het buitenland te studeren, te leren of te werken, zoals schoolklassen.

Bijlage 2:

Voorgestelde financiering per sector 2014-2020 ten opzichte van de programma 's van 2007-2013 (in miljoen EUR, EU-27)

 

Erasmus voor iedereen

Programma's 2007-2013

Gemiddeld per jaar

2014-2020

% stijging

Concentratie

Erasmus Hoger onderwijs (inclusief tertiair beroeps­onderwijs)

585

1100 - 1150

85 %-95 %

Studenten, personeel, gemeenschappelijke programma's, masters, strategische partnerschappen, kennisallianties

Erasmus Hoger Onderwijs -internationale dimensie (financiering rubriek 4)

220

259

17%

Studenten, personeel en capaciteitsopbouw, vooral in de omliggende landen

Erasmus Opleiding (beroepsonderwijs 1 en volwasseneneducatie)

330 waarvan 60 voor volwasseneneducatie

500 - 540, waarvan ongeveer 110 voor volwasseneneducatie

50 % - 60 % in totaal, ongeveer 80 % voor volwasseneneducatie

Studenten, personeel, strategische partnerschappen, allianties voor sectorspecifieke vaardigheden, IT-platforms

Erasmus Scholen

180

250 - 275

40 %-55 %

Personeel, strategische partnerschappen, internet-platforms

Erasmus Jongeren-participatie

150

190 - 210

25 %- 40 %

Jongeren, personeel, strategische partnerschappen, IT-platforms

Exploitatiesubsidie (Nationale agent­schappen)

55

63

15 %

 

Beleidsondersteuning

75

92

20 %

 

Jean Monnet

(onderwijs en onderzoek op het gebied van Europese integratie)

30

45

50 %

 

Sport

n.v.t.

34

n.v.t.

 

1 Beroepsonderwijs en -opleiding

 

Contacts :

Dennis Abbott (+32 2 295 92 58)

Dina Avraam (+32 2 295 96 67)

1 :

1 Een leven lang leren (Erasmus, Leonardo da Vinci, Comenius, Grundtvig), Jeugd in Actie, Erasmus Mundus, Tempus, Alfa, Edulink en het bilaterale samenwerkingsprogramma met geïndustrialiseerde landen.


1.

Relevante EU dossiers